Blad 2
Ten aanzien van het eerste bezwaar merken wij het volgende op.
Wij hebben begrip voor dit argument van de bewoners. Bij de
vaststelling van het stadsvernieuwingsplan voor Molenpad e.o.
en van het bestemmingsplan is destijds over de bestemming van
het terrein uitvoerig gediscussieerd. Van doorslaggevende
betekenis bij de uiteindelijke keuze is evenwel geweest, dat de
bestemming woondoeleinden in verband met de financiële uit
voerbaarheid van het bestemmingsplan node kon worden gemist.
Dit argument doet nog steeds opgeld.
De overzichtelijkheid van de nabij gelegen aansluiting Vredeman
de Vriesstraat-Alma Tademastraat komt door de bouw van de
appartementen op geen enkele wijze in gevaar. De afstand van de
bebouwing tot de verkeersruimte is voldoende groot om vanuit
welke richting dan ook, overzicht te behouden. Dit bezwaar
achten wij dan ook niet gegrond.
Teneinde de gevraagde medewerking te kunnen verlenen, is het
noodzakelijk, dat voor het betreffende perceel een voorberei-
dingsbesluit wordt genomen.
Een dergelijk besluit biedt de grondslag om vrijstelling te
verlenen van het geldende bestemmingsplan conform artikel 19
van de Wet op de Ruimtelijke Ordening.
Na ontvangst van een daartoe strekkende verklaring van geen
bezwaar van Gedeputeerde Staten kan die vrijstelling worden
verleend
Wij stellen u tevens voor de behandeling van het verzoek om
vrijstelling van het geldende bestemmingsplan en het voeren van
de bijbehorende procedure aan ons over te laten.
Onder mededeling, dat de Commissie voor Stadsontwikkeling in
haar vergadering van 8 maart 1994 u heeft geadviseerd met
vorenstaande in te stemmen, stellen wii u voor te besluiten
conform bijgevoegd concept-besluit.
Leeuwarden, 17 maart 1994.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
drs. H.H. Apotheker Burgemeester.
mw. ir. J.A. Lantermans
Secretaris
Nummer 4043
GK/AL
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
overwegende dat het wenselijk is met betrekking tot het hierna
omschreven gebied een voorbereidingsbesluit te nemen;
gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van
17 maart 1994 (bijlage nr. 63);
gelet op artikel 21 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening,
BESLUIT:
I. te verklaren, dat een partiële herziening wordt voorbe
reid van het geldende bestemmingsplan "Molenpad e.o."
voor een terrein gelegen op de hoek van de Vredeman de
Vriesstraat en de Alma Tademastraat nader aangegeven op
de bij dit besluit behorende tekening nr. 11Z1 - VI;
II. te bepalen, dat het hiervoor genoemde voorbereidingsbe
sluit in werking treedt met ingang van de dag volgend op
die van de bekendmaking;
III. de behandeling van het verzoek om vrijstelling van het
geldende bestemmingsplan en het voeren van de bijbehoren
de procedure aan het College van Burgemeester en Wethou
ders over te laten.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris