3.2 Versterken aantrekkelijk vestigingsklimaat voor bewoners Met het versterken van het vestigingsklimaat voor bewoners wil Leeuwarden de revenuen van haar inspanningen meer ombuigen naar de stad zelf toe en het draagvlak voor haar voorzieningen vergroten. Leeuwarden heeft nu nog te maken met een te gering draagvlak voor haar voorzieningen. Dit is het gevolg van de grote pendel, de onevenwichtige bevolkingssamenstelling (qua inkomens), de hoge werkloosheid, de regionale aantrekkingskracht op probleemgroepen en de relatief geringe omvang gelet op haar centrumfunctie. Tevens is er een gering direct effect van haar eigen inspanningen en investeringen op ruimtelijk-economisch terrein. Er treedt een behoorlijk weglekeffect op. Eerste vereiste is dat de stad haar positie terugwint op het terrein van een hoogwaardig en kwalitatief goed aanbod aan woningen en bouwlocaties. Leeuwarden moet ook weer plaats bieden aan mensen met een gemiddeld of hoger inkomen, zodat er een beter draagvlak voor voorzieningen ontstaat en de stad een evenwichtiger sociale samenstelling krijgt. Te lang is Leeuwarden doorgegaan met een eenzijdige invulling van haar woningmarktaanbod. Dat maakt dat er een overschot is ontstaan in belangrijke delen van de huursector. Tegelijkertijd is er een groot tekort aan vrije kavels en koopwoningen in het midden en hogere segment. De komende 10 jaar zullen ruim 8.000 worden gebouwd in de zogenaamde uitleggebieden én op inbreilocaties. Dit gaat tegelijkertijd gepaard met de verbetering van de reeds bebouwde omgeving. Met het project Stedelijke Vernieuwing is er een gemeentebreed plan ontwikkeld voor sloop en gedeeltelijke herbouw. De uitvoering wordt per wijk integraal (fysiek en sociaal) ter hand genomen. Een belangrijk deel van de maatregelen in het kader van de stedelijke vernieuwing zal plaatsvinden in Leeuwarden-Oost (incl. Bilgaard). Leeuwarden-Oost staat als gevolg van het eenzijdig woonruimteaanbod, de hoge werkeloosheid en de lage inkomens nog steeds op achterstand en heeft te maken met een cumulatie van problemen. Leeuwarden-Oost zal daarom een belangrijk accent krijgen bij het wijkgericht aanpakken van de problemen, zowel op fysiek als op sociaal gebied. Een aantrekkelijk en evenwichtig woonmilieu alleen is niet voldoende; het leefmilieu neemt een steeds prominentere plaats in bij het stedelijk vestigingsklimaat voor bewoners en bedrijven. Een goed en aantrekkelijk leefmilieu krijgt onder meer vorm door veiligheid en handhaving, voorzieningen op het terrein van cultuur, sport ontspanning, onderwijs, gezondheidszorg, opvang en natuurlijk een goed onderhoud van woon- en leefomgeving. Leeuwarden heeft een belangrijke centrumpositie als het gaat om cultuur en zorg, Leeuwarden is nadrukkelijk de verzorgende en culturele hoofdstad van Fryslan. Een levendige binnenstad verhoogt de aantrekkingskracht van Leeuwarden. In de binnenstad komen zeer veel verschillende functies en activiteiten samen. En deze heeft daarmee een belangrijke economische functie. Leeuwarden streeft ernaar haar positie terug te winnen als winkelcentrum, niet alleen voor de stedelingen zelf, maar ook voor de omliggende regio en voor toeristen. De historische waarde van de binnenstad met haar vele monumenten is hierbij een belangrijk element. In het verlengde hiervan zal voor toerisme ingezet worden op cultuur- en watertoerisme. Om dit alles te bereiken zal er geïnvesteerd worden in fysieke maatregelen, zoals de bereikbaarheid van de binnenstad, het autoluw maken van het centrum, parkeergarages, een vorm van openbaar binnenstadsvervoer en het weer bevaarbaar maken van de waterwegen, maar tevens in het stimuleren van activiteiten in de binnenstad, bijvoorbeeld in de vorm van festivals, welke mede de levendigheid van de stad bepalen. De uitgebreide culturele infrastructuur zal beter benut worden door het stimuleren van activiteiten en een bundeling van voorzieningen en activiteiten in de binnenstad, bijvoorbeeld in de vorm van een cultureel kwartier. Naast het instandhouden en versterken van de basisvoorzieningen zal ingezet worden op het bevorderen van de sociale integratie en achterstandbestrijding om er voor de toekomst voor te zorgen dat Leeuwarden een evenwichtige, sociaal ongedeelde en veilige stad wordt. 