Blad 2
beleidsterreinen. Het belang van de historische waarden van
de stad is goed verwoord. De praktische uitwerking daarvan
is voor Stadsherstel relevant: het aanpakken van 5 tot 10
panden per jaar, thema- of gebiedsgericht, al of niet samen
met corporaties. Nu de deelpotjes opgaan in bredere
geldstromen moet ervoor gewaakt worden, dat de theorie van
een integrale afweging niet in de weg gaat staan van de
praktische uitvoering, die gebaat is met korte
besluitlijnen.
De heer Yntema constateert (terecht) dat de middelen voor
monumenten ook onderdeel uitmaken van die bredere
geldstroom.
De heer Kropff vindt het MOP een goede afwegingskader voor
de inzet op de drie integrale pijlers van beleid. De
concretisering in het hoofdstuk woningmarkt laat echter te
wensen over. Gelet op de analyse zijn de maatregelen te
vrijblijvend geformuleerd en moeten zwaarder aangezet
worden. Er staat te vaak "indien mogelijk" en dergelijke
termen. Er blijkt onduidelijkheid over de omvang van de
investeringsmiddelen. Het accent in het MOP ligt bij
investeringen voor de versterking van de economie en de
werkgelegenheid. Uiteraard is het feit dat het economisch
goed gaat met de stad ook in het belang van de corporaties,
maar de vraag dringt zich op of er wel genoeg overblijft
voor de noodzakelijke inzet voor de versterking van de
woningmarkt
Mevrouw Van de Laan geeft aan behoefte te hebben aan een
concretisering van wat verstaan wordt onder een beter
klimaat voor meer wijken en wat bedoeld wordt met
integratie waar het gaat om de kwaliteit van nieuwbouw die
aanluit bij de bestaande. WBL hoopt dat dat integreren goed
gaat en leidt tot een beter niveau van de wijken. WBL zal
voor de bewoners de randvoorwaarden bewaken: de kosten
moeten niet voor rekening van de bewoners komen. WBL heeft
behoefte aan ondersteuning in de organisatie gelet op de
omvang van communicatie met de bewoners bij de
herstructurering
De heer De Vries heeft waardering voor het MOP dat de
samenhang tussen de verschillende beleidsterreinen in beeld
brengt. Hij beschikt (nog) niet over het kaderplan
Stedelijke Vernieuwing en kan dus niet goed beoordelen of
een dergelijk belangrijk onderdeel goed in het MOP zit. Hij
onderschrijft dat het huidige beleid voor de particuliere
woningverbetering ombuiging behoeft.
De heer Kaffa constateert dat de concrete invulling van de
PWV nu lijkt op een halvering van de aandacht met een
accentverschuiving van de woningverbetering naar wonen
boven winkels.
De heer Vergunst spreekt zijn waardering voor de
compleetheid van het MOP uit: de heldere doelstelling en de
ambities die de gemeente heeft met betrekking tot de
verschillende kwaliteiten en de leefbaarheid van de stad.
De analyse van de woningmarkt en de probleemstelling (een
tweedeling van de stadsdelen zien te voorkomen) zijn goed
verwoord. De woningmarktsituatie is rampzalig en vergt ter
Blad 3
krachtige maatregelen. In de tekst wordt de oplossing
teveel omgeven met voorbehouden en voorzichtigheid. Die
mitsen en maren leiden tot vage beloften en niet tot
duidelijkheid over de concrete invulling. Juist hier moet
de gemeente aangeven wat ter oplossing van de problematiek
gedaan moet worden.
Reactie wethouder Bilker
De financiële vertaling is een raming van de investeringen
die gemoeid zijn met de voorgestane maatregelen; er komen
veel p.m.'s in voor omdat de gemeente afhankelijk is van de
investeringsbereidheid van anderen.
Er wordt nota genomen van de stelling dat de ambities tot
meer concrete keuzes moeten leiden.
Snelheid en flexibiliteit kunnen inderdaad gevaar lopen bij
een integrale benadering en aanpak; een goede vertaling
naar uitvoering moet dat voorkomen.
De integraliteit tussen nieuwbouw en herstructurering is
gelegen in de elkaar aanvullende kwaliteiten van woningen
en woonmilieus. Voor een groter draagvlak in de
herstructureringswij ken wordt de communicatie met
bewonersgroepen opgepakt.
Er is door de SVK nadrukkelijk aandacht gevraagd voor het
beleid voor de particuliere woningvoorraad. De
beleidsombuiging PWV staat binnenkort weer op de agenda van
het bestuurlijk overleg met de SVK.
Dieper ingaand op de relevante onderdelen van het MOP
Ruimtelijke Ordening: op paq. 34 wordt de noodzaak
beschreven voor een actualisatie van een groot aantal
bestemmingsplannen in de komende jaren. De heer Vergunst
dringt erop aan om in afwachting daarvan
voorbereidingsbesluiten voor met name de
herstructureringsgebieden 'om hier ongewenste ontwikkelingen
tegen te kunnen.
Woningmarkt
Vergunst onderschrijft volledig de analyse, die de
woningmarktsituatie schetst zoals die door de corporaties
wordt ervaren.
SVK wijst erop dat de stelling in de analyse dat een groot
deel van de oudere woningvoorraad via
verbeteringsprogramma's is verbeterd een te gunstige
voorstelling van zaken geeft. Door "1000 x collectief" zijn
tot nu toe 450 van de 1000 woningen aangepakt. En van de
verbeterde woningen in de vooroorlogse huursector komt een
deel door veroudering in 2005 weer in aanmerking voor een
volgende renovatie. In de analyse worden de effecten van
maatregelen gemist. De verkoop van goedkope huurwoningen
leidt tot een groei van de particuliere sector. Gevreesd
wordt voor de onderhoudsstaat van deze huurwoningen bij
verkoop. De goedkope particuliere woningvoorraad huisvest
in toenemende mate de primaire doelgroep van het
volkshuisvestingsbeleid, mede onder invloed van het