De Parkeerverordening 1993: In deze verordening wordt niet alleen het vergunningenstelsel geregeld, maar deze verordening bevat tevens een aantal verbodsbepalingen voor gebieden waar het betaald parkeren, met inbegrip van de belanghebbenden terreinen, van toepassing is. Ingevolge deze verordening kunnen vergunningen worden verleend voor het parkeren op belanghebbendenplaatsen of op parkeerapparatuur- plaatsen. De vergunning kan worden verleend aan degene die woont of een bedrijf of beroep uitoefent in het desbetreffende gebied. De Verordening parkeerbelastingen 1993: In deze verordening worden de tarieven geregeld voor zowel het parkeren bij parkeerapparatuurals die voor het vergunningparkerenTevens wordt hierin geregeld het tarief voor de kosten, verbonden aan het opleggen van een naheffingsaanslag. Voorshands zien wij geen aanleiding de bestaande tarieven voor het parkeren bij parkeerapparatuur op straten en parkeerterreinen te wijzigen. Wel stellen wij voor in de zonekaarten A, B en C, behorende bij de Verordening parkeerbelastingen 1993 (voorheen behorende bij de Parkeer- en Parkeergeld- verordening) de volgende aanpassingen aan te brengen: - het Sixmaterrein brengen in zone 13 (f 2,/4 uren); het Fonteinland brengen in zone 11 (f 2,/dag); het P&R-terrein (bij het NS-station) brengen in zone 12 (f 2,50/dag) en - de straat de Eenhoorn (aan het begin van de Schrans) brengen in zone 3 (f 1,50/uur) Overigens is het de bedoeling om bedoelde tarieven tegelijkertijd met het vergunningparkeren in de schilgebieden in te voeren. Omtrent het vergunning parkeren in de schilgebieden zijn wij voornemens u begin volgend jaar een voorstel te doen toekomen. Vergunningparkeren Voor een parkeervergunning (voor bewoners en beroepsuitoefenaars) geldt momenteel een uniform tarief van f 180,per jaar. Wij achten het gewenst het tariefstelsel voor het afgeven van vergunningen te differentiëren in die zin, dat het tarief afhankelijk wordt gesteld van de duur waarvoor een vergunning wordt afgegeven, dan wel voor de lokatie waarvoor een vergunning geldt. In onderdeel 2 van de tarieventabel, behorende bij de Verordening parkeerbelastingen 1993, waarnaar wij u verwijzen, hebben wij de door ons gewenste tarieven voor het vergunningparkeren nader uitgewerkt. Ter toelichting merken wij hierbij op, dat wij voornemens zijn vergunningen geldend voor een duur van 24 uur per dag (tarief f 240,per jaar) in principe alleen te verstrekken aan bewoners. Vergunningen voor een kortere duur (sub 2.2) worden aan beroepsuit-oefenaars verstrekt. Dat hier een hoger 6 tarief wordt toegepast, houdt verband met het intensiever gebruik, dat van een vergunningplaats wordt gemaakt. In sub 2.3 is geregeld het verstrekken van een in de regel tijdelijke vergunning van niet in het gebied voor betaald parkeren gevestigde bedrijven of bewoners (bezoekers)Een vergunning wordt in het algemeen uitgegeven voor een bepaald gebied c.q. weggedeelte. Het is ook mogelijk, dat een vergunning wordt verleend voor het parkeren in het gehele gebied waar het betaald parkeren van toepassing is. Onder sub 2.4 hebben wij een tarief (f 540,per jaar) opgenomen, bestemd voor dit soort vergunningen. Ten slotte moet in de verordening een tarief worden bepaald voor de kosten van een naheffingsaanslag, die maximaal f 65,mogen bedragen. In het Besluit gemeentelijke parkeerbelastingen is omschreven hoe de kosten van de naheffingsaanslag moeten worden berekend. Volgens dit besluit wordt het kostenbedrag berekend aan de hand van een aantal kostencomponenten, te delen door het aantal te ramen naheffingsaanslagen. De kostencomponenten zijn: kosten parkeercontroleurs, inclusief leiding en voor zover de werkzaamheden betrekking hebben op het betaald parkeren; kosten administratief personeel; overheadkosten; vaste automatiseringskosten; - variabele automatiseringskosten; rentekosten van investeringen en kosten van afschrijving apparatuur en gebouwen. Wij hebben de hiervoor vermelde kosten berekend op f 1.052.360,per jaar. Uitgaande van een aantal naheffingen van 13.000 (raming), komen wij op een tarief van f 80,95 per naheffing, hetgeen f 15,95 hoger ligt dan het wettelijk maximum. Wij stellen u voor het kostenbedrag voor 1993 te bepalen op f 65, Voor een specificatie van de toe te rekenen kosten voor de naheffingsaanslagen verwijzen wij naar de ter inzage gelegde bijlage 1, hoofdstuk 6. Aangifteformulier De wijze van betaling van de parkeerbelastingen wordt omschreven als "bij wege van voldoening op aangifte". Deze betaalwijze geldt volgens artikel 6 van de Verordening Parkeerbelastingen 1993 ook voor vergunninghouders. Dit betaalsysteem sluit aan bij bijv. de systematiek van de motorrijtuigenbelasting. Ingevolge de wet moet het formulier van het aangiftebiljet worden vastgesteld door de Gemeenteraad. Wij stellen u voor de desbetreffende formulieren vast te stellen. 7

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1992 | | pagina 177