Perspectiefnota 1996 - 1999
h)Cultuur
Leeuwarden beschikt in 1996 over een groot aantal culturele accommodaties en
voorzieningen. Deze mogen jaarlijks rekenen op grote publieke belangstelling en
hebben daardoor een boven-regionale uitstraling.
In een aantal van deze voorzieningen hebben wij de afgelopen jaren flink geïnves
teerd. Deze culturele voorzieningen zijn van groot belang voor het leefklimaat in
onze stad en zij versterken de positie die Leeuwarden als hoofdstad van Friesland en
als stedelijk knooppunt inneemt.
Ook dragen deze voorzieningen niet onaanzienlijk bij aan het economisch klimaat.
De bovengenoemde investering en intentie vragen echter ook een inzet voor de
handhaving van bedoelde voorzieningen en activiteiten. De daarvoor in het verleden
gevoteerde bedragen voor de exploitatie Harmonie en Romein en de integratie
Kunstzinnige Vorming blijken ontoereikend.
Het Rijk wil naar complementair bestuur als het gaat om investeren in cultuur.
Bestuursconvenanten tussen Rijk, provincies en culturele centrumgemeenten, zoals
voor het noorden Leeuwarden en Groningen, worden nagestreefd. Onze inzet daarbij
is het versterken van de positie van Leeuwarden naast Groningen in het noorden en
het versterken van onze positie van stedelijk knooppunt als cultureel centrum binnen
Friesland. Een noordelijk convenant zal worden gebaseerd op het nieuwe (Rijks)kun-
stenplan per 1997.
De consequenties voor het gemeentelijk beleid van Kunstenplan en convenant zal
worden verwoord in de te actualiseren gemeentelijke Cultuurnota. Het accent zal er
daarbij op liggen dat de gemeente niet zozeer de inhoud en de kwaliteit van cul
tuuruitingen bepaalt, maar zich veeleer richt op condities waarbinnen culturele initia
tieven zich kunnen ontwikkelen.
Om nieuwe en vernieuwde activiteiten een kans te geven (op financiering) vinden wij
het wenselijk dat een deel van het daarvoor beschikbare budget flexibel inzetbaar is.
Eveneens willen wij een beleidsvisie ontwikkelen om de samenhang tussen cultuur en
toerisme teneinde het cultuurtoerisme verder gestalte te geven.
Tenslotte vinden wij dat de bereikbaarheid van de openbare bibliotheek in de stad en
in de dorpen aandacht verdient.
Maatregelen - Inzet financiële middelen t.b.v. exploitatie en programmering Harmonie
- Afstemming programmering Harmonie - Theater Romein.
- Uitbreiden gemeentelijk toezicht op exploitatie Harmonie
Verhogen budget verbouw KV-gebouw
- Onderzoek mogelijkheden dienstverlening KV aan onderwijs en AKB
- Afsluiten noordelijk cultuur-convenant
- Actualiseren cultuurnota
- Onderzoek naar flexibilisering inzet cultuurbudget
- Beschikbaar stellen bodem-budget Beeldende Kunst
- Bevorderen opzet koepel festival-organisaties
- Onderzoek verbetering toegankelijkheid cultuuraanbod voor lage inkomens -
groepen.
Opstellen beleidsnota cultuur - toerisme
- Onderzoek uitbreiding regio-functie OBL
- Openen filiaal OBL Camminghaburen en handhaven bereikbaarheid in de dorpen.
24
Perspectiefnota 1996 - 1999
4.4 Zorg
Door de overdracht van taken van het Rijk draagt de gemeentelijke overheid in
toenemende mate verantwoordelijkheid voor diegenen die niet volledig in staat zijn
voor zichzelf te zorgen. De gemeente Leeuwarden bekleedt hierbij een belangrijke
regio-functie. Voorts behoudt de gemeente een belangrijke verantwoordelijkheid voor
het openbaar onderwijs en de stedelijke volksgezondheid.
a) Maatschappelijke Opvang (MO).
In 1994 is de MO gedecentraliseerd van Rijk naar centrumgemeenten. Beleidsvrij
heid ten aanzien van dit beleidsterrein krijgen wij met ingang van 1996. Evenals bij
de verslavingszorg is de Minister voornemens de middelen voor de MO m.i.v. 1997
toe te voegen aan het gemeentefonds. De middelen worden niet-geoormerkt verdeeld
over alle gemeenten. In Leeuwarden bevinden zich drie van de vier instellingen voor
de MO in Friesland (de Terp, de Wending en Blijf van mijn Lijf). Daarom zijn wij
in overleg getreden met het ministerie van VWS met als doel om de rijksmiddelen
terzake beschikbaar te houden voor Leeuwarden als centrumgemeente.
Bij de Terp doet zich een extra probleem voor. Bij de decentralisatie is de rijksaan
vulling op de eigen bijdrage vervallen. Wij zijn evenwel verplicht de situatie van 1
januari 1994 tot 1 januari 1996 minimaal in stand te houden. Op dit moment
onderzoeken wij maatregelen om de financiële gevolgen voor de gemeente te
beperken (woonvoorziening/ABW, pensionvergoeding etc.). Inzet van eigen midde
len is evenwel noodzakelijk.
Om een adequaat antwoord te bieden op de toegenomen maatschappelijke problemen
achten wij een vergroting van de opvangcapaciteit wenselijk. Het gebrek aan capaci
teit doet zich voor in het Blijf van mijn Lijf huis en in de dag- en nachtopvang. Om
deze reden is een extra inzet wenselijk voor Blijf van mijn Lijf, het Servicecentrum
en voor de nachtopvang van het Leger des Heils. Daarnaast is het wenselijk dat de
coördinatiefunctie bij het Blijf van mijn Lijf huis wordt gehandhaafd en de huisves
ting wordt vernieuwd.
Een oplossing voor het capaciteitsgebrek is een goede doorstroming van verblijf in
een instituut naar het zelfstandig wonen. In een aantal gevallen is als overgang een
verblijf in een zgn. tweede-fase-huis noodzakelijk. Voorts is een vorm van (afbou
wende) begeleiding bij het zelfstandig wonen dringend gewenst om zelfstandige
huisvesting tot een succes te maken. Het loket woonproblemen (een samenwerking
tussen instellingen voor maatschappelijke opvang en woningcorporaties) biedt
hiervoor een oplossing. De instellingen voor maatschappelijke opvang hebben het
initiatief genomen om te komen tot een vorm van samenwerking. Dit initiatief ver
dient ons inziens verdere ondersteuning.
Maatregelen - Ondersteunen samenwerking instellingen
- Loket woonproblemen
- Capaciteitsuitbreiding, coördinator en herhuisvesting Blijf van mijn Lijf
- Ondersteuning Nachtopvang en Servicecentrum Leger des Heils
- Ondersteuning project 2e fase huis
- Extra middelen voor De Terp
25
