Rekening 1998 Concern Uitvoeringsoverzicht GSB programma's Per 31 december 1998 Het GSB convenant met het rijk heeft een looptijd van 1996 tot en met 1999. Gedurende deze periode zijn jaarlijks uitvoeringsprogramma's vastgesteld. In juni 1998 werd opnieuw een jaarprogramma GSB door de raad vastgesteld waarbij de jaren 1998 en 1999 samengenomen zijn. Dit betekent dat nu driejaarschijven met GSB projecten in uitvoering zijn. Het jaarprogramma 1996 (grotendeels afgerond), het jaarprogramma 1997 (volop in uitvoering) en de uitvoering van het van het jaarprogramma 1998/ 1999 (gestart in oktober 1998). Alle middelen uit de eerste convenantsperiode zijn hiermee in principe verdeeld. GSB GSB GSB GSB GSB progr. 1996 Progr. 1997 progr. 1998 progr. 1999 totaal Aantal projecten 35 64 64 21 184 In uitvoering 3 18 33 21 75 Afgerond 31 (91 37 (72 30 (48 0 98 60%) Vervallen 1 10 1 0 12 Zie bijlage 4 Begin 1999 zijn nog 75 van de 184 projecten in uitvoering. De laatste GSB projecten zullen in 2000 worden afgesloten. Een totale, afsluitende evaluatieve terugblik op de gestelde doelen en de behaalde resultaten zal in 2000 worden opgemaakt. Het GSB kent een aantal evaluatie-instrumenten: GSB-monitor Zelfanalyse (door gemeenten zelf) Visitatie (door onafhankelijke derden) De GSB monitor en zelfanalyse vinden 2-jaarlijks plaats, de visitatie 4-jaarlijks. De monitor levert vooral veel cijfermatige informatie, de zelfanalyse en visitatie moeten inzicht verschaffen in de effecten van de gemaakte keuzen en hebben leren, verbeteren en verantwoorden tot doel. In 1997 vond de eerste zelfanalyse in Leeuwarden plaats (periode 1996 - medio 1997). Aansluitend kwam de visitatiecommissie langs. Naar aanleiding van de zelfanalyse/visitatie zijn door Leeuwarden "verbeterpunten" opgesteld. De volgende zelfanalyse was gepland over de periode medio 1997 t/m 1998. (gereed 1999) Deze werd echter door het rijk en de steden afgeblazen vanwege de wederzijdse benodigde inspanningen ten behoeve van het doorstartconvenant en de stedelijke meeijarenontwikkelingsprogramma's. Nu de eerste convenantperiode na dit jaar afgerond zal zijn, lijkt het voor de hand te liggen om de eerstvolgende zelfanalyse/visitatie en de eindevaluatie (van de 1996- 2000) ineen te schuiven. De financiële en inhoudelijke rapportage over 1998 zal hierbij als één van de bronnen dienen. De uitgebreide, inhoudelijke rapportage c.q. tussenevaluatie over 1998 zal plaatsvinden in oktober 1999. Op dit moment is het eigenlijk nog te vroeg om inhoudelijke mededelingen te doen over deze projecten, aangezien deze op zijn vroegst in oktober 1998 van start zijn gegaan. Externe partners en uitvoerende instellingen rapporteren jaarlijks in mei, juni over het voorgaande jaar. Een en ander betekent dat er najaar 1999 meer inzicht zal zijn in de voortgang en de eerste resultaten van de projecten. Dan kan tevens worden aangesloten bij de rapportage ten behoeve van de rijksmiddelen "Jeugd en Veiligheid" en "Stadseconomie en leefbaarheid".

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1999 | | pagina 567