De investeringsbeslissingen worden in samenhang met de beheersconsequenties genomen. Overigens zal in dit verband ook nadrukkelijk een relatie worden gezocht met de landinrichting als middel om stedelijke ontwikkeling tot stand te brengen. Waterplan Leeuwarden Leeuwarden wil bovendien de ruimtelijke kwaliteit water meer benutten bij haar planvorming, bijvoorbeeld in de binnenstad, maar ook bij de stedelijke vernieuwing. In het verlengde daarvan moet ook de economische potentie van water in de toekomst meer uitgenut worden (toerisme, technologie, kennis, etc.). Hiervoor zijn plannen in ontwikkeling ('Blauwe Diamant' - waterplan Leeuwarden) met als doel het verhogen van de economische, ecologische en ruimtelijke waarde van water, door middel van de volgende maatregelen: verbetering van de kwaliteit van water en de vitaliteit van het watersysteem water beter benutten als kwaliteitsimpuls woon-/leefomgeving (o.a. Binnenstad, Nieuwe Stad en Stedeliike Vernieuwing) voorwaarden scheppen voor een beter toeristisch en recreatief gebruik van water de potenties van water benutten bij de ontwikkeling van Leeuwarden een impuls bieden aan kennisinstituten en bedrijfsleven die op watergebied actief zijn vergroten van de samenhang en samenwerking in beheer, onderhoud, sanering en voorkomen van verontreiniging verbeteren van de waterketen (riolering, afvalwater, waterzuivering) versterken van de ecologische waarde van water In de watervisie zullen de operationele doelen verder uitgewerkt worden, zodat de beoogde effecten specifieker en meetbaar worden gemaakt. Voortvloeiend uit de visie worden voorstellen geformuleerd voor projecten en vervolgtrajecten, die grotendeels als onderdeel van geplande of in uitvoering zijnde projecten kunnen worden opgepakt. De partners zetten zich in om de voorgestelde projecten en trajecten te realiseren. Leeuwarden werkt in het kader van het Europese programma Intereg IIC samen met Göteborg, Emden en Norwich mee aan het project 'Watercity International'. Doel van het project is gecombineerde ontwikkeling van waterplannen en uitwisseling van kennis en ervaring. De provincie Fryslan is als 'leadpartner' organisator hiervan. Daarnaast participeert Leeuwarden in een waterketenbeheerproject gericht op een effectievere en duurzamere inzameling, vervoer en zuivering van water, gezamenlijk met Wetterskip Fryslan en Waterleiding Friesland/NUON. Monumenten De subsidiebudgetten die het rijk beschikbaar stelt op grond van het Besluit restauratie rijksmonumenten (Brrm 1997) worden door de gemeente aangewend voor de instandhouding van grote rijksmonumenten, zoals kerken en molens. Leeuwarden ziet zich geplaatst voor een aanzienlijke terugval van het restauratiesubsidiebudget met ingang van 2003. De landelijk ingevoerde nieuwe systematiek voor het bepalen van de restauratiebehoefte doet vermoeden dat de 440 rijksmonumenten in Leeuwarden in goede staat verkeren. De ervaring leert echter, dat Leeuwarden bij de jaarlijkse opstelling van het meerjaren-restauratieuitvoerings- programma in toenemende mate geconfronteerd worden met acute achterstandproblemen, zodat een groeiend aantal subsidie-aanvragen niet ingepast kan worden. Leeuwarden zal in 2000 een nieuwe behoefteraming restauratie rijksmonumenten uitvoeren. Uit de gemeentelijke stadsvemieuwingsmiddelen is tot en met 1999 jaarlijks een subsidiebudget van 1 miljoen gulden beschikbaar gesteld voor de restauratie van woonhuismonumenten, voor Wonen boven Winkels (appartementen), om de verpaupering in de binnenstad tegen te gaan, en voor herbestemming van grote monumentale gebouwen voor woondoeleinden. Middels deze regeling zijn over de afgelopen twee jaar aan ca. 50 projecten subsidie toegekend en 30 woningen aan de voorraad toegevoegd. Met elke subsidiegulden werd gemiddeld f 4,20 aan directe private investeringen gegenereerd. In kader van het programma Binnenstad en Toerisme wordt, in een samenhangend pakket van maatregelen, een veelheid aan activiteiten ontplooid om de mogelijkheden en kansen van de aanwezige functies en de historische ambiance gericht te versterken. Met betrekking tot het wonen in de binnenstad (zie het onderdeel Woningmarkt) zal de inzet gericht zijn op het stimuleren van woningverbeteringen, het renoveren van woonhuismonumenten, functiewijziging van niet-woonruimte tot woonruimte en architectonisch verantwoorde nieuwbouw op open ruimten In samenwerking met derden wordt aan het wonen boven winkels een nieuwe impuls gegeven; de aanpak richt zich primair op het kemwinkelgebied waar de leegstand van verdiepingen het hardnekkigste is. Monumentenzorg zal zich eveneens meer richten op vergroting van het intern en maatschappelijk draagvlak Door gerichte activiteiten op het gebied van voorlichting en PR zal grotere bekendheid worden gegeven aan Leeuwarden - monumentenstad De beschikbare subsidiebudgetten zullen strategisch ingezet worden: meer gebieds- en'of themagericht. In combinatie met een doelgerichte voorlichting verwacht Leeuwarden een grotere uitstraling van dergelijke projecten, zodat ook andere partijen zich gestimuleerd voelen om in eigen bezit of activiteiten (cultuur, toerisme) te investeren. 