Planning en programmering van de woningbouw en woningverbe
tering 1993-1996
Bijlage nr. 128
Aan de Gemeenteraad.
Procedure
Ieder jaar dient de gemeente aan te geven wat haar plannen
zijn met betrekking tot de nieuwbouw en de verbetering van
woningen en wooneenheden. Ten opzichte van de voorgaande
jaren is er het een en ander veranderd in de jaarlijkse
cyclus van planning en programmering van de nieuwbouw en
verbetering. Deze veranderingen komen voort uit de nota
"Volkshuisvesting in de jaren negentig" van het rijk.
Decentralisatie en herverdeling van verantwoordelijkheden
zijn daarbij richtgevend en komen nu concreet voor de
gemeente tot uitdrukking in het Besluit Woninggebonden
Subsidies
Bij alle veranderingen is evenwel de bindende advisering
door GS aan de staatssecretaris over de verdeling van de
bovengenoemde contingenten over de gemeente (regio's) in
stand gebleven. Het advies van de provincie dient voor 1
september 1992 naar de staatssecretaris van VROM gestuurd
te worden. De gemeente dient daarom de planningslij sten
voor 1 mei aan GS te hebben gezonden.
Conform artikel 9 van de Verordening woninggebonden subsi
dies, zijn "de lokaal of regionaal toegelaten instellingen
en andere naar het oordeel van de raad daarvoor in aanmer
king komende natuurlijke en rechtspersonen, waaronder
woonconsumenten-organisaties" geraadpleegd. Zij hebben in
de periode 25 maart tot 6 april kunnen reageren op het
voorstel
Aan het woningmarktplan wordt gewerkt. Binnenkort wordt de
Commissie Stadsontwikkeling van 14 april 1992 gevraagd om
haar advies over het plan van aanpak, zoals dit in overleg
met een afvaardiging van de Leeuwarder corporaties is
geformuleerd. Doordat de planningslij sten dit maal voor 1
mei in plaats van 1 september aan de Gedeputeerde Staten
van de provincie Friesland ingediend moeten worden, is het
niet gelukt de eerste fase van het woningmarktplan als
basis te laten dienen voor de planningslij sten.
1