Blad 28 De per fase genoemde data zijn hard; dat houdt in dat de geplande acties en activiteiten als onontkoombare en in de tijd niet bijstelbare stappen beschouwd dienen te worden. 6.8 Financiën De begroting 2000 en de meerjarenraming 2001 -2003 zijn sluitend. Deze situatie is bereikt zonder forse ingrepen in het beleid en de uitvoering. Een van de hoofddoelstellingen uit het bestuursprogramma is het realiseren van "een gezonde financiële huishouding". Hoewel de financiële positie de laatste jaren elk jaar geleidelijk verder is verbeterd blijft er ook op dit terrein nog veel te doen. De totstandkoming van de producten van de planning- en controlcyclus vergt nog te veel tijd en inspanning. Met name het cyclische routinematige proces zou minder inspanning moeten vergen. Aan de verdere stroomlijning van dit proces zal dan ook veel aandacht worden geschonken. Hoe groot de algemene reserve van een gemeente moet zijn om te kunnen spreken van een financieel gezonde positie is afhankelijk van het subjectieve oordeel. Er zijn nauwelijks algemeen aanvaarde objectieve criteria. Om het komen tot dat subjectieve oordeel te ondersteunen is een inzichtelijke begroting en rekening noodzakelijk. De stelling zou zijn te poneren dat naarmate de begroting en perspectiefnota transparanter en inzichtelijker worden, de risico elementen beter en vollediger in beeld zijn gebracht en beleidsmatig en bedrijfsmatig van een betere risicobeheersing kan worden gesproken, de minimale omvang van de algemene reserve nauwkeuriger te bepalen zal zijn. Daar staat tegenover dat interactieve beleidsvoering de einduitkomsten van processen minder voorspelbaar zal maken, tenzij vooraf duidelijke financiële en organisatorische kaders kunnen worden gegeven. Aan de verdere verbetering van de genoemde instrumenten wordt continu gewerkt. Extra aandacht krijgen daarbij de ontwikkeling en verzameling van ken- en stuurgetallen en de verdere sanering van de balans 69 Treasury In de ontwikkeling van de treasuryfunctie zijn twee hoofdlijnen te onderkennen. Ten eerste is er voor een doelmatige uitvoering van de treasuryfunctie een goede liquiditeitsplanning nodig. Dergelijke planningen zijn slechts te maken als de project- en uitvoeringsplanningen ook harder worden. Voor de ontvangsten en uitgaven in de exploitatiesfeer is daarmee de nodige voortgang bereikt. Voor de uitgaven en ontvangsten van de investeringen is verdere ontwikkeling van het Blad 29 meerjareninvesteringsplan en de jaarlijkse investeringsplanning noodzakelijk. De ontwikkeling daarvan heeft dan ook hoge prioriteit. Ten tweede moet als de noodzakelijke informatie beschikbaar is ook het beleid helder zijn. Tot dusver wordt gewerkt met raambesluiten waarbij de raad het college machtigt bepaalde handelingen ter financiering van de gemeente te verrichten. Door het college wordt vervolgens de uitvoering daarvan gemandateerd aan de ambtelijke organisatie. Wij zijn voornemens het geheel van regels en afspraken op te nemen in een treasury statuut. Uitgangspunt daarbij is dat bankieren niet tot de kernactiviteiten van de gemeente behoort en dus in principe ook geen externe bankiersfunctie moet worden uitgeoefend, maar dat het wel een gemeentelijke taak is de financiering van haar activiteiten zo effectief en efficiënt mogelijk te organiseren. 6.10 Doelmatigheidsonderzoek Een nieuwe activiteit die in het begrotingsjaar van start zal gaan is het doelmatigheidsonderzoek. Startend in het begrotingsjaar zal in een cyclus van 4 jaar de hele gemeentelijke bedrijfsvoering worden doorgelicht op doelmatigheid en effectiviteit Het doelmatigheidsonderzoek start met twee pilot projecten. Het eerste onderzoek zal zich richten op een organisatieonderdeel dat zich vooral bezig houdt met beleid, terwijl het tweede onderzoek zal plaats vinden bij een organisatieonderdeel dat zich meer richt op uitvoering/beheer. In januari 2000 zal de commissie Bestuur en Middelen een uitvoeringsvoorstel voorgelegd worden. Dit voorstel zal gebaseerd zijn op de notitie "doelmatigheidsonderzoek" zoals die op 9 december 1998 besproken is in de raadsadvies- commissie

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1999 | | pagina 288