4. Aan de ouders die één of meer leerlingen laten
vervoeren door andere ouders die van gemeentewege
voor het vervoer van één of meer leerlingen een
vergoeding ontvangen afgeleid van de Reisregeling
binnenland, wordt door burgemeester en wethouders
geen vergoeding verleend.
Titel 3 Bepalingen omtrent het vervoer van de leerlingen van scholen voor (voortgezet) speciaal
onderwijs en scholen voor speciaal voortgezet onderwijs
Artikel 15 Vergoeding van de kosten van openbaar vervoer en vervoer per fiets
1Burgemeester en wethouders kennen een vergoeding toe op basis van de kosten van het
openbaar vervoer aan de ouders van de leerling die een school voor speciaal onderwijs, een
school voor voortgezet speciaal onderwijs dan wel een school voor speciaal en voortgezet
speciaal onderwijs bezoekt, indien:
a. de leerling een school voor speciaal onderwijs bezoekt en de afstand van de woning naar de
dichtstbijzijnde voor hem toegankelijke school meer dan 6 km bedraagt;
b. de leerling een school voor voortgezet speciaal onderwijs bezoekt en de afstand van de
woning naar de dichtstbijzijnde voor hem toegankelijke school meer dan 6 km
bedraagt.
2. Indien een leerling een school voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs bezoekt is het
bepaalde in het eerste lid, onder a, van toepassing indien de leerling speciaal onderwijs volgt, en
is het bepaalde in het eerste lid, onder b, van toepassing indien de leerling voortgezet speciaal
onderwijs volgt.
3. In afwijking van het eerste lid kennen burgemeester en wethouders de ouders een vergoeding
toe op basis van de kosten van het vervoer per fiets, indien de leerling naar het oordeel van
burgemeester en wethouders, al dan niet onder begeleiding, gebruik kan maken van het vervoer
per fiets.
Alternatief indien wordt gekozen voor het invoeren van een
afstandscriterium van 0 (nul) kilometer ten behoeve van
leerlingen die scholen voor ZMLK bezoeken
Artikel 15 Vergoeding van de kosten van openbaar vervoer
en vervoer per fiets
1. Burgemeester en wethouders kennen een vergoeding toe
op basis van de kosten van het openbaar vervoer aan de
ouders van de leerling die een school voor speciaal
onderwijs, een school voor voortgezet speciaal
onderwijs dan wel een school voor speciaal en
voortgezet speciaal onderwijs bezoekt, indien:
a. de leerling een school voor speciaal onderwijs
bezoekt van de soort van Zeer Moeilijk Lerende
Kinderen (ZMLK);
b. de leerling een school voor speciaal onderwijs,
niet zijnde ZMLK, bezoekt en de afstand van de
woning naar de dichtstbijzijnde voor hem
toegankelijke school meer dan 6 km bedraagt;
c. de leerling een school voor voortgezet speciaal
onderwijs, niet zijnde ZMLK, bezoekt en de
afstand van de woning naar de dichtstbijzijnde
voor hem toegankelijke school meer dan 6 km
bedraagt.
2. Indien een leerling een school voor speciaal en
voortgezet speciaal onderwijs bezoekt is het bepaalde in
het eerste lid, onder b, van toepassing indien de leerling
speciaal onderwijs volgt, en is het bepaalde in het eerste
lid, onder c, van toepassing indien de leerling voortgezet
speciaal onderwijs volgt.
3. In afwijking van het eerste lid kennen burgemeester en
wethouders de ouders een vergoeding toe op basis van
de kosten van het vervoer per fiets, indien de leerling
naar het oordeel van burgemeester en wethouders, al
dan niet onder begeleiding, gebruik kan maken van het
vervoer per fiets.
alternatief indien niet wordt gekozen voor de mogelijkheid een
fiets of bromfiets als 'eigen vervoertoe te laten,
waarbij in dit alternatief reeds rekening is
gehouden met het toekennen van vervoer aan
ZMLK-leerlingen: