Blad 4
zowel de gemeenten als de bijzondere schoolbesturen. Uiter
aard gaat het om een voorstel met een zeker compromiskarak
ter. In dit verband wijzen wij erop dat het GCO een dienst
met een samenwerkingskarakter is. Alle deelnemers hebben
benadrukt dat dit karakter gehandhaafd moet worden.
Het voorliggende voorstel doet naar onze mening voldoende
recht aan de nieuwe positie en verantwoordelijkheden van de
gemeenten. In de voorgestelde overgangsperiode van vier
jaar (van 1997 tot en met 2000) zal moeten worden nagegaan
of de doelstellingen met de geschetste opzet kunnen worden
bereikt, dan wel of bijstelling op bepaalde punten gewenst
of noodzakelijk is.
Wat de belangrijkste aspecten betreft merken wij het vol
gende op
3.2. Raad van Toezicht.
De "nieuwe" schoolbegeleidingsdienst GCO krijgt de
Stichtingsvorm, waarvan het bestuur wordt gevormd door de
directie. Voor het toezicht op het handelen van bestuur
(directie) wordt een Raad van Toezicht ingesteld, die als
volgt is samengesteld (artikel 9 van de concept-statuten
van de Stichting GCO Fryslan)
- vijf leden benoemd op bindende voordracht van de ge
meenten, waarvan één op bindende voordracht door de
Vereniging voor Openbaar Onderwijs (VOO);
- twee leden, benoemd op bindende voordracht van de
Stichting Christelijk Onderwijs Friesland (SCOF)
- een lid, benoemd op bindende voordracht van de Stich
ting Katholiek Onderwijs Noord Nederland (SKONN)
- een lid, benoemd op bindende voordracht van de Vereni
ging voor Bijzondere Schoolbesturen (VBS)
De leden van de Raad worden aangezocht op basis van hun
specifieke deskundigheid, waarbij te denken valt aan be
stuurlijke, juridische, financiële en onderwijskundige des
kundigheid. De taken van de RvT liggen in algemene zin op
het terrein van het toezichthouden op het functioneren van
de directie en controle op de algemene gang van zaken in de
Stichting en op het terrein van het personeelsbeleid en de
arbeidsvoorwaarden (artikel 2 van de concept-statuten)
De voorgestelde samenstelling en taakomschrijving leidt tot
de volgende opmerking:
Geconstateerd wordt dat de Raad van Toezicht een toezicht
houdende rol op afstand krijgt. Namelijk de directie van de
"nieuwe" Stichting GCO Fryslan vormt tevens het bestuur.
Consequentie van deze constructie is dat de RvT zich voor
namelijk richt op de bedrijfsvoering (financiële gang van
zaken)De beleidsvrijheid van bestuur/directie GCO is in
de voorgestelde opzet ruimer dan voorheen. Daarom is het
belangrijk om deskundige vertegenwoordigers in de RvT te
Blad 5
laten benoemen.
Wij stellen voor in te stemmen
stelling en taakomschrijving.
met de voorgestelde samen
3 3 Gemeenschappen j ke Regeling.
De Transformatievoorstellen gaan uit van het instellen van
een gemeenschappelijke regeling, naast de Stichting GCO.
Deze regeling zal fungeren als een platform en overlegor
gaan voor de gemeenten, waarin tussen de gemeenten kan wor
den overlegd en afspraken kunnen worden gemaakt over bijv.
de hoogte van het bedrag per leerling en het lokale onder
wijsbeleid. Bovendien kan de regeling fungeren als "op
drachtgever" voor de Stichting voor het verzorgen van de
onderwijsbegeleiding. In een dergelijke situatie behoeft de
Stichting niet met alle gemeenten afzonderlijk te onderhan
delen over de aard van de onderwijsbegeleiding.
Het gaat om het vormen van een "lichte" gemeenschappelijke
regeling in de vorm van een Gemeenschappelijk Orgaan op
basis van de mogelijkheden van de Wet Gemeenschappelijke
Regelingen. Bij deze vorm is er geen sprake van een rechts
persoonlijkheid bezittend orgaan, is er ook geen sprake van
voorschriften t.a.v. de structuur en zijn ook de bevoegdhe
den beperkt. In deze vorm kunnen er ook geen (financiële)
verplichtingen aangegaan worden.
Gelet op de geschetste opzet, die overigens nog moet worden
uitgewerkt, stellen wij u voor met het principe van het
instellen van een Gemeenschappelijk Orgaan in te stemmen.
3.4. Financiële aspecten.
Wat de financiële aspecten betreft dient een onderscheid
gemaakt te worden tussen de eenmalige kosten van het Trans
formatieproces en de financiering van de schoolbegeleiding
op lange termijn.
De eenmalige kosten worden geraamd op f 150.000,-. Hierte
genover staan geen inkomsten. De aanvankelijk gedachte was
om van de gemeenten een eenmalige bijdrage te vragen naar
rato van het aantal leerlingen. Gelet op de bezwaren van
een groot aantal gemeenten wordt nu voorgesteld de helft
van dit bedrag voor rekening van het GCO te laten komen (en
te financieren vanuit de verwachte efficiencywinst) en de
andere helft door de gemeenten te laten financieren. Dit
voorstel komt neer op een bedrag van f 1,25 per leerling.
Voor onze gemeente komt dat bij een leerlingenaantal van
ongeveer 8000 neer op een bedrag van ongeveer f 10.000,-.
De middelen zijn daarvoor in de begroting beschikbaar.
Naast de eenmalige kosten voor het Transformatieproject zal