Beleidsontwikkelingen (Perspectiefnota) Investeringen (MIP) 2.2.4 Duurzame ontwikkeling en milieu Strategische en operationele doelen (MOP) Strategisch doel: Operationele doelen Beleidsontwikkelingen (Perspectiefnota) De kwaliteit van de groene longen in de stad wordt gehandhaafd en versterkt. Er wordt voor gezorgd dat er een kwalitatief goede overgang is van stedelijk naar landelijk gebied (inrichting stadsranden), met name bij uitleggebieden. De beleving en benutting van de ruimtelijke kwaliteit water zal in een samenhangende aanpak worden verbeterd. De benutting van de kwaliteit en meerwaarde van het element monumenten zal worden verbeterd. Intensivering van het handhavingsbeleid door middel van een toename van het aantal handhavingzaken van 100 in 1999, naar 400 in 2000. Het doel van het in de nieuwe (conceyt-)monumentennota 2000-2005 (die fasegewijs wordt ingevoerd) geformuleerde beleid is om cultuurhistorische waarden van Leeuwarden te behouden en te versterken, en in te zetten als impuls voor een kwalitatief hoogwaardig verblijfs-, vestigings- en woonmilieu. Om dit te kunnen realiseren worden extra middelen beschikbaar gesteld. De afgelopen periode is verder gewerkt aan het project "BOR in Beeld". Doel van dit project is kwaliteitskeuzes in de openbare ruimte te maken door middel van een outputgerichte discussie. Verhardingen, openbaar groen en verzorging (onkruidbestrijding op verhardingen en zwerfvuilbestrijding) zijn in beeld gebracht wat betreft het structurele onderhoud. Uit het Oranjewoud-rapport "Een schonere stad blijkt dat de huidige budgetten voldoende zijn om het gebied op basisniveau te verzorgen. De commissie Stadsontwikkeling heeft geadviseerd om het onderhoud van de binnenstad en de kantorenhaak op een gemiddeld hoger niveau te brengen. Hiervoor worden nu gefaseerd middelen vrijgemaakt. Daarnaast heeft de Raad inmiddels ingestemd met de uitbreiding van de buurtonderhoudsploegen. In het kader van onderhoud en kwaliteitsverbetering van een belangrijk Leeuwarder monument, dat eigendom is van de gemeente zelf, wordt vanaf 2000 aanzienlijk geïnvesteerd in de renovatie van het Stadhuis. In het Oranjewoud- rapport "Resultaten en analyse nulmeting" is de huidige kwaliteit van het technische beheer gedefinieerd. De conclusie van het rapport luidt is dat Leeuwarden op hoofdlijnen een basis kwaliteitsniveau heeft, maar dat de kwaliteit niet evenwichtig verdeeld is en dat met name de elementenverhardingen relatief veel slechte plekken vertonen. 28 PERSPECTIEFNOTA PLUS 2001 Ten aanzien van investeringen in het achterstallig onderhoud (betreffende verhardingen, bruggen, pijpen, walmuren en -beschoeiingen; zie bijlage B - formulieren AN-SO-2 t/m 5) wordt verwezen naar hetgeen is vermeld bij de richtlijn met betrekking tot het afromen van de Algemene reserve (paragraaf 3.5 - pagina 50). Voor 2001 wordt incidenteel f 2 miljoen beschikbaar gesteld. In het kader van de voortgang van het project Binnenstad Nieuwe Stad wordt voorgesteld om de pijpen in de binnenstad aan te pakken, op basis van "beperkt gebruik" ten aanzien van de inzet van middelen. Voor een bedrag van f 1,2 miljoen kan de Vismarktpijp worden hersteld en kunnen de voorbereidende onderzoeken voor de aanpak van de kelders en overige pijpen plaatsvinden. Voor de inzet van de resterende middelen zal nog een voorstel met een nadere keuze en prioriteitstelling aan de gemeenteraad worden voorgelegd met aandacht voor de volgende items: reservering middelen sanering waterbodems (bijlage B - formulier AN-SO-1) achterstallig onderhoud elementenverhardingen in de context van Stedelijke Vernieuwing (achterstandswijken) en fietspaden; eerst Heechterp, vervolgens de Vrijheidswijk en Achter de Hoven/Vegelin. Het realiseren van een duurzame ontwikkeling van Leeuwarden, waarbij een schone, gezonde en leefbare gemeente nu en in de toekomst het uitgangspunt is. In 2000 wordt een gemeentebreed duurzaamheidkader ontwikkeld. Duurzaamheid is een integraal onderdeel van ontwikkelingsplannen met ingang van 2001, waarbij gebruik gemaakt wordt van meetbare operationele doelen. De inrichtingen waarvoor de gemeente verantwoordelijk is beschikken over actuele vergunningen, die voldoen aan de geldende milieu-eisen. Het aantal bedrijven dat preventief (dus niet repressief na een aanschrijving) de regels naleeft, stijgt van gemiddeld 30% naar 60% in 2003. Een 24 uurs bereikbaarheid voor milieuklachten gedurende 7 dagen in de week; in 1999 wordt gestart met een proef van een half jaar. Het halen van de landelijke doelen voor C02-uitstoot (in 2010 met 10% omlaag). Voor het jaar 2005 is in de gemeente 10.000 m2 PV (Photo Voltaïsche zonne-energie) geplaatst. Burgers en bedrijven zijn actief betrokken bij de ontwikkeling en uitvoering van het duurzaamheidbeleid (Lokale Agenda 21). Jaarlijks worden 2 a 3 LA 21 projecten uitgevoerd. De bodemkwaliteit in Leeuwarden is zodanig dat er geen risico's voor de volksgezondheid en het milieu bestaan en er geen stagnatie optreedt in de ontwikkeling van de stad. De intentie is dat woningen met een geluidsniveau van meer dan 60 dB(A) (op termijn) worden voorzien van geluidsisolatie tegen wegverkeer. Het milieubeleid is een facetbeleid bij stedelijke ontwikkeling en richt zich op het realiseren van een kwaliteitsimpuls aan projecten op andere terreinen (zie ook het onderdeel "investeringen"). 29 PERSPECTIEFNOTA PLUS 2001

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2000 | | pagina 480