1.3.2 Versterken aantrekkelijk vestigingsklimaat voor bedrijven
1.3.3 Versterken aantrekkelijk vestigingsklimaat voor bewoners
De grote uitdaging is nu om deze trend te consolideren en vooral om het rendement
van die omslag ook naar de gemeente zelf toe te buigen. Leeuwarden, en al haar
inwoners en bedrijven, moet de vruchten kunnen plukken van deze ontwikkelingen.
Dat kan alleen door méér bedrijven, méér inwoners én meer inwoners met een
midden en hoger inkomen binnen de gemeentegrenzen te halen. Leeuwarden heeft
nu immers, gelet op haar verzorgingsgebied, te weinig massa en moet zich relatief
veel inspanning getroosten om het voorzieningenpeil op niveau te houden.
Alles draait dus om het creëren van een aantrekkelijk, concurrerend
vestigingsklimaat voor zowel burgers als bedrijven. Als gevolg van de excentrische
ligging in een economisch zwakke regio (en de daaruit voortvloeiende sociale
structuur van de gemeente) en een eenzijdig woningaanbod moet Leeuwarden, nog
meer dan andere steden, extra én exclusieve kwaliteit bieden. Daarom moet
geïnvesteerd worden in een optimale bereikbaarheid en een meer gedifferentieerd
woningaanbod.
Dit vraagt om grote investeringen, overigens niet alleen door Leeuwarden, en dit
zal een groot beslag leggen op de beschikbare middelen. Naast investeren in
fysieke, infrastructurele voorzieningen dient ingezet te worden op het verbeteren
van de sociale infrastructuur en het verder aantrekkelijk maken van de stad door
middel van culturele, toeristische en recreatieve activiteiten, teneinde het
concurrerende vestigingsklimaat te kunnen bieden dat Leeuwarden nodig heeft om
burgers, bedrijven en bezoekers te trekken en de dualiteit in de stedelijke
samenleving tegen te gaan. Kortom: het "motto" van het MOP is:
Centraal staat het consolideren en uitbouwen van de gunstige economische
ontwikkeling in Leeuwarden. Het zorgen dat mensen werk hebben, is immers er
tegelijk voor zorgen dat sommige sociale problemen worden voorkomen. Het
beleid van de gemeente richt zich niet in de eerste plaats op het aantrekken van
nieuwe bedrijven, maar vooral ook op het bestaande bedrijfsleven, omdat zich
daarin tot nu toe de grootste groei van de werkgelegenheid aftekent. Dit krijgt
onder meer vorm in versterking van het relatiebeheer en de acquisitie. Een
gemeente kan allang niet meer volstaan met het investeren in en aanbieden van
nieuwe vestigingslocaties. Leeuwarden wil dan ook cluster- en ketenvorming
stimuleren, gekoppeld aan kansrijke, belangrijke sectoren als de financiële
service-sector, agri-nutri (handel, kennis diensten) en kennis.
Het investeren in de economische ontwikkeling is des te meer noodzakelijk
vanwege de ligging van Leeuwarden in een economisch relatief zwakke regio,
waarvan Leeuwarden de belangrijkste motor is en wil blijven. Bereikbaarheid is
ook cruciaal voor de economische ontwikkeling van een gemeente en haar regio.
Directe aansluiting op de rijkshoofdinfrastructuur (weg, rail en water) is absoluut
noodzakelijk. Het gaat dan om de realisering van de "Haak om Leeuwarden", de
verbetering van de OV-infrastructuur waarbij een kwalitatief hoogwaardige
aansluiting op de Zuiderzeelijn onontbeerlijk is.
14
PERSPECTIEFNOTA PLUS 2001
Daarnaast gaat het om een multimodale terminal met regionaal overslagcentrum
aan de zuidkant van Leeuwarden en de verdubbeling van de rijkswegen
Leeuwarden-Drachten en Zurich-Midlum. De verbetering en completering van
deze aansluitingen op de rijkshoofdinfrastructuur zal de bereikbaarheid van
Leeuwarden echter niet voldoende optimaliseren. Daarom moeten er in een
netwerkstad die Leeuwarden is, ook andere maatregelen genomen worden in en om
vooral de stad. Het gaat dan vooral om infrastructurele- en prijsmaatregelen gericht
op het stimuleren van het langzaam verkeer en het openbaar vervoer.
Naast bereikbaarheid is de regionale arbeidsmarkt een steeds belangrijker
wordende vestigingsfactor voor het bedrijfsleven. Naast een verdienstelijking heeft
de economie meer en meer te maken met kennisintensivering. Met het oog daarop
schenkt Leeuwarden aandacht aan deze twee essentiële succesfactoren in het
versterken van de economie.
Leeuwarden wil hiermee een toegevoegde waarde (aan-)bieden aan bedrijven.
Ingezet wordt op de verdere versteviging van het onderwijs (HBO) en het
kenniscluster. In overleg met bedrijven en onderwijsinstellingen wordt bovendien
gekeken naar hoe specifieke opleidingsprogramma's ervoor kunnen zorgen dat
bedrijven in Leeuwarden een passend en goed opgeleid arbeidsreservoir kunnen
aanboren. Het onderwijs heeft overigens ook nog twee andere functies voor
Leeuwarden, de instellingen zijn namelijk belangrijke werkgevers in de stad en de
studenten zorgen voor het levendige karakter van de binnenstad van Leeuwarden
en zijn een belangrijke factor in het uitgaansleven.
Voor de toekomstige arbeidsmarkt is ook het streven naar een vergroting van de
arbeidsparticipatie van belang. Deze is in de regio momenteel lager dan het
landelijk gemiddelde. Dit biedt kansen voor Leeuwarden in relatie tot een nationale
arbeidsmarkt die onder druk staat. Niet alleen passende scholings-/ opleidings
programma's, maar ook andere faciliteiten kunnen dit streven ondersteunen.
Een aantrekkelijk woon- en leefmilieu, met voldoende voorzieningen en
activiteiten, is evenzo bepalend voor een concurrerend vestigingsklimaat voor
bedrijven en voor een positief stedelijk imago.
Met het versterken van het vestigingsklimaat voor bewoners wil Leeuwarden de
revenuen van haar inspanningen meer ombuigen naar de gemeente zelf en het
draagvlak voor haar voorzieningen vergroten. Dat draagvlak is onvoldoende groot
door de relatief geringe omvang van de bevolking in relatie tot de centrumfunctie
van de stad, de onevenwichtige bevolkingssamenstelling (qua inkomens), de hoge
werkloosheid en de regionale aantrekkingskracht op probleemgroepen. Maar liefst
55% van de in Leeuwarden beschikbare banen wordt bezet door mensen die niet in
de stad wonen hetgeen een grote pendel teweegbrengt.
Eerste vereiste is daarom dat de gemeente haar positie terugwint op het terrein van
een hoogwaardig en kwalitatief goed aanbod aan woningen en bouwlocaties.
Leeuwarden moet weer plaats bieden aan mensen met een gemiddeld of hoger
inkomen, zodat de stad een evenwichtiger sociale samenstelling krijgt.
De komende 10 jaar zullen ruim 8.000 woningen worden gebouwd in de
zogenaamde uitleggebieden én op inbreilocaties. Dit gaat gepaard met de
verbetering van de reeds bebouwde omgeving.
15
PERSPECTIEFNOTA PLUS 2001