Blad 2
Op 2 november heeft de commissie SO ingestemd met
onderstaande voorlopige werkwijze:
Pas het definitieve beleid ontwikkelen en optreden tegen
ongewenste clandestiene antennes nadat het standpunt van
afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State over
dit onderwerp bekend is;
De licentiehouders verplichten bouwaanvragen in te
dienen voor het plaatsen van de GSM-antennes, waarbij
per geval op een aanvraag zal worden beslist; vooralsnog
zal terughoudend worden omgegaan met het toestaan van
GSM-antennes
In overleg met licentiehouders zoveel mogelijk trachten
de woongebouwen te ontzien;
In overleg met de licentiehouders trachten zo veel
mogelijk gebruik te maken van reeds bestaande masten, om
het aantal antennes en masten te beperken.
Uitspraak bestuursrechter
Op 14 juni 1999 heeft de Arrondissementsrechtbank te
Haarlem bij een verzoek om voorlopige voorziening
uitgesproken, dat GSM-antennes (ook dakantennes)
bouwvergunningplichtig zijn. In de bodemprocedure heeft de
bestuursrechter te Haarlem op 31 mei jl. deze uitspraak
bevestigd
Tot op heden is er nog steeds geen uitspraak gedaan over de
vergunningplicht van GSM-antennes door de hoogste
bestuursrechter, de afdeling Bestuursrechtspraak van de
Raad van State.
In een brochure van de Ministereis van Verkeer en
Volksgezondheid, Welzijn en Sport wordt aangegeven, dat ook
de rijksoverheid de mening is toegedaan, dat dit soort
antennes bouwvergunningplichtig zijn. Het kan nog geruime
tijd duren voordat de hoogste rechter daadwerkelijk een
uitspraak zal doen over dit onderwerp.
Met name gezien de grote belangen van de operators en het
feit dat de vergunningplicht voor dakantennes nu wel heel
erg aannemelijk lijkt, hebben wij besloten om vooruitlopend
op deze uitspraak het definitieve beleid op te stellen.
Mocht onverhoopt de afdeling Bestuursrechtspraak toch van
mening zijn, dat de dakantennes vergunningsvrij zijn, dan
blijven de beleidsregels ten aanzien van deze antennes
buiten werking.
Europees recht
Inmiddels is ook gebleken, dat het weigeren van een
bouwaanvraag voor een GSM-antenne in principe niet in
strijd is met het Europese recht. Een totaalverbod op GSM-
antennes is echter niet toegestaan op grond van artikel 10
van het Verdrag van Rome, waarin het recht van vrije
meningsuiting is geregeld. Het is wel toegestaan beleid te
formuleren om de plaats en de situering van de GSM-masten
te reguleren.
Blad 3
3. HUIDIGE SITUATIE BINNEN DE GEMEENTE LEEUWARDEN
Op dit moment is reeds een aanzienlijk aantal GSM-antennes
binnen de gemeente Leeuwarden gebouwd. Deze masten zijn
grotendeels geplaatst op het moment dat nog de algemene
opvatting was, dat deze masten vergunningsvrij zouden zijn.
Zoals hiervoor aangegeven, zijn wij inmiddels overtuigd van
de vergunningplicht van de GSM-antennes. Op diverse woon-
en kantoorgebouwen zijn reeds GSM-antennes aanwezig. Enkele
voorbeelden hiervan zijn op flatgebouwen in Bilgaard, op
het woongebouw 'De Naald' aan de Noorderweg en op het
Eurohotel aan het Europaplein.
Ook voor de reeds bestaande antennes zal een bouwaanvraag
moeten worden ingediend om te kunnen beoordelen of deze
masten gelegaliseerd kunnen worden, danwel verwijderd
moeten worden. Inmiddels zijn wij na overleg met de
operators overeengekomen, dat zij ook voor de dakantennes
bouwaanvragen zullen indienen. Voor de antennes die passen
binnen het beleid en voldoen aan redelijke eisen van
welstand hebben wij reeds diverse bouwvergunningen
afgegeven
Alle belanghebbenden binnen de gemeente Leeuwarden
(burgers, verenigingen van eigenaren,
woningbouwverenigingen, e.d.) zijn geïnformeerd over het
voorlopige beleid door middel van een publicatie in de
'Huis aan Huis'
4. TEGENSTRIJDIGE BELANGEN
Om tot een goede belangenafweging te komen, is het van
belang om de verschillende belangen van de diverse partijen
inzichtelijk te maken:
1. Het economische belang van de aanbieders en gebruikers;
2. Het belang van omwonenden (onrust over eventuele
aantasting gezondheid)
3. Het gemeentelijk belang (horizonvervuiling, aantasting
straat- en bebouwingsbeeld)
Ad 1
Bij de licentieverlening is vastgelegd, dat de
licentiehouders binnen een bepaalde termijn een landelijke
dekking moeten realiseren. Zij moeten investeren in een
netwerk dat concurrerend is ten opzichte van de overige
aanbieders. Het netwerk moet dan ook een grote capaciteit
hebben. Deze capaciteit wordt bereikt door de plaatsing van
voldoende GSM-masten. Hoe langer een aanbieder moet wachten
voordat hij het netwerk kan aanvullen, hoe minder de
inkomsten zullen zijn. Een niet tijdige landelijke dekking
kan het verlies van klanten betekenen.