Blad 6
De regeling, die is vastgelegd in de bijlage, is
gelijk aan de regeling die wij als tijdelijk be
leid hebben vastgesteld.
Categoriale regeling alleenstaande ouders
De uitkeringsgerechtigde dient de eigen verant
woordelijkheid voor de bestaansvoorziening zelf
waar te maken door het verrichten van betaalde
arbeid, tenzij medische of sociale redenen ar
beidsdeelname belemmeren.
In de bijstandspraktijk is de zorg voor jonge
kinderen veelal reden om de alleenstaande ouder
zonder nadere overweging te ontheffen van de ar-
beidsverplichtingDe algemeen gebruikelijke
grens - ook die in Leeuwarden - ligt nu nog bij
de zorg voor kinderen jonger dan 12 jaar. Deze
vrijstelling van arbeidsvoorwaarden brengt met
zich mee, dat het motiveren en activeren naar
economische zelfstandigheid pas in een relatief
laat stadium aandacht krijgt. Inmiddels kan de
arbeidsmarktpositie verslechterd zijn. Het is van
groot belang dat de alleenstaande ouder zo vroeg
mogelijk contacten met de arbeidsmarkt legt en
behoudt, ondanks de in de gezinssituatie gelegen
belemmeringen. Achterstanden worden daarmee voor
komen. Het nemen van "niet-verplichte" initiatie
ven wordt ontmoedigd door volledige aftrek van
arbeidsinkomsten op de uitkering. De regeling
voorziet in het verstrekken van een premie wegens
werkaanvaarding, omdat de combinatie van zorgver
antwoordelijkheid voor jonge kinderen en arbeids
deelname meestal een objectieve belemmering is
voor arbeidsparticipatie. Ook dient de ouder zich
vaak extra inspanningen te getroosten.
De premie wordt vastgesteld op de wijze zoals de
vroegere vrijlatingsfaciliteit was geformuleerd.
De maximale premie is f 266,67 per maand. De duur
van de periodieke premie is beperkt tot 12 maan
den met de mogelijkheid van verlenging of van
herhaalde toepassing in bijzondere situaties.
Voor alleenstaande ouders met zorg voor kinderen
jonger dan 5 jaar geldt de beperking van de ter
mijn niet.
Blad 7
Na afloop van de termijn wordt, als de arbeid
wordt voortgezet, een slotpremie toegekend na 6
maanden
Het beleid is vastgelegd in een richtlijn. De
toepassing daarvan werkt terug tot 1 oktober
1994. Daarmee wordt voorkomen dat een aantal al
leenstaande ouders in het laatste kwartaal van
1994 noch gebruik kunnen maken van het overgangs
recht, noch van het nieuwe beleid.
Individueel maatwerk
In de nota Uitstroom-incentive-beleid wordt voor
gesteld het maatwerk al werkende vorm en inhoud
te geven, door aan TBL en Sociale Zaken een bud
get ter beschikking te stellen. Beide instellin
gen wordt gevraagd een plan van uitvoering voor
te leggen, waarin zij in globale termen beschrij
ven welke klanten en welke activiteiten van klan
ten in het bijzonder in aanmerking komen voor
individuele premie.
Zoals bekend worden thans de activiteiten van de
Stichting Trajectbemiddeling Leeuwarden geëvalu
eerd. De uitkomst van deze evaluatie en op basis
daarvan te nemen beslissing over het al dan niet
voortzetten van het project zullen uiteraard mede
bepalend zijn voor het gefaseerd ter beschikking
stellen van het budget. Als de activiteiten na 1
juli 1995 niet worden voortgezet, ontstaat een
situatie, die een nieuwe beoordeling vraagt.
Aan de uitvoering van het plan zullen uiteraard
vooraf algemene randvoorwaarden met betrekking
tot de hoogte, de vorm, verantwoording en evalua
tie worden gesteld. Vooral het laatste is van
belang voor de beoordeling van de doeltreffend
heid en meerwaarde van de maatoplossing
4. FINANCIEEL KADER
In de nota Uitstroom-incentive-beleid worden de uit
gaven voor 1995 als volgt geraamd:
- overgangsregeling f 863.000,--
bijstand buitengewone verwervings
kosten f 202.000,--
premies werkaanvaarding
alleenstaande ouders f 124.000,--
- budget individueel maatwerk f 300000- -
Transporteren f 1.489.000,--