3.3 Balanssanering c.a. 3.3.1 Inzet (deel) middelen verkoop aandelen BNG 3.3.2 Inzet (deel) middelen Algemene reserve 3.4 Nieuw beleid O-WZ-l Inkomensondersteuning minima (SoZa) 500 250 23 O-WZ-2 Volwasseneducatie 500 24 O-WZ-3 Emancipatiebeleid 15 25 O-WZ-4 Wet Voorziening Gehandicapten (WVG) 500 26 O-WZ-5 Zelfhulpgroepen 30 27 O-WZ-6 Implementatie herbezinning welzijnsbeleid 900 28 TOTAAL 100 2.792 270 200 1.250 Tabel 3.3 Komt niet ten goede aan de algemene middelen, maar wordt (via de Egalisatiereserve) een structurele voeding voor het Strategisch Investerings- en Ontwikkelings Fonds (SIOF). Geconcludeerd kan worden dat de hoeveelheid ombuigingen dit jaar een behoorlijk grotere omvang heeft en ook meer structureel zijn dan het voorgaande jaar. Daarbij dienen wij nog wel op te merken dat er in een aantal gevallen een nadrukkelijke relatie is tussen de voorstellen voor ombuigingen en enkele voorstellen nieuw beleid. Indien deze voorstellen nieuw beleid uiteindelijk niet gehonoreerd zouden worden, kan dit gevolgen hebben voor de ombuigingen. Bij de Begroting 2000 hebben wij reeds aangegeven dat, indien de incidentele financiële ruimte het toelaat, voorstellen zullen worden ontwikkeld voor balanssanering. In het navolgende wordt hieraan een invulling gegeven. Door de verkoop van de gemeentelijke aandelen Bouwfonds Nederlandse Gemeenten komt er een bedrag van f 28 miljoen beschikbaar. Door de gemeenteraad is besloten om deze middelen te storten in het Strategisch Investerings- en Ontwikkelings Fonds. De f 28 miljoen komt in fasen binnen, waarvan f 14 miljoen in 2000 en daarna nog 2 x f 7 miljoen, in 2003 en 2005. In afwijking van het eerdere raadsbesluit stellen wij voor de middelen die beschikbaar komen in de eerste fase van de verkoop aandelen BNG anders in te zetten, te weten voor de balanssanering en de renovatie van het Stadhuis. Een deel van deze middelen ter grootte van f 8,4 miljoen wordt ingezet voor de balanssanering in de vorm van het treffen van een voorziening voor de kosten van wachtgeld/wachtgeld-vut. Daarbij wordt tevens gehandeld conform de bedoeling van de Wet Comptabiliteitsvoorschriften 1995. Het vormen van een voorziening voor wachtgeldverplichtingen (in plaats van het structureel ten laste van de begroting te brengen) wordt door het Rijk beschouwd als een zuiverder methode. De huidige wachtgeldverplichtingen zijn onlangs geïnventariseerd. Voor deze toekomstige wachtgeldverplichtingen wordt een voorziening getroffen ter grootte van f 8,4 miljoen (contante waarde), die eenmalig wordt afgedekt. De budgettaire consequenties (vrijvallende structurele middelen) luiden als volgt: X f 1.000,- 2000 2001 2002 2003 2004 Start 0 1.880 1.290 1.020 890 Mutatie 1.880 -590 -270 -130 -20 Totale vrijval 1.880 1.290 1.020 890 870 Tabel 3.4 Er wordt nog een voorstel ontwikkeld over de wijze waarop met de onderhavige maatregel voor eventuele toekomstige verplichtingen omgegaan zal worden. De resterende middelen worden ingezet voor de renovatie van het Stadhuis. De bij de vorige Perspectiefnota beschikbaar gestelde middelen voor het stadhuis in de vorm van kapitaalslasten (in 2000 en 2001), resulterend in een investeringsruimte van f 2 miljoen, worden "teruggedraaid" en vallen daarmee vrij. In plaats daarvan wordt f 5,6 miljoen voor de renovatie van het stadhuis ingezet vanuit de middelen le fase verkoop aandelen BNG. De middelen uit de 2e fase verkoop aandelen BNG (2 x f 7 miljoen) worden conform het eerdere raadsbesluit gestort in het Strategisch Investerings- en Ontwikkelings Fonds. Waarbij het onze bedoeling is om deze middelen pas na 2005 daadwerkelijk in te gaan zetten. Dit voorstel heeft negatieve consequenties voor het potentiële toekomstige investeringsniveau van de gemeente en de realisatie van projecten (de toekomstige omvang van het SIOF wordt kleiner), maar wij vinden dit verantwoord. In aanvulling hierop stellen wij voor om een bedrag van circa f 3 miljoen vanuit de Algemene reserve in te zetten voor een verdere balanssanering in de vorm van het afboeken van immateriële activa. Het afboeken van immateriële activa heeft betrekking op "activa in eigendom van derden" waaronder boekwaarden van het oude Cambuurstadion, buurt- en clubhuiswerk alsmede overige sportvelden derden. Indien deze activa door het ineens beschikbaar stellen van f 3.170.000,— worden afgeboekt, vervallen de hierop betrekking hebbende kapitaalslasten. De budgettaire consequenties hiervan luiden als volgt: xf 1.000,- 2000 2001 2002 2003 2004 Start 0 342 333 324 315 Mutatie 342 -9 -9 -9 -9 Totale vri jval 342 333 324 315 306 Tabel 3.5 Al deze voorstellen zijn verwerkt in het financieel eindresultaat in paragraaf 3.7 (tabel 3.9 - pagina 56) dat een overzicht geeft van het meerjarenperspectief en de ontwikkeling van de Algemene reserve op basis van de ombuigingen en te honoreren voorstellen nieuw beleid. In paragraaf 1.4 (pagina 17) hebben wij onze bestuurlijke prioriteiten uiteengezet. Bij de keuze van het te honoreren nieuw beleid zijn deze prioriteiten doorslaggevend geweest, waarbij natuurlijk voor de economische en fysieke pijler geldt dat veel van onze ambities mogelijk worden gemaakt door investeringen die buiten dit meerjarenperspectief vervallen. In hoofdstuk 4 (pagina 57) staan hiervoor aanzienlijke middelen opgenomen. Daarnaast zijn er natuurlijk altijd zaken die noodzakelijk en/of wenselijk zijn, die meer in de bedrijfsvoeringsfeer liggen en randvoorwaardelijk zijn voor het uitvoeren van het beleid, dan wel zo "basic" zijn dat hiervoor door ons ook voorstellen nieuw beleid zijn gehonoreerd. Evenals vorig jaar hebben we wederom een verdeling gemaakt in de categorieën "onontkoombaar", "noodzakelijk c.q. wenselijk" en "regulier c.q. overig". Een uitgebreid overzicht van alle door ons afgewogen voorstellen nieuw beleid kunt u overigens terug vinden in de separate bijlage B (formulieren). 48 PERSPECTIEFNOTA PLUS 2001 49 PERSPECTIEFNOTA PLUS 2001

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2000 | | pagina 490