PERSPECTIEFNOTA 2001 - 2004 Dienst: Welzijn VOORSTEL NIEUW BELEID N-WZ-11 PERSPECTIEFNOTA 2001 - 2004 Dienst: Welzijn VOORSTEL NIEUW BELEID N-WZ-12 Beleidsproduct: Opvang en Zorgverlening Beheersproduct: Opvoedingsondersteuning en ontwikkelingsstim. Productcode: 630.02.03 Naam van het voorstel: PEUTERSPEELZALEN Te realiseren bestuurlijk doel: In de kadernota Kiezen voor Kinderen wordt voorgesteld om HWL uit te laten groeien tot een organisatie die inhoudelijk het werk gaat aansturen. Relatie met het Bestuursprogramma 1998 - 2002: De koppeling van peuterspeelzalen aan scholen dient bevorderd worden (i.v.m. ontwikkeling buurtschool) Relatie met strategische en operationele doelen uit het Meerjarenontwikkelingsprogramma: Aansturing van peuterspeelzaalwerk bij HWL mede met het oog op opvoedingsondersteuning in achterstandssituaties. De gemeente streeft naar het optimaliseren van de preventieve en signalerende functie van onder meer het peuterspeelzaalwerk (pag. 85). Operationele doelen c.q. meetbare effecten Streefnormen 2000 2001 2002 2003 2004 Het buurtschoolconcept is gerealiseerd of ontwikkeld in aantal wijken Maatregelen - activiteiten - producten Budgetbeslag per jaar (x f 1.000,-) 2000 2001 2002 2003 2004 -600 100 Onderbouwing van het voorstel: In de kadernota "Kiezen voor kinderen" is een belangrijke rol toegekend aan de peuterspeelzalen in het bestrijden van achterstanden bij jonge kinderen op verschillende gebieden: cognitief, motorisch, sociaal, emotioneel en op het gebied van taalvaardigheid. Naast de verbetering van de kwaliteit van aansturing zal eveneens in de fysieke kwaliteit van de peuterspeelzalen worden geïnvesteerd. In een nota die binnenkort zal worden afgerond zal een scenario worden beschreven om te komen tot het gewenste basisniveau. In die nota zal de uitzetting van f 500.000,- structureel en f 100.000,- incidenteel verder worden onderbouwd. Een deel van de kosten is alleen al te verklaren uit de door de gemeente gesanctioneerde CAO-verplichtingen aangaande het salarisniveau van de peuterleidsters. Daarnaast zal een beter incassosysteem moeten worden opgezet en dienen een aantal peuterspeelzaallocaties op het gewenste kindveilige niveau worden gebracht (incidenteel f 100.000,-). Kosten overzicht structureel in 2001 (prijsniveau 2000): Kosten per groep f 27.000,-- 81 peutergroepen x f 27.000,-f 2.187.000,- Verhoging ouderbijdrage met 25% dekking kosten f 595.080- Bijdrage gemeente Huidige bijdrage gemeente Tekort dekking perspectief f 1.591.920,- f 1.091.920,- f 500.000,- 86 Beleidsproduct: Kunsten Cultuur Productcode: Naam van het voorstel: CULTUURNOTA 2001-2004 - PIER PANDER MUSEUM EN TEMPEL (INCIDENTELE BIJDRAGE) Te realiseren bestuurlijk doel: (zie ook MOP) Versterken van de regiofunctie die Leeuwarden in het Noorden vervult Bevorderen van participatie en ontmoetingsfunctie Verbeteren van het imago en versterken van de lokale economie Relatie met het Bestuursprogramma 1998 - 2002: Operationele doelen c.q. meetbare effecten Streefnormen 2000 2001 2002 2003 2004 Indicatoren Te bereiken in 2004: Toename van het aantal museumbezoekers 15% Budgetbeslag per jaar (x f 1.000, 2000 2001 2002 2003 2004 Toelichting: fasering over twee tot drie jaar is mogelijk. In 2001 de beheerssituatie verbeteren en tevens 1e deel van de collectie restaureren, in 2002 tweede deel collectie restaureren, in 2003 afronding restauratie van collectie. -540 540 Onderbouwing van het voorstel: De gemeente neemt de positie in van regisseur van beleid en richt zich op samenwerking en bundeling van krachten. Met het beleid wordt beoogd de positie van Leeuwarden als cultureel brandpunt in Fryslan te versterken, zodat de stad aantrekkingskracht heeft op inwoners uit het hele Noorden en duidelijk zichtbaar is op de nationale kaart. Een van de actiepunten is het uitvoeren van de cultuurnota 1998-2000. Daarin is de uitvoering van het Actieplan Pier Pander uit 1997 opgenomen. Bij de vaststelling van dat Actieplan is geconstateerd dat de gemeente verplicht is maatregelen te treffen om de collectie in goede staat te brengen en te houden (jegens de erfgenamen, maar ook vanwege het kunsthistorisch belang dat het werk van Pander heeft). Tevens is er om strategische en historische (juridische) redenen voor gekozen om de Pandercollectie in de toekomst te blijven presenteren op de huidige locatie. Een professionele presentatie zal de aantrekkelijkheid van het cultureel kwartier en de Prinsentuin beslist vergroten. Met het oog op de openstelling na de collectierestauratie zal in overleg met de nieuwe museumcombinatie en de SPLAAA/ een marketing- en promotieplan ten uitvoer worden gebracht. De eerste fase van het Actieplan is reeds uitgevoerd: restauratie en achterstallig onderhoud van de panden. Inmiddels is het Actieplan van destijds mede in het kader van de fusievoornemens tussen Princessehof (incl. Pandermuseum en -tempel) geactualiseerd. Overigens is het herstel van collecties ook een randvoorwaarde bij overdracht van het beheer van de collectie en panden naar de gefuseerde museuminstelling. In 1999 is bij nader onderzoek gebleken dat er nog een forse investering nodig is om de collectie te restaureren (het betreft merendeels gipsen objecten, zeer kwetsbaar materiaal) en dat de klimatologische omstandigheden en de depotsituatie momenteel dusdanig gebrekkig zijn, dat restauratie alleen zinvol is wanneer ook maatregelen worden getroffen voor een goed beheer op de lange termijn. Daartoe is in het kader van het Investeringsplan fusie Princessehof - Fries Museum door de raad reeds een eerste budget beschikbaar gesteld. Daarbij is aangekondigd dat zal worden gepoogd om van andere partijen aanvullende middelen te genereren. Ofschoon wordt verwacht dat er wel aanvullende middelen tegemoet kunnen worden gezien (gerekend wordt intussen op een bedrag van ca. f 235.000,-) zal dit ontoereikend zijn. Teneinde de voortgang van het plan niet te frustreren en Pier Pander museum en tempel inderdaad bij de fusie te kunnen betrekken, is een zekerheid van een financiële basis nu echt noodzakelijk. Voorlopige raming f 540.000,-.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2000 | | pagina 561