1
DEEL I UITVOERINGSPLAN
1. Inleiding
De notitie 'Algemene uitgangspunten handhavingsbeleid gemeente Leeuwarden' is richtinggevend ten
aanzien van de wijze waarop de gemeente Leeuwarden de komende jaren zal omgaan met het
handhavingsvraagstuk. De notitie dient vastgesteld te worden door de gemeenteraad. De concrete
uitvoering van de uitgangspuntennotitie behoort tot de taken van het college van burgemeester en
wethouders.
Het project 'Handhaving' brengt een omvangrijk takenpakket met zich mee. In dit uitvoeringsplan
staan de werkzaamheden nader uitgewerkt weergegeven. De volgende fasen zijn in de uitvoering te
onderscheiden: de fase van theorievorming en het samenstellen van een handboek (par. 1.1), de
inventarisatiefase (par. 1.2), de analysefase (par. 1.3), de beleidsfase (par. 1.4) en de evaluatiefase
(par. 1.5). De planning staat opgenomen in paragraaf 1.6.
1.1 Theorievorming en praktijkhandboek 'Handhaving'
Met de uitvoering van een aantal uitgangspunten kan direct een start worden gemaakt. De reden
hiervoor is dat de uitgangspuntennotitie voldoende richtinggevend is en daarom slechts uitgevoerd
dient te worden in de vorm van beantwoording van theoretische vraagstukken en het opstellen van o.a.
werkinstructies en richtlijnen. De projectgroep kiest er voor om de beantwoording van de theoretische
vraagstukken en de werkinstructies/richtlijnen/modellen/enz. op te nemen in een praktijkhandboek
'Handhaving'. Hierbij wordt benadrukt dat het handboek zeer praktijkgericht zal worden opgesteld,
zodat betrokkenen in het veld (van beleidsmedewerker tot toezichthouder) er mee kunnen werken. Er
is in het handboek duidelijk geen plaats voor omvangrijke theoretische uiteenzettingen.
Het opstellen van het praktijkhandboek brengt o.a. de volgende werkzaamheden met zich mee:
aHet opstellen van werkinstructies of richtlijnen ten aanzien van:
- De ontwikkeling van uitvoenngs- en beleidsplannen (uitgangspunt 2.1).
- De ontwikkeling van besluitvormingsprocessen (uitgangspunt 2.6).
b. Het beantwoorden van de vragen (ten behoeve van uitgangspunt 2.3):
- Wat is gedogen?
- Vormen van gedogen?
- In welke gevallen is gedogen (juridisch gezien) toegestaan?
Vervolgens wordt een werkinstructie/richtlijn aangaande de omgang met gedogen opgesteld.
c. Het beantwoorden van de vragen (ten behoeve van de uitgangspunten 2.4 en 2.5):
- Wat is bestuursdwang?
- Wat is de dwangsom?
- Wanneer toe te passen?
Vervolgens wordt een werkinstructie opgesteld aangaande de omgang met bestuursdwang en
dwangsom (draaiboek: standaardisatie van procedures). Standaardbrieven worden ontwikkeld om
de fouten en risico's in de genoemde procedures te beperken.
d. Het beantwoorden van de vragen:
- Wat zijn toezichthouders (onderscheid toezicht/opsporing)?
- Bevoegdheden van toezichthouders?
- Hoe dient aanwijzing van toezichthouders plaats te vinden?
e. Het opstellen van een overzicht van:
- betrokken bij de handhavingstaak (van beleidsmaker tot toezichthouder);
- taken en bevoegdheden van betrokkenen.
