Blad 14 Zijn bij de tweede stemming de meeste stemmen over meer dan twee personen verdeeld, dan wordt bij een tussen- stemming uitgemaakt tussen welke twee personen de derde stemming zal plaatshebben. 3Indien bij tussenstemming of bij de derde stemming de stemmen staken, beslist terstond het lot. Beslissing door het lot Artikel 32 1. Wanneer het lot moet beslissen worden de namen van hen tussen wie de beslissing moet plaatshebben, door de voorzitter op afzonderlijke, geheel gelijke, briefjes geschreven 2. Deze briefjes worden, nadat zij door het stembureau zijn gecontroleerd, op gelijke wijze gevouwen, in een stembokaal gedeponeerd en omgeschud. 3. Vervolgens neemt de voorzitter één van de briefjes uit de stembokaal. Degene wiens naam op dit briefje voor komt, is gekozen. HOOFDSTUK IV. RECHTEN VAN LEDEN Amendementen Artikel 33 1. Ieder lid dat in de vergadering aanwezig is, is bevoegd tijdens de beraadslagingen wijzigingen voor te stellen op het voorgestelde besluit (amendement)Ook kan hij voorstellen het voorgestelde besluit in één of meer onderdelen te splitsen, waarover afzonderlijke besluit vorming zal plaatsvinden. 2. Ieder lid dat in de vergadering aanwezig is, is bevoegd op het amendement dat door een lid is ingediend, een wijziging voor te stellen (subamendement) 3. Elk (sub-amendement en elk voorstel moet schriftelijk bij de voorzitter worden ingediend, tenzij de voorzit ter - met het oog op het eenvoudige karakter van het voorgestelde - oordeelt dat met een mondelinge indie ning kan worden volstaan. 4. Een (sub-amendement dient zodanig te zijn geformuleerd dat de tekst ervan geschikt is om in het ontwerp-be- sluit te worden verwerkt. 5. Intrekking, door de indiener(s), van het (sub-amende ment is te allen tijde mogelijk voordat de besluitvor ming door de vergadering heeft plaatsgevonden. Blad 15 Moties Artikel 34 1. Ieder lid kan ter vergadering een motie indienen. 2. Een motie moet schriftelijk bij de voorzitter worden ingediend. 3. De behandeling van een motie over een aanhangig onder werp vindt tegelijk met de beraadslaging daarover plaats 4. De behandeling van een motie over een niet op de agenda opgenomen onderwerp vindt plaats nadat alle op de agen da voorkomende onderwerpen zijn behandeld. Voorstellen van orde Artikel 35 1. De voorzitter en ieder lid kunnen tijdens de vergade ring mondeling een voorstel van orde doen, dat kort kan worden toegelicht. 2Een voorstel van orde kan uitsluitend de orde van de vergadering betreffen. 3. Over een voorstel van orde beslist de Raad terstond. Initiatiefvoorstellen Artikel 36 1. Ieder lid heeft het recht voorstellen aan de Raad te doen die buiten de agenda vallen. 2. Zulk een voorstel moet schriftelijk bij de voorzitter worden ingediend. 3. De voorzitter plaatst het voorstel zo spoedig mogelijk op de agenda van een vergadering. 4. Op voorstel van Burgemeester en Wethouders beslist de Raad of het voorstel voor kennisgeving wordt aangeno men, direct in behandeling wordt genomen of om advies in handen van Burgemeester en Wethouders wordt gesteld. Indien de Raad beslist tot het direct in behandeling nemen van het voorstel, vindt behandeling van het voor stel plaats, nadat alle op de agenda voorkomende onder werpen zijn behandeld.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1994 | | pagina 438