30
Voortgezet onderwijs (440)
31
Volwasseneneducatie (482)
niet binnen de basisschool opgevangen kunnen worden. In het streefbeeld van de staats
secretaris beoordelen de scholen binnen een samenwerkingsverband gezamenlijk welke
maatregelen nodig zijn om kinderen met problemen op te vangen. Pas in 1997 wordt
definitief besloten, op basis van uitvoerige evaluatie of en wanneer het streefbeeld in
wet- en regelgeving kan worden vastgelegd. Dan zal er ook duidelijkheid ontstaan over
de toekomst van de LOM/MLK/IOBK-scholen (De Trilker, de Dr. Hoferschool en de
Da Costaschool). Immers, waar nu nog sprake is van een autonome bekostiging door het
Rijk, zal in het streefbeeld de bekostiging lopen via een bedrag per leerling in het
samenwerkingsverband. Over de instandhouding van een speciale voorziening beslist
dan het samenwerkingsverband, waardoor het speciaal onderwijs in een van het basison
derwijs afhankelijke positie komt te verkeren. Deze vorm van autonomievergroting naar
regionaal niveau heeft uiteraard consequenties voor het te voeren beleid ten aanzien van
het openbaar speciaal onderwijs. De beleidsnota waarin de ontwikkelingslijnen destijds
zijn uitgezet, zal derhalve op korte termijn aan heroverweging worden onderworpen.
Een nota in dezen zal u in de loop van 1993 bereiken.
Landelijke ontwikkelingen
Nu ook de Eerste Kamer akkoord is gegaan met het wetsvoorstel tot invoering van de
basisvorming en het voorbereidend beroepsonderwijs, kan de tweede fase van het invoe
ringsproces starten. In deze fase dienen scholen
zelf vorm te geven aan de modernisering van de onderbouw van het voortgezet onder
wijs op basis van de door de rijksoverheid geformuleerde kerndoelen, per vak, gericht
op toepassing, vaardigheid en samenhang van vakken.
Ook voor de tweede fase van het voortgezet onderwijs staan veranderingen op stapel.
In mei 1992 heeft de Staatssecretaris van Onderwijs zijn plannen voor die tweede fase
naar de Tweede Kamer gestuurd. Een belangrijk onderdeel van die plannen heeft betrek
king op de zogenoemde doorstroomprofielen, die er voor dienen te zorgen dat leerlingen
die het voortgezet onderwijs verlaten een betere aansluiting hebben op het HBO en het
wetenschappelijk onderwijs.
In de aanbiedingsbrief bij de vervolgnota "Profiel van de tweede fase voortgezet
onderwijs" heeft de Staatssecretaris van Onderwijs en Wetenschappen voorts aangekon
digd dat ten aanzien van het voortijdig school
verlaten nog een afzonderlijke notitie zal worden uitgebracht. Wij zijn voornemens in
aansluiting hierop eind 1993 een nota "Leerplichtbeleid" op te stellen waarin een
samenhangende aanpak van onder meer preventie schoolverzuim, voortijdig schoolver
laten etc. aan de orde zal worden gesteld.
Lokale ontwikkelingen
De hierboven geschetste ontwikkelingen in het rijksbeleid zullen ook grote invloed
hebben op de lokale onderwijssituatie.
Beleidsvoornemens per hoofdfunctie
Met betrekking tot het openbaar voortgezet onderwijs heeft u onlangs het besluit
genomen de openbare scholen samen met enkele andere scholen in Leeuwarden en de
regio met ingang van 1 augustus 1993 te laten fuseren tot twee scholengemeenschappen
voor v.w.o./havo/mavo/v.b.o. Onder leiding van een daartoe door de besturen ingesteld
interim-bestuur wordt thans uitvoering gegeven aan de door u en door de andere betrok
ken besturen genomen besluiten. De bestuurlijke overdracht van de scholen zal in het
voorjaar van 1993 plaatsvinden.
Mede om de beide scholengemeenschappen zowel qua aanbod als qua financiering
zoveel mogelijk in een gelijkwaardige positie te brengen hebben wij in januari 1992 bij
het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen een verzoek ingediend voor bekosti
ging van een VBO-afdeling grafische technieken met ingang van augustus 1994. In uw
vergadering van 27 april 1992 heeft u ingestemd met het indienen van dit verzoek. Het
verzoek is nog niet gehonoreerd en derhalve inmiddels herhaald.
Ook in het bijzonder onderwijs is sprake van fusieprocessen.
Het bestuur van het protestants-christelijk voortgezet onderwijs heeft besloten via
fusie per 1 augustus 1993 een scholengemeenschap voor v.w.o./havo/mavo/v.b.o te vor
men. Bij dit fusieproces zijn betrokken het Lienward College, de mavo's Groen van
Prinsterer, Tjerk Walles en Willem Frederik, de Prinses Marijkeschool (lhno), de
Mamixschool (leao) en de Chr. LTS. De nieuwe scholengemeenschap zal de naam
Comenius College dragen.
Met betrekking tot de huisvesting merken wij op, dat met het oog op een goede onder
linge afstemming regulier overleg plaatsvindt met de betrokken schoolbesturen op het
terrein van het v.o., m.b.o. en h.b.o. over het integrale accommodatiebeleid. De stringen
te regelgeving vanuit het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen onder meer inza
ke mogelijkheden voor nieuwbouw) vormt daarbij in hoge mate een beperkende rand
voorwaarde.
Landelijke ontwikkelingen
Met de inwerkingtreding op 1 januari 1992 van de Kaderwet Volwasseneneducatie
(KVE) zijn gemeenten primair verantwoordelijk geworden voor de inzet van middelen
voor de volwasseneneducatie. Dit jaar dienen samenwerkende gemeenten op WGR-
niveau al een regionaal educatief plan voor 1993 op te stellen voor de basiseducatie en
het vormings- en ontwikkelingswerk voor volwassenen.
Inmiddels zijn ook de Wet op het Voortgezet Algemeen Volwassenenonderwijs
(VAVO) en de Wet op het Cursorisch Beroepsonderwijs (CBO) vastgesteld. Vanaf 1993
zullen ook het algemeen voortgezet volwassenenonderwijs en het deeltijd middelbaar
beroepsonderwijs opgenomen dienen te worden in de planning voor 1994.
Bij de behandeling van de KVE, de VAVO en de WCBO in de Tweede Kamer is
gesproken over de vorming van regionale opleidingencentra. Deze ROC's worden
gezien als nieuwe educatieve instellingen die kunnen ontstaan door het samengaan van
Beleidsvoornemens per hoofdfunctie