6 2.4 Doelstelling De doelstelling van dit project is: Komen tot een helder en gestructureerd handhavingsbeleid, conform de strekking van de uitgangspunten als geformuleerd in de notitie "Algemene uitgangspunten handhavingsbeleid gemeente Leeuwarden'. Beoogde effecten (beperkt tot de uitgangspunten): - efficiency- en effectiviteitsvoordelen behalen op het gebied van capaciteit (menskracht en financiën) en slagvaardigheid; - burgers (kunnen) weten op welke wijze de gemeente Leeuwarden handhaaft; - (beleids)medewerkers en toezichthouders hebben heldere en eenduidige handvatten bij het uitoefenen van hun handhavingstaak; - de diensten, sectoren en afdelingen zijn op de hoogte van de kaders waarbinnen het specifieke handhavingsbeleid van de betreffende dienst, sector of afdeling vorm dient te krijgen; - realisatie van gewenste maatschappelijke regulering door effectieve handhaving; - duidelijke afspraken met politie, OM en andere bij de handhaving betrokken organisaties (incl. andere overheden). 3. Projectorganisatie Zoals bekend brengt projectmatig werken een specifieke organisatie met zich mee. De wijze van werken wijkt af van de normale lijnorganisatie. Het is daarom van belang dat de projectorganisatie helder uiteen wordt gezet, zodat het lijnmanagement en de besluitvormers weten in hoeverre door de projectleider aanspraak wordt gemaakt op de aanwezige capaciteit (menskracht en faciliteiten). Eén en ander wordt onderstaand uiteen gezet. 3.1 Opdrachtgever en projectleider Opdrachtgever: dhr. F.M.J. Steijvers (gemeentesecretaris). Projectleider: dhr. B.W Nijholt. Tussen dhr. Steijvers en de projectleider vindt periodiek overleg plaats. Dhr. Steijvers communiceert met de projectleider en is de enige die hem stuurt. De projectleider 'luistert' dus alleen naar dhr. Steijvers. Uitbreiding of inperking van de reikwijdte van het project geschiedt alleen op initiatief van de opdrachtgever of de projectleider en met instemming van beiden. De opdrachtgever wordt vroegtijdig ingeseind wanneer blijkt dat realisatie van het uitvoeringsplan (zie deel I) met mogelijk is of wanneer in de uitvoering sprake is van ernstige vertraging. De projectleider rapporteert maandelijks (beknopt) aan de opdrachtgever omtrent de voortgang. 3.2 De projectgroep De projectgroep neemt als team de regievoering ten aanzien van de realisatie van de uitgangspunten op zich. Onderstaand is weergegeven welke personen deel uitmaken van de projectgroep (excl. de projectleider) en welke taakvelden in het kader van het project onder hun verantwoordelijkheid vallen. Koos Spoelstra (Dienst SO) Ron de Wilde (Dienst SO) Richard Rey (Dienst SO) Koos Achterhof (Dienst AZ) taakveld: taakveld: taakveld: taakveld: sector milieu sector reiniging en technisch onderhoud sector bouwen en wonen sector economie en ruimte sector ruimtelijke inrichting sector beheer openbare ruimte sector sport en recreatie dienst algemene zaken De projectgroepleden zijn geselecteerd op de volgende kwaliteiten: - kennis van en inzicht in de handhavingstaak binnen het (de) betreffende taakveld(en); - inzicht in de huidige stand van de handhaving binnen het (de) betreffende taakveld(en); - kennis van juridische aspecten verbonden aan handhaving; - kennis van en inzicht in de handhavingsproblematiek; - voldoende overzicht om de specifieke taakvelden binnen de gehele handhavingstaak van de gemeente Leeuwarden te kunnen plaatsen. Aan de projectgroep wordt een projectsecretaris verbonden. De projectgroep is samengesteld uit mensen die allemaal hun eigen kennis en ervaring inbrengen. Om deze kwaliteiten optimaal te benutten is het noodzakelijk dat binnen de projectgroep 'open' gecommuniceerd wordt. Dit betekent dat binnen de projectgroep geen belangenbehartiging mag plaatsvinden, wat niet wegneemt dat rekening moet worden gehouden met handhavingsproblematiek binnen het eigen taakveld. Het groepsresultaat staat echter voorop. Voor het project wordt geen apart communicatieplan opgesteld. 3.3 Taken en verantwoordelijkheden projectgroepleden en lijnmanagement Zoals eerder aangehaald brengt projectmatig werken een specifieke aanpak met zich mee. De projectleider is (naar de opdrachtgever) verantwoordelijk voor het slagen van het project, waarbij het al dan niet slagen wordt afgemeten aan de geformuleerde doelstellingen. De projectleider heeft geen formele bevoegdheden en moet daarom bij de uitoefening van zijn taak kunnen steunen op het lijnmanagement. Daarbij heeft het lijnmanagement voornamelijk een faciliterende rol, in de zin van het beschikbaar stellen van menskracht en overige faciliteiten. Daarnaast moet het lijnmanagement garant staan voor de kwaliteit van producten zoals deze door de projectgroep worden gevraagd. 3.3.1 De projectgroepleden Het takenpakket van de afzonderlijke projectgroepleden is tweeledig. Op de leden rust allereerst een collectieve verantwoordelijkheid ten aanzien van de regievoering door de projectgroep. Naast de regievoerende taak, is het projectgroeplid verantwoordelijk voor de feitelijke werkzaamheden die in het kader van het project moeten worden uitgevoerd. Het is aan het projectgroeplid om te bepalen of de feitelijke werkzaamheden door hemzelf worden uitgevoerd, of dat hij hierin slechts sturend optreedt en de werkzaamheden onder zijn verantwoordelijkheid laat uitvoeren. Ten aanzien van de werkzaamheden geldt dat de afzonderlijke projectgroepleden, m.u.v. de projectleider en de projectsecretaris, een gelijke inspanningsverplichting hebben. Ten aanzien van de inspanningen die moeten worden geleverd om het praktijkhandboek 'Handhaving' op te stellen geldt een zwaardere inspanningsverplichting voor de dienst Algemene Zaken. Indien afspraken, gemaakt binnen de projectgroep of zoals neergeslagen in dit document of de uitgangspuntennotitie, niet worden nagekomen, dan wordt het projectgroeplid hierop op aangesproken door de projectleider. Afhankelijk van de situatie overlegt de projectleider tevens met de directeur van de betreffende dienst of het betreffende taakveld. 3.3.2 Het lijnmanagement Het lijnmanagement draagt verantwoordelijkheid ten aanzien van de bijdragen uit de dienst/het taakveld. Het gaat hier voornamelijk om het projectgroeplid dat wordt afgevaardigd. Deze moet voldoen aan de kwalitatieve eisen als gesteld in paragraaf 3.2. Daarnaast dient het projectgroeplid het aantal uren dat is gereserveerd voor het project (zie paragraaf 3.6) beschikbaar te zijn. 7

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1999 | | pagina 107