Blad 2
Aanleiding hiervoor is in de eerste plaats de vraag vanuit
het veld, of de gemeente bereid is naast de SKL ook andere
instellingen bij de verdere ontwikkeling van de kinder
opvang te betrekken. Bij de beantwoording van deze vraag
wordt prioriteit gegeven aan de ontwikkeling van de hier
voor aangegeven producten; de keuze met betrekking tot de
uitvoerders van het beleid is hieraan ondergeschikt.
Concreet betekent dit, dat er geen argumenten kunnen worden
aangevoerd om andere aanbieders van kinderopvang dan de
SKL, indien zij in staat zijn de eerdergenoemde, door de
gemeente gewenste producten te ontwikkelen, te weren uit
Leeuwarden
Een tweede zwaarwegend argument voor een heroverweging van
de exclusieve partnerrelatie met de SKL is het voornemen
van de regering om de opvangcapaciteit de komende jaren
fors uit te breiden. Het Rijk voorziet in de periode tot en
met 2002 een capaciteitsuitbreiding met in totaal 71.000
plaatsen (landelijk), hetgeen overeenkomt met een groei van
80%. Hiervoor worden zowel een nieuwe stimuleringsregeling
"uitbreiding kinderopvang en buitenschoolse opvang" als
fiscale stimulansen voor ouders en bedrijven ingezet door
de regering.
Een capaciteitsuitbreiding met 80% in een periode van
3 jaar vraagt uiteraard een zeer forse inspanning van het
werkveld. Vanuit een oogpunt van haalbaarheid van deze
plannen, willen wij naast de SKL ook eventuele andere
aanbieders van kinderopvang bij de capaciteitsuitbreiding
betrekken
Verder willen wij u in dit verband nog op het volgende
wijzen. In het kader van de eerdergenoemde, nieuwe
rijksregeling uitbreiding kinderopvang en buitenschoolse
opvang kiest het Rijk voor het uitgangspunt, dat verschil
lende kinderopvangaanbieders gelijke toegang dienen te
hebben tot de subsidiefaciliteiten die gemeenten vanuit de
specifieke uitkering aan instellingen kunnen bieden.
Daarmee worden monopolies voorkomen, wordt het risico
gespreid, nemen de keuzemogelijkheden voor ouders toe en
kan de prijs/kwaliteitsverhouding worden verbeterd. Bij
wijze van flankerend beleid zullen gemeenten daarom worden
ondersteund in het bevorderen van de marktwerking in de
kinderopvang, aldus het ministerie van VWS. Het bevorderen
van de marktwerking kan op verschillende manieren worden
bereikt, waaronder de openbare inschrijving op basis van
een bestek of een programma van eisen. Overigens wordt van
de kant van het ministerie aangegeven, dat gemeenten op dit
moment (nog) niet verplicht zijn de kinderopvang openbaar
aan te besteden. Het flankerend beleid van het Rijk zal
zich wel in het bijzonder op deze mogelijkheid richten.
Blad 3
Gelet op de hiervoor geschetste ontwikkelingen en de
genoemde voordelen van meer marktwerking in de kinderopvang
stellen wij u voor de keuze voor een exclusieve partner
relatie met de SKL te heroverwegen en in principe ook
andere aanbieders van kinderopvang toegang te verlenen tot
de gemeente.
Overigens zijn wij op dit moment nog niet voornemens om
over te gaan tot openbare inschrijving, daar deze optie
eerst nog verder op voor- en nadelen dient te worden onder
zocht. Een eerste stap wordt thans gezet door de keuze voor
een exclusieve partnerrelatie met de SKL te herzien.
Onder mededeling dat de Commissie Welzijn in haar op
27 januari 2000 gehouden vergadering heeft geadviseerd met
het vorenstaande in te stemmen, stellen wij u voor te
besluiten overeenkomstig bijgevoegd ontwerp-besluit
Leeuwarden, 3 februari 2000.
Burgemeester en wethouders van Leeuwarden,
L.B.M. van Maaren-van Balen, burgemeester,
mr. F.M.J. Steijvers, secretaris.