Blad 6 bijvoorbeeld de sociale pijler en de paragraaf over woningmarkt) Op basis van de laatste Tussenrapportage (TURAP) van Leeuwarden zal er straks ongeveer f 6 miljoen incidenteel beschikbaar zijn. De inzet daarvan zal integraal afgewogen worden in het kader van de Perspectiefnota 2001, maar natuurlijk zullen wij zowel de beschikbare incidentele als structurele middelen inzetten om de doelen van het MOP te kunnen realiseren. Dit zullen wij als zodanig ook communiceren met het Rijk. Voor de woningmarktmaatregelen (paragraaf 5.2) geldt nog dat er vroeger een separaat stadsvernieuwingsfonds was. Van rijkszijde is de opvolger het Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing, maar deze middelen kunnen c.q. hoeven niet uitsluitend (meer) voor woningmarktmaatregelen ingezet te worden Het gemeentelijk stadsvernieuwingsfonds is bovendien opgegaan in het Strategisch Investerings- en OntwikkelingsFondsGezamenlijk is voor de woningmarkt maatregelen nu vooreerst f 39,9 miljoen vanuit de overheden (gemeente Rijk/ISV) beschikbaar, dit is voor de periode 2000 t/m 2004 de financiële ruimte voor de uitvoering van het totale maatregelenpakket Woningmarkt; binnen het maatregelenpakket kunnen nog nadere keuzes worden gemaakt. Overleg- en inspraaktraject Over de voornemens zoals nu opgenomen in het MOP is voor het overgrote deel van de beleidsterreinen op hoofdlijnen qua beleidsrichting al commitment van externe partijen. Het gaat immers vaak om bestaand beleid, dat nu integraal wordt samengebracht in het MOP. Bij de verschillende programma s wordt aan het commitment ook apart aandacht besteed. Met name daar waar het gaat om een nieuwe beleidsrichting (maar deels ook voor andere terreinen) heeft de uitwerking van de pijlers van het MOP zoveel mogelijk in overleg met de belangrijkste partners plaatsgevonden. Vanzelfsprekend is er tevens zeer regelmatig overleg geweest met het Rijk over het MOP. In aansluiting hierop hebben wij nog een meer 'formeel' overlegtraject in september 1999 over het MOP. Voor een overzicht van de partners wordt verwezen naar de notitie met betrekking tot het overleg- en inspraaktraject. In dit formele overlegtraject hebben wij aan de betrokken partners gevraagd of men de gekozen ontwikkelings- en beleidsrichting van het MOP kan onderschrijven en ondersteunen Daarnaast heeft er van 1 september t/m 20 september 1999 nog een inspraaktraject gelopen. Blad 7 De uitkomsten van het overleg- en inspraaktraject treft u aan in de bijgaande notitie. De uitkomsten hebben een rol gespeeld bij het opstellen van de definitieve versie van het MeerjarenOntwikkelingsProgramma Leeuwarden, zoals dat nu voor u ligt. Tot slot Onder vermelding dat de Commissie Bestuur en Middelen op 13 oktober 1999 positief heeft geadviseerd met betrekking tot het onderhavige voorstel inzake het MeerjarenOntwikkelings- Programma van Leeuwarden, stellen wij u voor te besluiten overeenkomstig het bijgevoegde ontwerp-besluit Leeuwarden, 14 oktober 1999. Burgemeester en wethouders van Leeuwarden, L.B.M. van Maaren-van Balen, burgemeester, mr. F.M.J. Steijvers, secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1999 | | pagina 164