Blad 14 3 ONTWIKKELINGEN FINANCIËLE STAND VAN ZAKEN 31 Inleiding Op grond van de politieke keuzen die de raad gemaakt heeft bij de vaststelling van de perspectiefnota, is de begroting voor het jaar 2000 opgesteld. De in de perspectiefnota 2000-2003 vermelde financiële uitkomsten moeten gecorrigeerd worden in verband met de aangenomen raadsmoties. Hierdoor ontstaat het volgende beeld: Meerja ren beg roti ng 2000 2001 2002 2003 Start positie 1.1 333 52 1444 -330 mutaties Perspectiefnota. 2000-2003 -186 1392 -1774 310 Raadsbesluiten perspectief -95 Eindstand 31.12 52 1444 -330 -20 Sinds het verschijnen van de perspectiefnota hebben zich ontwikkelingen voorgedaan die van invloed zijn op de financiële positie. Deze ontwikkelingen kunnen in een viertal groepen worden onderverdeeld: - nominale ontwikkelingen 3.2) - ontwikkelingen van de rentevoet 3.3) - algemene uitkering uit het Gemeentefonds 3.4) - structurele uitzettingen en inkrimpingen 3.5) 3.2 Nominale ontwikkelingen De doorwerking van de loon- en prijsmutaties heeft tot hogere bedragen geleid, dan bij perspectiefnota 2000 - 2004 is verondersteld. Dit leidt tot de volgende aanpassing van de meerjarenbegroting: Meerjarenbegroting 2000 2001 2002 2003 Nominale mutaties -536 -34 -32 -25 3.3 Ontwikkelingen van de rentevoet De vertaling van de geraamde renteontwikkelingen in de sector en dienstbegrotingen leidde tot een geringe wijziging van de in perspectief veronderstelde ontwikkeling van de meerjarenraming. De hieruit voortvloeiende aanpassing luidt als volgt: Meerjarenbegroting 2000 2001 2002 2003 Mutaties rentevoet -66 36 35 35 3.4 Algemene uitkering uit het Gemeentefonds Volgens de meicirculaire van het Ministerie van Binnenlandse Zaken dient de raming van de Gemeentefondsuitkering neerwaarts te worden Blad 15 bijgesteld met een bedrag oplopend tot (per saldo) 1,0 miljoen gulden in 2003. Dit bedrag is op hoofdlijnen als volgt samengesteld: A. Ontwikkeling Rijksbegroting e.d Ontwikkelingen op de Rijksbegroting en het gedeeltelijk vrijgeven van reserveringen binnen het Gemeentefonds leiden tot een verbetering van ongeveer f 750.000,- per 2003; B. Ontwikkeling verdeelmaatstaven Door het Rijk is geconstateerd, dat het aantal inwoners en woningen bij gemeenten sneller groeit dan in de Rijkscirculaire was voorzien en derhalve de groei van de beschikbare middelen te boven gaat (de groei van het Gemeentefonds is namelijk afhankelijk van de ontwikkeling van de Netto Rijksuitgaven). Dit resulteert in een verlaging van de uitgekeerde bedragen per inwoner, woningen, adressendichtheid enzovoort. Voor onze gemeente betekent een en ander een verslechtering van f 1.650.000,- per 2003. C. Overige ontwikkelingen Overige ontwikkelingen leveren per saldo een verslechtering van ongeveer f 100.000,-. De invloed van de ontwikkelingen in de algemene uitkering van het Gemeentefonds op ons meerjarenperspectief kan als volgt worden samengevat: Meerjarenbegroting 2000 2001 2002 2003 Mutaties Gemeentefonds -264 -96 -669 19 3.5 Structurele uitzettingen en inkrimpingen De structurele uitzettingen en inkrimpingen zijn nader gespecificeerd en toegelicht in bijlage III. Tengevolge van de structurele uitzettingen en inkrimpingen wijzigt het meerjarenperspectief als volgt Meerjarenbegroting 2000 2001 2002 2003 Structurele uitzettingen en inkrimpingen 500 -236 -224 -585 3.6 Ontwikkeling financiële positie; (een tussenstand) Verwerking van de onder de paragrafen 3.2 tot en met 3.5 genoemde ontwikkelingen in de financiële positie zoals die was na de vaststelling van de perspectiefnota (zie 3.1), geeft het volgende beeld:

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1999 | | pagina 281