Blad 2
Testament mevrouw Zadel
Wijlen mevrouw Zadel heeft na het overlijden van haar man
een testament laten opmaken met betrekking tot de nalaten
schap van haar vermogen. Na haar overlijden op 27 maart
1993 hebben wij via het notariskantoor Adema, Wierda, De
Lange en Van Dijk op 31 maart 1993 bericht ontvangen over
een aan de gemeente gedane erfenis met een globale vermo
gensopstelling van haar nalatenschap.
Uit het door haar opgemaakte testament blijkt, dat de
gemeente Leeuwarden zou kunnen rekenen op een bedrag van
rond f 312.000,- of zoveel meer of minder als bij de defi
nitieve afwikkeling van de nalatenschap blijkt. U heeft
deze erfenis aanvaard bij uw besluit van 17 mei 1993
(besluit nr. 8383).
Inmiddels heeft het betrokken notariskantoor de erfenis
afgewikkeld. In oktober en november 1994 heeft de gemeente
twee bedragen ontvangen tot een totaal van iets meer dan
f 347.000,-.
Conform het testament van mevrouw Zadel dient dit bedrag
aangewend te worden voor de "monumentenzorg in de ruimste
zin des woords".
Resumerende is er dus door wijlen de familie Zadel in
totaal rond f 1.260.000,- aan de gemeente vermaakt. Na
aftrek van de daaruit reeds gedane bestedingen resteert
thans een bedrag van f 438.000,- f 347.000,- is rond
f 785 000,-
In het hierna volgende zullen wij u voorstellen doen op
welke wijze wij denken deze gelden te kunnen besteden
overeenkomstig de wens van de overledenen.
In eerste instantie willen wij aangeven welke financiële
verplichtingen de gemeente terzake heeft.
Reserve onderhoud graven familie Zadel
De onderhoudsplicht, die de gemeente bij overeenkomst op
zich heeft genomen ten aanzien van de 10 graven, is op 27
maart 1993 (na het overlijden van mevrouw Zadel) ingegaan.
Die plicht brengt een aantal werkzaamheden met zich mee.
Sommige werkzaamheden, het reguliere onderhoud, dienen
jaarlijks te gebeuren, andere tienjaarlijks. In de voor u
ter inzage gelegde bijlage I is aangegeven om welke werk
zaamheden het precies gaat. Ook is aangegeven, welke bedra
gen daarmee gemoeid zijn. De conclusie is dat in dit kader
jaarlijks f 8.600,- beschikbaar moet zijn en tienjaarlijks
f 52.900,-. Wij wijzen er op, dat in dit geval het grafon
derhoud meer omvat dan normaliter gebruikelijk is. Het
onderhavige grafonderhoud is tot in detail omschreven door
Blad 3
de heer Zadel in de met de gemeente gesloten overeenkomst.
Tevens wijzen wij er op, dat de gemeente met het echtpaar
Zadel is overeengekomen, dat er toezicht zal worden uitge
oefend op de naleving van de overeenkomst. Dit toezicht is
in handen gelegd van Gedeputeerde Staten.
Aangezien de onderhoudsplicht berust op deze overeenkomst
dienen de uit die plicht voortvloeiende kosten te worden
bestreden uit de uit die overeenkomst/nalatenschap voortko
mende baten.
De onderhoudsplicht heeft de gemeente voor een lange reeks
van jaren op zich genomen. Het verdient daarom aanbeveling
zeker te stellen, dat de gemeente niet alleen voor nu en op
korte termijn, maar ook op lange termijn aan de verplich
tingen (financieel) kan voldoen. Wij achten het gewenst
voor dit doel een reserve in te stellen. Wij hebben de
contante waarde van de hiervoor genoemde verplichtingen,
rekening houdende met een geprognotiseerde gemiddelde
jaarlijkse inflatie van 3% en een rente van 8%, berekend op
rond f 330.000,-.
Wij stellen voor dit bedrag te onttrekken aan de bestaande
'Reserve legaat onderhoud graven' en onder te brengen in
een nieuwe 'Reserve onderhoud graven Fam. Zadel', te ver
antwoorden in de Begroting van de Dienst Stadsbeheer
Na het instellen van de bovengenoemde 'Reserve onderhoud
graven Fam. Zadel' resteert nog een reserve van
(f 785.000,- minus f 330.000,-) rond f 455.000,-. Deze
middelen dienen - zoals opgemerkt - te worden bestemd voor
uitgaven aan momumentenzorg in de ruimste zin des woords.
Alvorens in te gaan op de bestemming van deze middelen is
het gewenst u inzicht te geven in de andere regelingen en
fondsen terzake van boven- en ondergrondse monumenten.
Subsidieregelingen monumentenzorg
De gemeente kent thans vier financiële regelingen op dit
gebied, te weten:
Besluit Rijkssubsidiëring Restauratie Monumenten
(B.R.R.M.
Subsidieverordening stads- en dorpsvernieuwing, afd.
2.5: het restaureren van monumenten;
Monumentenfonds
Fonds Archeologie.
1. B.R.R.M. en Stadsvernieuwingsfonds
Voor reguliere restauraties van onroerende goederen die op
de rijksmonumentenlijst voorkomen en/of structuur- en
architectonisch bepalend voor het beschermde stadsgezicht
zijn, bestaan twee reguliere subsidieregelingen: het Be-