Vrijwilligerswerk in Leeuwarden
Kortom:
Wij continueren de huidige subsidie ten behoeve van het Vrijwilligerssteunpunt, in
principe gedurende de nog resterende collegeperiode tot aan 2002.
Wij stellen éénmalig middelen beschikbaar (tot een maximum van f 35.000,=) om
de automatisering van het Steunpunt te moderniseren.
Wij vragen het Steunpunt om, in ieder geval waar het gaat om de
automatiseringsslag, op zoek te gaan naar een professionele partner.
Wij vragen het Steunpunt met een voorstel te komen voor de ontwikkeling en
uitvoering van de waarderings- en promotie-instrumenten.
Herijking aanbod Vormings- en Ontwikkelingswerk voor Volwassenen
Vele organisaties, niet alle, hebben aangegeven moeite te hebben de vrijwilligers binnen
de deur te houden. Er is veel concurrentie op de 'markt' van vrije tijd. Het
vrijwilligerswerk dient aantrekkelijk genoeg te zijn om de vrijwilliger te binden. Die
aantrekkelijkheid heeft natuurlijk in de eerste plaats te maken met het type
vrijwilligerswerk. Los daarvan wordt de aantrekkelijkheid bepaald door zaken als sfeer,
mogelijkheden je te ontwikkelen of werkervaring op te doen en het beschikbaar zijn van
een onkostenvergoeding. Het is primair de verantwoordelijkheid van de
vrijwilligersorganisatie om deze zaken zo goed mogelijk te regelen.
Met het huidige aanbod Vormings- en Ontwikkelingswerk voor Volwassenen bij het
Friesland College kunnen de vrijwilligersorganisaties hun vrijwilligers al iets extra's
bieden in de vorm van gesubsidieerde cursussen. Het Friesland College stelt het
cursusaanbod steeds af op de vraag van de wijken en organisaties, zo veel mogelijk
wordt maatwerk geleverd.
Het Friesland College heeft dit najaar het cursusaanbod doorgelicht en waar nodig
bijgesteld. Het Friesland College is inmiddels al gevraagd hierbij expliciet de wensen
van vrijwilligers en vrijwilligersorganisaties mee te nemen, voor zover dit niet al
gebeurt. Mogelijkerwijs levert dit (volgend seizoen) verschuivingen op in het aanbod,
waardoor het aantrekkelijker wordt voor vrijwilligers om een cursus te volgen in het
kader van hun werk voor een organisatie. Zij krijgen zo de kans zich verder te
ontwikkelen, de vrijwilligersorganisaties hebben tegelijkertijd een instrument om het
vrijwilligerswerk aantrekkelijk te houden.
Kortom:
Wij hebben het Friesland College gevraagd bij de actualisering van hun
cursusaanbod Vormings- en Ontwikkelingswerk expliciet de wensen van
vrijwilligers en vrijwilligersorganisaties mee te nemen.
Ondersteuning vrijwilligersorganisaties
Zoals gezegd is met het projekt OVOL al een groot gedeelte van buurt- en
sportorganisaties versterkt met behulp van gesubsidieerde arbeidsplaatsen. De BV
Sport, waar OVOL onderdeel van is, vervult de wettelijk verplichte werkgeversrol.
Er zijn inmiddels 20 plaatsen gerealiseerd en er liggen nog een aantal aanvragen voor
een OVOL-werknemer. De huidige manager, verantwoordelijk voor OVOL, ziet in
theorie wel mogelijkheden om het aantal plaatsen uit te breiden. Een en ander hangt
samen met de mogelijkheid om professionele ondersteuning te bieden en de
mogelijkheden om aanvullende (rijks)middelen te verwerven. Wij stellen voor in 2000
na te gaan hoe groot de behoefte aan extra OVOL-werknemers is en welke (financiële)
mogelijkheden er zijn om uit te breiden. Eind 2000 kan vervolgens een voorstel worden
voorgelegd, om mogelijkerwijs per 2001 al over te gaan op uitbreiding.