54 De geschetste werkwijze brengt met zich mee, dat het gemeentelijk monumentenbeleid wordt getransformeerd tot ook een bruikbaar instrument in het beleid gericht op een duurzame kwaliteitsverhoging van de sociale, economische en fysieke structuur. Een herbezinning op het gemeentelijk monumentenbeleid wordt ook ingegeven door landelijke ontwikkelingen, die leiden tot een verbreding van de aandacht van het beleidsveld (periode Wederopbouw, bodemarchief/archeologie). Van objectgebonden aandacht en subsidiëring naar meer subject-gerichte aandacht met een bijzondere plaats voor de zogenoemde 'culturele' boven- en ondergrondse planologie (Belvedère). In deze structuurgerichte, planologische monumentenzorg komt, sterker dan voorheen, de wisselwerking tussen monumenten en omgeving centraal te staan. De vernieuwing van het gemeentelijk monumentenbeleid zal nog in 1999 gestalte krijgen in de vorm van een nieuwe Monumentennota. Hierin zal ook aangegeven worden hoe met de (te) beperkte, beschikbare middelen voor monumenten zal worden omgegaan, welke keuzes Leeuwarden maakt. Handhaving Om de omgevingskwaliteit ook te kunnen blijven waarborgen, is hiervoor tevens een inzet met betrekking tot handhaving noodzakelijk. Tot op heden heeft Leeuwarden een sober handhavingsbeleid gevoerd. Gemeentebreed een actief handhavingsbeleid inzetten voor alle overtredingen is niet mogelijk. In 2000 zal in een aantal prioritaire ruimtelijke gebieden gestart worden met een actiever beleid, te weten Binnenstad, Vegelin, Vrijheidswijk, Goutum-Noord/Hempens-Teems en buitengebied Zuid. Het accent zal liggen op leefbaarheid, op die zaken waar burgers daadwerkelijk iets van merken, derhalve is primair gekozen voor handhaving van de Wet RO, Woningwet en Huisvestingsverordening. Duidelijk is dat daarmee het totale pakket wensen met betrekking tot handhaving niet wordt ingevuld en de knelpunten dus niet volledig kunnen worden opgelost. Operationele doelen In 2000 heeft (op basis van het in ontwikkeling zijnde instrument) afstemming plaatsgevonden tussen de technische kwaliteiten, via de beheersystemen, en de belevingskwaliteit (burger), hetgeen de basis vormt voor de kosten-kwaliteitsverhouding van het beheer van de gehele openbare buitenruimte in Leeuwarden. De openbare buitenruimte, waaronder o.a. groenvoorzieningen en verhardingen, wordt vanaf 2001 onderhouden overeenkomstig de vastgestelde kwaliteitsniveaus. In de wijken, waarin stedelijke vernieuwing plaatsvindt, stijgt het percentage burgers dat tevreden is met de openbare ruimte (verhardingen, groen, waterpartijen en verlichting) de eerste 5 jaar elk jaar met 1%. Het groenareaal dat 'meer natuurlijk' wordt beheerd neemt in gelijke mate toe met de stijging van het totaal te beheren groenareaal. Het oppervlak aan groen in de vorm van parken (de groene longen) blijft gelijk. De kwaliteit van de groene longen in de stad wordt gehandhaafd en versterkt. Er wordt voor gezorgd dat er een kwalitatief goede overgang is van stedelijk naar landelijk gebied (inrichting stadsranden), met name bij uitleggebieden. De beleving en benutting van de ruimtelijke kwaliteit water zal in een samenhangende aanpak worden verbeterd. De benutting van de kwaliteit en meerwaarde van het element monumenten zal worden verbeterd. Intensivering van het handhavingsbeleid door middel van een toename van het aantal handhavingzaken van 100 in 1999, naar 400 in 2000. Commitment De discussie en besluitvorming over het niveau van het gewenste kwaliteitsprofiel dient nog plaats te vinden, hierbij zijn reeds diverse partijen betrokken. Voorts wordt, zoals bij de werkwijze reeds verwoord, via het reguliere wijkoverleg, e.d. de betrokkenheid van wijkbewoners georganiseerd. De belangrijkste structuurelementen op het gebied van groen zijn onderdeel van de Structuurschets 'Leeuwarden, Open Stad' (zie ook het onderdeel Ruimtelijke Ordening). In 1999 stelt de gemeente Leeuwarden gezamenlijk met provincie en waterschappen een waterplan voor Leeuwarden op. Hierbij zijn diverse interne en externe partijen betrokken. Over het huidige Monumentenbeleid bestaat brede consensus. Een nieuwe gemeentelijke Monumentennota komt nog dit jaar tot stand. Het beleid zal ontwikkeld worden in samenspraak met betrokkenen en belanghebbenden, zoals Rijksdienst voor de Monumentenzorg, provincie, monumentencommissie, monumenteneigenaren, Monumentenwacht, Stadsherstel en overige (georganiseerde) particulieren. 55

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1999 | | pagina 195