4 Perspectiefnota Plus 2000 - 2003 - 2010 Bij achterstandbestrijding gaat het om het aanbieden van individuele trajecten voor mensen in achterstandsituaties (activeringstrajecten, scholing, etc.). De sociale integratie zal in Leeuwarden-Oost en in aansluiting op de stedelijke vernieuwing bevorderd worden door bijvoorbeeld het invoeren van het buurtschoolconcept, flexibel jeugd- en jongerenwerk, integraal veiligheidsbeleid, wijkgerichte aanpak en activering. 4. DE PIJLERS 4.1 De sociale pijler In 1998 is gestart met de vernieuwing van het lokaal sociaal beleid. Directe aanleiding hiervoor was de hardnekkige sociale problematiek en het optimaliseren van de gemeentelijke mogelijkheden op sociaal terrein als gevolg van decentralisatie en deregulering. Dit lokaal sociaal beleid vormt de basis voor de sociale pijler. Centraal staan het bevorderen van sociale samenhang door te voorzien in een sociale infrastructuur met voldoende mogelijkheden voor opvang, ontmoeting, ontplooiing en ontspanning én het bevorderen van sociale reïntegratie van personen die in een achterstandpositie zijn geraakt. Hierdoor moet een adequate sociale infrastructuur ontstaan die de basis is voor een "sociaal en ongedeeld Leeuwarden, met een regionale centrumfunctie". Binnen dit brede terrein is een clustering gemaakt in drie domeinen, te weten: Basisvoorzieningen. Dit domein heeft betrekking op het algemene basisniveau van voorzieningen, bedoeld voor iedereen. Sociale integratie. In dit domein wordt aandacht gevraagd voor de kansen en de problemen die voortkomen uit de wijze waarop mensen met elkaar samenleven en daarmee invulling geven aan het begrip samenleving. Het gaat hier dus niet in eerste instantie om de aanpak van problemen van individuele burgers. De verwijzing naar het samenleven laat zien dat het te maken heeft met sociale cohesie of sociale verbondenheid en daarmee raakt het het veel bredere begrip leefbaarheid of leefkwaliteit. Veiligheid is onderdeel van dit domein. Achterstandbestrijding. Heeft betrekking op reeds bestaande achterstandsituaties, waarbij, om de positie te verbeteren, veelal op de persoon toegesneden trajecten nodig zullen zijn. Basisvoorzieningen De basisvoorzieningen in dit verband kunnen worden gegroepeerd onder de volgende vier noemers: ontmoeting, ontspanning, ontplooiing en opvang. Wat dit betreft beschikt de stad over een uitgebreid en divers aanbod van opleidingen, sport- en recreatiefaciliteiten, (kinder-)opvang en culturele voorzieningen passend bij de regionale centrumpositie. Leeuwarden beschikt echter over potenties die beter kunnen worden benut. Daarbij kan zowel worden gedacht aan de deelname, die kan worden vergroot, bijvoorbeeld door toenemende bekendheid van het publiek met het bestaan van het aanbod (de verborgen schatten). Maar ook aan het vinden van een sluitende aanpak en het vergroten van synergie door het creëren van samenwerkingsverbanden en netwerken van voorzieningen. Strategisch doel: Het onderhouden en versterken van een kwalitatief hoogwaardig niveau aan basisvoorzieningen dat aansluit op de wensen en behoeften van de gebruikers en welk aanbod voor alle gebruikers toegankelijk is. Operationele doelen Toename van de cultuurparticipatie met 15% en door jongeren met 20% in 2004. Toename van het aantal binnenschoolse cultuureducatieve projecten met 30% en het aantal lokale producties in 2004. Voor 2004 wordt een waarderingsonderzoek gehouden over het culturele aanbod. Toename van aantal bezoekers aan musea met 15% en aan festivals met 30% in 2004. Uitbreiding tot 2005 van het aantal kindplaatsen voor 0 tot 4 jarigen met 10% en buitenschoolse opvang (leeftijdsgroep 4-12 jaar) tot in ieder geval 144. 5 Perspectiefnota Plus 2000 - 2003 - 2010

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1999 | | pagina 297