2 Voorwoord 3. FINANCIEEL MEERJARENPERSPECTIEF 41 3.1 Financiële situatie 41 3.1.1 Algemeen 41 3.1.2 Vermogenspositie 43 3.1.3 Financiële startpositie 43 3.1.4 Prognose financieel resultaat 2000 43 3.1.5 Jaarrekeningresultaat 1999 44 3.1.6 Risico's 45 3.2 Ombuigingen 47 3.3 Balanssanering c.a. 48 3.3.1 Inzet (deel) middelen verkoop aandelen BNG 48 3.3.2 Inzet (deel) middelen Algemene reserve 49 3.4 Nieuw beleid 49 3.5 Algemene reserve 50 3.6 Overige afwegingen 51 3.7 Financieel eindresultaat 56 4. MEERJAREN INVESTERINGS PERSPECTIEF 57 4.1 Aanpak en opzet 57 4.2 Meerjareninvesteringen 58 4.2.1 Strategisch Investerings- en Ontwikkelings Fonds 58 4.2.2 Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing 61 4.3 Richtinggevende uitspraken 62 Lijst met gebruikte afkortingen en begrippen 64 PERSPECTIEFNOTA PLUS 2001 Dit is de tweede Perspectiefnota Plus die onder verantwoordelijkheid van dit college van Burgemeester en Wethouders wordt uitgebracht. De eerste, Perspectief Plus 2000-2004-2010, bood bij haar verschijnen in mei 1999 uitzicht op beleidsvoornemens, doelen en verwachtingen voor een periode van 4 jaar, uitgaande van de situatie op dat moment. In deze nota Perspectief Plus 2001 is de actuele situatie als uitgangspunt genomen. Het vizier is, om een ander beeld te gebruiken, bijgesteld. De actualiteit anno 2000 wijkt in menig opzicht alweer af van die van vorig jaar. Hoewel om die reden opnieuw een perspectief moet worden geschetst, blijven eerder gekozen doelen richtinggevend. Deze zijn uitgewerkt in de toekomstgerichte LEeuwarden Visie (LEVI) 2030 en de concrete vertaling daarvan in het vorig jaar opgestelde Meerjaren Ontwikkelings Programma (MOP) voor de middellange termijn. Er verandert in en rond Leeuwarden veel, en in een hoog tempo. Voor een deel komt dit door de krachtige economische groei, die zich in Leeuwarden nog sterker dan in de rest van Nederland en van de provincie Fryslan voordoet. Dat biedt ruimte voor vernieuwing en ontwikkeling, maar het stelt ook hoge eisen aan de kwaliteit van bestuur en organisatie bij de gemeentelijke overheid. Wij onderkennen de betekenis van deze economisch gunstige ontwikkeling en willen deze ook de ruimte blijven bieden om nu aanwezige kansen te benutten. Ons streven is om daar als gemeente zodanig van te profiteren dat royaal geïnvesteerd kan worden in een sociaal evenwichtige, veilige en duurzame ontwikkeling. Deze moet uiteindelijk de bevolking van deze gemeente, en van de hele regio, ten goede komen. In deze Perspectiefnota gaan wij daarom uit van een evenwichtige verdeling van inspanningen over fysiek-economisch en sociaal beleid. Er zullen ook de komende jaren aanzienlijke middelen worden ingezet voor vernieuwing van de infrastructuur, versterking van de economie en opwaardering van de woonstad functie van Leeuwarden. Tegelijkertijd willen wij in verhouding veel investeren in sociale kwaliteit, zowel in leefbaarheid als in zorg en steun voor kwetsbare groepen. Mede dankzij de economische groei en steun van Rijk en Provincie is er ruimte voor deze investeringen. Deze gemeente zelf kan voor meerdere jaren uitgaan van een solide financiële positie. Dat is mede te danken aan kostenbesparing door aanzienlijke structurele en beperkte incidentele ombuigingen. Voor nieuw beleid is daardoor structureel ongeveer 8 miljoen en incidenteel (eenmalig) 9 miljoen gulden beschikbaar. Wij achten, met het oog op die soliditeit, een balanssanering wenselijk. Incidenteel wordt hiervoor ruim 11 miljoen gulden ingezet. 3 PERSPECTIEFNOTA PLUS 2001

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2000 | | pagina 467