18
Vrijwilligerswerk in Leeuwarden
Kortom:
Wij doen in 2000 een behoefte- en mogelijkhedenonderzoek inzake uitbreiding van
OVOL. Mogelijkerwijs leidt dit tot uitbreiding van OVOL per 2001.
In het kader van doelstelling 2:
het inzetten van vrijwilligerswerk als één van de instrumenten ter
bevordering van reïntegratie en het verminderen van de achterstandsituatie
voor uitkeringsgerechtigden in fase 4
In het hoofdstuk 'Ambities Doelstellingen' is al aangegeven dat het scheppen van
voorwaarden om vrijwilligerswerk tot een goed sociale activeringsinstrument te maken,
een gemeentelijke taak is. Naast de verruiming van het gemeentelijk beleid ten aanzien
van de uitvoering van de ABW, gaat het dan om het vorm geven van de bemiddeling en
begeleiding van bijstandsgerechtigden naar vrijwilligerswerk.
Pilot-projekt vrijwilligerswerk voor bijstandsgerechtigden
Gelet op de in hoofdstuk II gekonstateerde onduidelijkheid omtrent de werkelijke
behoefte aan vrijwilligersplaatsen voor de doelgroep en gelet op de nog lopende
diskussie over de toekomstige organisatie van het sociale activeringsbeleid, zal er enige
voorzichtigheid moeten worden betracht met het opzetten van een beleid
vrijwilligerswerk voor bijstandsgerechtigden.
Enerzijds is het van belang dat de gemeente ervaring op doet met dit instrument. Er is
immers een zekere behoefte geconstateerd bij de doelgroep zelf en bij
uitvoeringsinstellingen die de regelingen voor gesubsidieerde arbeid uitvoeren.
Anderzijds moeten we ons in dit stadium nog niet vastleggen op één bepaalde
organisatie of één bepaalde werkwijze.
Voorgesteld wordt in 2000, bij wijze van experiment een pilot-projekt vrijwilligerswerk
voor bijstandsgerechtigden met een looptijd van circa 2 jaar op te zetten.
De bedoeling van deze pilot is tweeledig:
Ten eerste dient het instrument vrijwilligerswerk een volwaardig onderdeel van een
toeleidingstrajekt naar (gesubsidieerd) werk te worden. Dit is vooral van belang voor
bijstandsgerechtigden voor wie een gesubsidieerde baan nog een stap te ver is. Door
eerst als vrijwilliger onder begeleiding bij een instelling te gaan werken kan de overstap
naar een gesubsidieerde baan geleidelijk worden gemaakt. Ook de instelling loopt met
deze constructie minder risico ongeschikt personeel in dienst te nemen.
Ten tweede dient het instrument vrijwilligerswerk ook te worden ontwikkeld voor die
bijstandsgerechtigden waarvoor vrijwilligerswerk (voorlopig) een eindstation is. In die
situatie zullen aparte vrijwilligersplaatsen met begeleiding moeten worden gecreëerd.
Bij de uitvoering van het toeleidings- en activeringsbeleid van bijstandsgerechtigden
zijn verschillende organisaties betrokken. Dit zijn Arbeidsvoorziening, Sociale Zaken,
Stichting Werkwijzer, de Dienst Sociale Werkvoorziening en het Friesland College.
U ontvangt in de loop van 2000 een apart voorstel voor het uitvoeren van deze pilot.
Daarin wordt het experiment nader uitgewerkt, wordt een keuze gemaakt voor een
uitvoerende organisatie en worden de geraamde kosten van het experiment nader
gespecificeerd. Na afloop van de projektperiode wordt het projekt geëvalueerd en wordt
een definitieve keuze voor de organisatie gemaakt.
Kortom:
Wij leggen begin 2000 een nader uitgewerkt voorstel voor inzake een tweejarig
experiment vrijwilligerswerk voor bij standsgerechtigden.
19