Nummer 19306
J.v.H./R.v.'tZ./DW
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van
9 november 2000 (bijlage nr. 157);
overwegende
dat de kosten in verband met de aanleg van voorzieningen
van openbaar nut, voortvloeiende uit de eerste fase van de
herinrichting van de binnenstad in het gebied Waagplein en
omgeving (fase 1B) zoveel mogelijk naar evenredigheid van
verkregen profijt dienen te worden omgeslagen over die
onroerende zaken, die als gevolg van deze voorzieningen
gebaat zijn;
dat het voor de instelling van kostenverhaal via
exploitatie-overeenkomsten of baatbelasting noodzakelijk is
om de gebate onroerende zaken aan te duiden
(exploitatiegebied) en aan te geven in welke mate de aan de
voorzieningen verbonden kosten zullen worden verhaald;
gelet op het raadsbesluit van 15 maart 1999, nummer 3424;
gelet op de artikelen 156 en 222 van de Gemeentewet en de
Exploitatieverordening gemeente Leeuwarden 1997;
BESLUIT:
A. De onroerende zaken gelegen aan het Waagplein, de
Nieuwestad noord- en zuidzijde (vanaf de Duco
Martenapijp tot de Wirdumerdijk)Weerd, Heren-waltje,
StJacobsstraat, Naauw, Peperstraat, de Oude Doelesteeg,
Wirdumerdijk, Oude Lombardsteeg, Kleine Kerkstraat,
Nieuwesteeg, Bagijnesteeg, Hoedemakerssteeg, Ipe
Brouwerssteeg, de Nieuwestad noord- en zuidzijde ten
westen van de Duco Martenapijp, het winkelcentrum
Zaailand en de parkeergarage aan het Zaailand aan te
wijzen als exploitatiegebied voor de herinrichting van
de binnenstad fase 1B. Dit exploitatiegebied is
aangegeven op de als bijlage bij dit raadsbesluit
gevoegde gewaarmerkte tekening.