Blad 2
Artikel IV
De aanhef in artikel 6, "Invordering", wordt gewijzigd en
als volgt gelezen "Wijze van heffing".
Artikel V
De zinsnede "heffing en invordering van rioolrechten" in
artikel 7, lid 2, wordt gewijzigd en als volgt gelezen
"heffing en invordering van bruggelden".
Artikel VI
Artikel 9 wordt gewijzigd en als volgt gelezen:
De verplichting bedoeld in artikel 47, 49 en 50 van de Al
gemene wet inzake rijksbelastingen (Stb. 301, 1959) en in
de arikelen 58 en 60 van de Invorderingswet 1990
(Stb. 221)danwel bedoeld of van toepassing verklaard in
de algemene maatregel van bestuur krachtens artikel 246a
van de Gemeentewet, gelden mede jegens de door het College
van Burgemeester en Wethouders aangewezen ambtenaren van de
gemeentelijke belastingen.
Artikel VII
2Deze verordening treedt in werking met ingang van de
achtste dag na die van de bekendmaking.
3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 1996.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris
Nummer 14918
JV/PM/DW
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van
26 oktober 1995 (bijlage nr. 162)
gelet op het bepaalde in artikel 225 van de Gemeentewet:
BESLUIT
vast te stellen de volgende:
VERORDENING TOT WIJZIGING VAN DE VERORDENING OP DE HEFFING
EN DE INVORDERING VAN PARKEERBELASTINGEN 1995
Artikel I
Voor in artikel 10 lid 3 wordt gelezen "10".
Artikel II
Artikel 13 wordt gewijzigd en als volgt gelezen:
De verplichtingen genoemd in de artikelen 47, 49 en 50 van
de Algemene wet inzake rijksbelastingen (Stb. 1959, 301) en
in de artikelen 58 en 60 van de Invorderingswet 1990 (Stb.
221)danwel bedoeld of van toepassing verklaard in de al
gemene maatregel van bestuur krachtens artikel 246 a van de
Gemeentewet, gelden mede jegens de door het College van
Burgemeester en Wethouders aangewezen ambtenaren van de
gemeentelijke belastingen.
Artikel III
Na artikel 4 wordt artikel 4a tussengevoegd welke als volgt
wordt gelezen: