G
<0
d)
N
-H
^4
4J
G
<T>
1
1
i 3
i 3
d)
■U
- 4J
X
CO
O
O
O 4-
o
0)
O
(N XJ
\D
G
L
o
rH
00 x
O X
d)
O,
iJ
c
o
r- rH
00 c
rH C
O
0)
o
(N U
Vd
H Nd
rH
Dl
rH
VD X
>d
Nd
03
0)
HH
d3
0
"1 0
r) <D
E-i
14H
N4H
tJ)
L i X)
G
D3
03
dJ
G
HH l 0
OLE
i
T3 4J
*H
0 U H CQ
0 0 V
G V
H o
XJ
d)
S 01
d) X
d) 0
•H
G -H 03 ^4
L L M
<V
u
d)
d) d)
rtj 01
03 -H
4J (J)
^4
T3
<d L
•H X
03 4J
XI
XJ to V4 ^4
S 01
G 03
rö -H H H
4J
G -H <D 03
■u
X d) X
rH 3 rH d)
•H
03 X 4J
H T)
G U -i-
a d)
G
rH 03
0) L C
0 U -H
Jh G d) G
HH
-H »4H -H d)
O 0 O
0 (V U
d) d) T3 03
U
XJ
d) U G <V
Q H
2 U XJ
>03 ^2
(V
-H
Z <V X X
CD
G CN
0)
<D
1
03 ro
r1
1
1
X
U
0
U
•H
3-4
•n J)
<v
dJ cn
XJ d)
d) Cn
•H -H T>
X
-H <D
G
•H <D
iH 0) C
03
dJ G
3
0 X! 01
-H
u
3h d)
3-4
w r) u
G
rX
d)
03 d)
d)
•U C 01
X
•H 03
4J
CQ
X
ui a) o .y
u
u d)
03
03
m X L ifl
d)
Z
N -H
•ro U
G -H
n o c <c
•H CN
d) 0
G
•H (1)
G X3
Oi X) 0 N
r-
K rH
4J x:
X XJ
XX -H
<u
03
03
03
03 03
4J 01
X V
u
u
U
U O
(0 G
d)
CD
rH
r-
rH d)
x G
CD
(N
r- cr\
u
<D
CD
CD
CN
cn cr*
34 <D
3-4 rH
<V 0 X
0) id
in
Xt* H
0* U 03
T) ft
H
ft G n>
id d>
O 0 N
G XI
+1
+1
+1
+1 H-l
Dl
ro
i1
G
rH
O
rH
01 -H d)
KD
CN
1/3
<H T)
if)
r-
cn r-
10 TH G
ro
H LD
L -H 01
•U U L
W
w
E
E
W X 0)
id u o .y
T) W L ld
XJ
XJ
X3 73
id E G id
S
3
0 0 N
X
l
XI
i
X X
i ui
rH
•H r)
G
dl Dl
03
Cn
Cn
•H
03 34
13
dJ
<u
V XJ
rH dJ
T3
3
XJ 03
X X
3-4
D3
U d)
d)
G CN
d)
G d)
dJ G
G
4J
03 ro
x
03 Cn
03
<D
03
03
03 U
X3
•H
•H
•H
u
X CL,
03
G
XJ 13
G
01 03
C/3
X2
G S
X
0) 03
d)
G
d) G
3-4
34 G
G X
<V
d)
X d)
<D
XJ O)
03
(V
•H O
03 d)
•H
Cn
U~>
XI
CQ
0)
T3
Cn
•H
CQ
X
XJ
G
3-»
03
d)
03
Cn
d)
CJ3
cr
u
0) <D
G
03
4J
<v
03
X3 O)
■H
U
03
X
XJ
3-4
XJ
4J
0
G
(1)
G U
03
M
(13
XJ
03 03
d)
G
1
3
o
03
d)
d)
u
X
c
G
u
d)
(U
d)
•H
03
(V
Cl4
PH
rH
o3 Cn
u
H
•H
03 -H
(V
03
<v
CQ
xi
u
5
ro
LD
CD
ro
G
(U
XJ
34
03
G
d)
d)
X
G
03
LD
C3
03
cr*
34
rH
<V
T3
•H
G
34
O
03
X
G
X
34
d)
X
d)
X
G
d)
CN
34
-
dJ
G
X
d)
03
X
d)
3h
d)
03
dJ
G
Cn
d)
34
(V
G
X
CQ
U
<V
X
C/3
d)
<v
(V
Cn
u
G
CQ
34
0)
X
<V
X
X
O
03
34
XJ
03
-H
l
(0
•U
01
L
O
(1)
w
w
c
(0
E
L
01
4-)
C
m
hi
l
•H
Het wijksignaleringssysteem
Bijlage nr. 21
Aan de Gemeenteraad.
Motivering
Het kader
In het Collegeprogramma staat als één van de drie hoofdpri
oriteiten de leefbaarheid genoemd. Onderdeel daarvan is de
wijkgerichte aanpak. Specifiek geldt (blz. 9 punt 3) het
volgende: "Grote aandacht is nodig voor de problematiek in
de afzonderlijke wijken. In dit verband neemt het college
zelf initiatieven om naar burgers te luisteren"Dit punt
vindt zijn uitwerking o.m. in de "Hoofdlijnen 1995-1998",
zoals deze rapportage 2 september 1994 door Burgemeester en
Wethouders is vastgesteld. Hier staat in: "Door middel van
het gemeentelijke signaleringssysteem is een beoordeling
van de problemen op het niveau van de wijk mogelijk".
In "Leeuwarden in stelling" (8 maart 1994) wordt als taak
voor de Raad het initiëren van de (integrale) beleidsont
wikkeling en beleidsevaluatie gemeentebreed genoemd (blz.
11)Ook hiervoor is het noodzakelijk om over goede (loka
le) informatie te beschikken.
Doel
Doel van het signaleringssysteem isinzicht bieden in de
aard, de omvang en de ontwikkelingen van de problematiek
van de wijken in de gemeente Leeuwarden. Opdat in een
vroegtijdig stadium een cumulatie van probleem-factoren kan
worden onderkend en geografisch geplaatst, zodat direct en
gericht door betrokkenen kan worden ingegrepen.
Wat is het wijksignaleringssysteem?
Het signaleringssysteem bestaat uit twee gedeelten:
1. het kwantitatieve deel
Periodiek (per halfjaar of jaar) worden gegevens ver
zameld die een indicatie bieden van de stand van zaken
in het desbetreffende gebied. Dit zijn basisgegevens
over de bevolking (leeftijd, huishoudsamenstelling,
etniciteit)basisgegevens over de woning (eigendoms-
vorm, huurprijs, bouwjaar, grootte) en een aantal in
dicatoren (zoals leegstand, uitkeringsgerechtigden,
werkzoekenden, verhuisgeneigdenpopulariteit van het