Blad 2 Primaire begroting 1999 Begroting 1999 na wijziging Begroting 2000 A: Personeel (boven formatie) 145.000,-■ 685.000,— 685.000,— B: Huisvesting 245.000,- 245.000,— C: Automati sering 300.000, 500.000, D: Overige elementen 369.000, 369.000,-- 377000,--, loonontwikkeling 2000 Oorzaken van de verhoging zijn: Ad. A In de primaire begroting was uitgegaan van een formatie vermindering. De werkelijk vermindering is niet op korte termijn realiseerbaar bij handhaving van het bestaande dienstpakket De plaatsing van bovenformatief personeel uit de voormalige regio's. Boventalligheid van de drie voormalige directeuren GGD'en. Ad. B Uitgegaan werd van centrale huisvesting in Leeuwarden. Eén centrale huisvestingslocatie kon niet per fusiedatum gerealiseerd worden. Derhalve is een tweede locatie in Leeuwarden betrokken. Daarnaast zijn de spreekuur locaties in Drachten en Sneek "verzwaard"Dit alles leidt tot een uitzetting van de begroting van f 165.000,op jaarbasis. Benodigde faciliteiten ten behoeve van de telefooncentrale leiden tot een meer- kostenpost van f 80.000,-- op jaarbasis. Ad. C Vervanging, uitbreiding van hard- en software is noodzakelijk. De investeringskosten worden geraamd op f 1.300.000,--. De kapitaallasten bedragen, in 1999 f 250.000,-- en in 2000 f 475.000,--. Kosten licenties in 1999 f 50.000,-- en in 2000 f 25.000,--. Blad 3 Ad. D De overige elementen betreffen: Loonkostenontwikkeling f 239.000,--. Reiskostenvergoedingen f 100.000,--. Aanpassing afschrijvingsmethodieken van de boekwaarde van de verschillende inventarissen f 30.000,--. Begroting 2000 Bij de opstelling van de begroting 2000 en de meerjaren raming 2001-2003 is uitgegaan van het ingezette beleid*. Hierbij worden door het dagelijks bestuur vragen gesteld: welke taken dient de GGD te verrichten; welke werkwijze wordt gehanteerd; op welke wijze worden in de toekomst verrichtingen doorberekend? Hierop aansluitend merken wij het volgende op. Wij stellen vast dat de GGD Fryslan zich in een proces van organisatie ontwikkeling bevindt. De voorbereidingen tot de fusie van de drie GGD'en in Fryslan en de daarbij behorende rappor tages en begrotingen lieten al een forse budgetverhoging zien. Nu worden gemeenten opnieuw met een structurele uitzetting geconfronteerd. Uit de toelichting van de GGD wordt duidelijk dat hier logische verklaringen voor zijn. Echter de vraag hoe de relatie tussen GGD en gemeente er uit moet zien wordt hierdoor steeds indringender. Tot dusver lijkt het proces dat geleid heeft tot de fusie en de vormgeving van de organisatie vooral intern gericht te zijn. Wij vinden het van belang dat nu ook het externe proces richting gemeenten in gang wordt gezet. Er is bijvoorbeeld (nog) geen productenbegroting. Hierdoor kan nog onvoldoende afgeleid worden welke producten de GGD biedt, welke kosten hieraan worden toegerekend en welke differentiaties er mogelijk zijn bijvoorbeeld in de afname van basispakket en/of plustaken. Op dit onderdeel moeten door de GGD inspanningen worden gepleegd. Immers hierdoor worden gemeenten in staat gesteld een bewustere keus te maken, juist ten aanzien van die taken/producten die uitstijgen boven de wettelijke taken. Uiteraard is dit geen "geïsoleerd" proces. De gemeente zal als afnemer het volgende duidelijk moeten maken: welke producten zij vraagt van de GGD; de eisen die aan deze producten worden gesteld; de meetbare prestaties die de gemeente verwacht van de uitvoering; de effecten van de gerealiseerde producten. Wij zijn van mening dat de nieuwe GGD in staat moet worden gesteld een goede bedrijfsvoering van de grond te tillen. Wel vinden wij het van belang dat hieraan door de gemeente een (financiële) grens gesteld wordt. Wij stellen daarom voor om de GGD op te dragen om uiterlijk 01 april 2000 een

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2000 | | pagina 146