2Als het orgaan bedoeld in artikel XI van de in het eerste lid genoemde wet wordt voor de in het eerste lid bedoelde overeenkomstige toepassing het College van Burgemeester en Wethouders beschouwd. 3De op grond van dit artikel toegekende uitkerin gen komen ten laste van de gemeente. 4. De artikelen 62, 63 en 64 zijn van overeenkomsti ge toepassing. Overgangsbepaling 1. De bij dit besluit ingevoerde artikelen 3a, twee de lid, 3c en 3d, telkens het eerste en het twee de lid, vinden geen toepassing ten aanzien van degene die op 31 december 1994 recht heeft op een wegens algemene invaliditeit voortgezette uitke ring en op de dag van inwerkingtreding van deze wijziging vijftig jaar of ouder is. 2De bij dit besluit vervallen tweede volzin van artikel 2a, tweede lid (definitie begrip algemeen invalide) blijft van toepassing op degene bedoeld in het eerste lid. 3. De bij dit besluit ingevoegde artikelen 3a, twee de lid, en 3c worden met ingang van een latere datum dan 1 januari 1995 van toepassing op degene die op 31 december 1994 recht had op een wegens algemene invaliditeit voortgezette uitkering en op 1 januari 1995 jonger is dan vijftig jaar. Tot die datum blijft de bij deze wijziging vervallen tweede volzin van artikel 2a, tweede lid, op hem van toepassing. 4. De in het derde lid bedoelde latere datum wordt vastgesteld overeenkomstig de ministeriële rege ling bedoeld in artikel III, vierde lid, van Staatsblad 417. 5. Voor de toepassing van artikel 3c geldt als datum waarop de uitkering van degene bedoeld in het derde lid van dit artikel wegens algemene invali diteit is voortgezet de dag waarop de artikelen 3a, tweede lid, en 3c op hem van toepassing wor den 6. Artikel 3d, eerste lid, vindt geen toepassing ten aanzien van degene wiens uitkering wegens algeme ne invaliditeit is voortgezet met ingang van een dag gelegen voor 1 januari 1995. 13 Overgangsbepaling 1. De bij dit besluit vervallen eerste volzin van artikel 2a, tweede lid, en artikel 3, derde lid, blijven van toepassing op degene die: a. op 31 december 1994 recht had op wegens alge mene invaliditeit voortgezette uitkering, of b. op 25 januari 1993 ziekten of gebreken had en wiens uitkering uiterlijk een jaar na die da tum in verband met die ziekten of gebreken wegens algemene invaliditeit wordt voortgezet, danwel wiens uitkering ingevolge artikel 15, vierde lid binnen een jaar na de genoemde da tum in verband met die ziekten of gebreken wordt aangemerkt als een wegens algemene inva liditeit voortgezette uitkering. 2. Het eerste lid van artikel 3a, en artikel 3b zijn niet van toepassing op degene bedoeld in het eer ste lid. Overgangsbepaling 1De periode van toekenning van een wegens algemene invaliditeit voortgezette uitkering bedoeld in artikel 3c wordt in afwijking van dat artikel tot een nader te bepalen tijdstip vastgesteld op vijf jaar 2. Wijziging van de termijn bedoeld in het eerste lid brengt geen wijziging in de termijnen zoals die gelden terzake van wegens algemene invalidi teit voortgezette uitkeringen die zijn toegekend voor het tijdstip van wijziging van de termijn. Overgangsbepaling 1. Indien vanaf 1 januari 1995 artikel 3d, zesde lid, wordt toegepast ten aanzien van degene be doeld in sub E, wordt ten aanzien van degene on der de in artikel 3a, tweede lid bedoelde arbeid verstaan de arbeid, bedoeld in de per 1 januari 1995 vervallen tweede volzin van artikel 2a, tweede lid. 2. Het eerste lid geldt voor degene als bedoeld in sub E, derde lid, aan het daar bedoelde tijdstip.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1995 | | pagina 199