In het plan wordt geconcludeerd, dat het openbaar groen in de stad nu nog teveel versnipperd is. Die versnippering staat een duidelijk herkenbare groenstructuur in de weg. Voor wat de wijken betreft verschilt het beeld per wijk. Zo ligt de hoeveelheid groen in de binnenstad en in de zoge naamde traditionele wijken nu onder de daarvoor gangbare norm. De nieuwere woonwijken halen overwegend de norm wel, maar behoeven omvorming vanwege andere motieven. Reacties Als concept heeft het Groenbeleidsplan meerdere fasen doorlopen. Zo is het al een aantal keren aan de orde ge weest in de Commissie voor Milieu en Stadsbeheer. In die commissie is aangedrongen op de nodige voorlichting en inspraak "rond" het plan. Verder is het plan in een vroeg stadium doorgesproken met zogenaamde sleutelfiguren, afkom stig van een aantal organisaties, waaronder de Cityclub en de S.B.O. Het plan heeft van 22 februari jl. tot 2 april jl. voor een ieder ter visie gelegen. In diezelfde periode is het plan op vier openbare hoorzittingen toegelicht voor belangstellenden. De schriftelijke en mondelinge reacties op het concept zijn verwerkt in een inspraaknotitie. Daarin zijn de betreffende reacties voorzien van commentaar. De op- en aanmerkingen die tijdens de hierboven beschreven procedure gemaakt zijn hebben geleid tot een aantal wijzi gingen van het plan. Die wijzigingen staan opgesomd in de bijgevoegde "Notitie aanpassingen concept-rapport". Behalve gewijzigd is het plan ook aangevuld. Die aanvullingen vormen deel V van het Groenbeleidsplan. Het betreft de hoofdstukken over "realisatie", "voorlichting en inspraak" en de "financiële onderbouwing". Realisatie Realisatie van het plan is niet een zaak van vandaag op morgen. Daar zal een aantal jaren voor nodig zijn. Het doel, de verwezenlijking van een duurzame hoofd-groenstruc- tuur, zal via verschillende wegen gerealiseerd kunnen worden. In het plan wordt een onderscheid gemaakt tussen: a. het beheer van het bestaande groen wijzigen; b. omvorming van het groen door middel van een recon structie van dat groen; c. omvorming van het groen laten meeliften in meer omvat tende reconstructies; d. nieuw beleid: nieuw groen aanleggen op plaatsen waar het nu ontbreekt. In al deze gevallen is verdere planvorming noodzakelijk. Het gaat daarbij om het opstellen van groenbeheersplannen en van de, nog concretere, groenwerkplannen. 2 Het ligt in de bedoeling dat de groenbeheersplannen binnen anderhalf twee jaar na vaststelling van het Groenbeleids plan gereed zijn. Een en ander is overigens mede afhanke lijk van de financiële mogelijkheden daarvoor. Het vervol gens opstellen van de groenwerkplannen kost, als de betref fende groenbeheersplannen inmiddels klaar zijn, relatief minder tijd. Dat is zeker het geval als daarbij dan al gebruik kan worden gemaakt van het, nog in te voeren, G.I.S. (Grafisch Informatie Systeem). Een en ander betekent dat de groenwerkplannen binnen twee jaar klaar kunnen zijn. De realisatie van het Groenbeleidsplan is niet louter een zaak van de gemeente. Van belang is dat er ook bij de inwoners van de gemeente een draagvlak ontstaat voor het groenbeleid. In dat kader vervullen voorlichting en in spraak een belangrijke rol. De voorlichting dient de be trokkenen, zowel intern als extern, te informeren over het groen(-beleidDat is een eerste voorwaarde voor het welslagen van de inspraak en participatie. Ook in die fase zullen de belanghebbenden (met name de omwonenden) betrok ken moeten worden bij het opstellen van de groenbeheer- en groenwerkplannen. Op deze wijze kan een groenbeleid ont staan dat "gedragen" wordt door de gemeente én door de inwoners Financiën De Commissie voor Milieu en Stadsbeheer heeft in haar vergadering van 3 februari 1993 aangedrongen op aanvulling van het Groenbeleidsplan met een financiële paragraaf. In toevoeging "Hoofdstuk 12, Financiële Onderbouwing" is aan deze wens tegemoetgekomen. Aangezien de realisatie van het plan, ook financieel, een lange-termijn-kwestie is, kan de financiële onderbouwing niet meer zijn dan een globale kostenraming. De visie van het plan is, ten behoeve van die raming, vertaald in circa 90 projecten. Die projecten zullen gefaseerd in de tijd worden uitgevoerd. Relatief zijn de kosten het hoogst als het gaat om nieuw beleid, als bedoeld onder punt d. Bij beheer en reconstruc ties gaat het om relatief lagere bedragen. Indien uw raad met dit voorstel instemt zullen onderdelen van het Groenbe leidsplan worden gerealiseerd ten laste van het onderhouds budget van de afdeling GRB van Stadsbeheer. In verband daarmee zal jaarlijks hiervoor een planning worden gemaakt. In die planning zal rekening worden gehouden met de resul taten van het overleg met de bewonersorganisaties ter zake. Indien uw raad met dit voorstel instemt zullen tevens onderdelen van het plan gerealiseerd worden ten laste van de reconstructies, als bedoeld onder punt c, die zich daarvoor lenen. 3

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1993 | | pagina 137