men meldingen niet kan worden afgeleid dat een
bepaalde instelling, organisatie of persoon zich
structureel schuldig maakt aan discriminatie.
4 DE AFDOENING EN HET VERVOLG VAN DE MELDINGEN.
Afgezien van de per post ontvangen anonieme
geschriften komen de meeste meldingen telefonisch
bij het meldpunt binnen. Sommige meld(st)ers komen
echter persoonlijk langs om hun verhaal te vertellen.
Voor veel melders is het een grote stap om kontakt op
te nemen met het meldpunt. Daarom krijgt iedere
melder dan ook ruimschoots de gelegenheid om zijn of
haar verhaal te doen en wordt daarbij van de zijde
van het meldpunt ondersteuning en begeleiding
geboden
De afdoening en het vervolg van een melding zijn
afhankelijk van de individuele omstandigheden van
iedere melder; standaard-oplossingen bestaan niet.
Uitgangspunt is hierbij dat, voor zover dit mogelijk
is, wordt getracht een voor melder bevredigende
oplossing te bewerkstelligen.
Van de in 1995 binnengekomen meldingen konden 26
direkt worden afgedaan, terwijl in 5 gevallen nader
onderzoek en /of aktie van de zijde van de gemeente
noodzakelijk bleek te zijn.
In gevallen waarin de melding direkt kan worden
afgedaan, betekent dit veelal dat de melding ofwel
voor kennisgeving wordt aangenomen en ter signalering
is genoteerd, ofwel dat het meldpunt de klacht heeft
doorgespeeld naar derden, waaronder de politie, ofwel
dat melder is doorverwezen naar een instantie die er
voor is toegerust om de betreffende melding in
behandeling te nemen. Zo is onder meer verwezen naar
het Buro voor Rechtshulp, de landelijke Commissie
Gelijke Behandeling en het Provinciaal Informatie en
Klachtenburo Friesland. Het meldpunt volgt deze
verwijzingen niet; het initiatief tot een eventueel
vervolgkontakt wordt aan melder overgelaten.
Zoals vermeld bleek in 5 gevallen nader onderzoek
en/of aktie van de zijde van de gemeente noodzake
lijk. Nader onderzoek betekent veelal dat nadere
informatie wordt ingewonnen en doorgespeeld naar
melder, waarna eventueel kan worden bemiddeld tussen
melder en de tegenpartij.
Naar aanleiding van de in dit hoofdstuk weergegeven
cijfers met betrekking tot de afdoening en het
vervolg van de meldingen wordt geconcludeerd dat zich
hierin in 1995 geen opvallende ontwikkelingen hebben
voorgedaan