Overwegende, dat het zorgdragen dat er een gewenste milieu-, water- en omgevingskwaliteit wordt bereikt en in stand gehouden, als ook het zorgdragen dat gestelde regels op grond van milieuhygiënische (grijze), waterstaat- (blauwe), natuurbeschermings- (groene) en ruimtelijke ordenings- (rode) wet en regelgeving wordt nageleefd, een taak is van vele partijen en organisaties; dat in Fryslan reeds vanaf het begin van de negentiger jaren afspraken zijn gemaakt over de wijze van samenwerking bij de handhaving van milieuwetgeving en de daaruit voortvloeiende handhavingsstructuur; dat de minister van VROM, mede namens de ministers van Verkeer en Waterstaat en Justitie bij brief van 29 augustus 1997 de provinciale besturen heeft verzocht een inventarisatie uit te voeren naar de stand van zaken op het gebied van handhavingssamenwerking en een bestuursovereenkomst over de toekomstige wijze van handhavingssamenwerking af te sluiten tussen alle binnen de provincie daarvoor in aanmerking komende handhavingspartijen; dat de overige betrokken departementen (Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, Binnenlandse Zaken en Economische Zaken) zich in de LCCM gecommitteerd hebben aan deze door de drie ministers geformuleerde wens; dat het mogelijk is dat betrokken handhavingspartijen elkaar bij de eigen taakuitvoering versterken, omdat het kan voorkomen dat: partijen dezelfde regelgeving handhaven; partijen gezamenlijk bevoegd gezag zijn voor bepaalde inrichtingen; partijen in hetzelfde gebied handhaven; partijen in eenzelfde keten handhaven; dat op 1 april 1999 een bestuurlijke conferentie met alle in Fryslan actieve handhavingspartijen heeft plaatsgevonden, waarbij gezamenlijke afspraken zijn gemaakt over de gewenste basis voor en vorm van handhavingssamenwerking; dat als uitgangspunt voor samenwerking geldt dat: lokaal wordt uitgevoerd wat lokaal kan, regionaal wordt uitgevoerd wat regionaal kan en provinciaal wordt uitgevoerd wat provinciaal moet; dat Openbaar ministerie en politie de noodzaak en wenselijkheid van samenwerking onderschrijven en zich tot samenwerking committeren middels het door hen ondertekend strafrechtelijk complement; 5 Zijn overeengekomen als volgt: Algemene bepalingen Partijen hanteren de volgende begripsbepalingen: Beleidsdriehoek: Overleg op regionaal niveau dat fungeert als portaal tussen het ambtelijk en bestuurlijk regionaal handhavingsoverleg en waarin beleidsnotities en beleidsmatige onderwerpen worden besproken. Daarnaast heeft de beleidsdriehoek ten taak van de vinger aan de pols te houden bij concrete handhavingsacties. Bestuurlijke partijen Partijen die deze bestuursovereenkomst ondertekenen: de minister van VROM (Inspectie Milieuhygiëne), de minister van Economische Zaken (Staatstoezicht op de Mijnen), de minister van LNV (Algemene Inspectie Dienst), de minister van Financiën (Douane), de staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat (Rijkswaterstaat en Rijksverkeersinspectie), provincie, gemeenten en Wetterskip. Coördinatie en Informatie Punt (CIP) Punt dat naar de opvatting van de LCCM de uitvoering van afspraken bewaakt, de programmering in regionaal verband voorbereidt, de overlegvormen secretarieel ondersteunt, een eventueel handhavingsteam ondersteunt en voorts als trait d'union en vooral inhoudelijk steunpunt fungeert tussen de samenwerkende gemeenten en overige handhavende partners. Europese Verordening Overbrenging Afvalstoffen (EVOA) Verordening waarin procedurele verplichtingen zijn vastgesteld voor de internationale overbrenging van afvalstoffen. (Ambtelijk) Fries Milieu Overleg ((A)FMO) Overleg op provinciaal niveau, waarin besluiten worden genomen over die zaken en over die onderwerpen, waarbij provinciebrede afstemming door de partijen noodzakelijk wordt geacht. 6 Bestuursovereenkomst Handhavingssamenwerking milieuwetgeving in Fryslan, 1 december 1999 Bestuursovereenkomst Handhavingssamenwerking milieuwetgeving in Fryslan, 1 december 1999 Artikel 1 Begripsbepalingen

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2000 | | pagina 10