Blad 4
van kostendekking. Echter, naast deze eindbedragen en
begrotingscijfers dient de onderbouwing hiervan weergegeven
te kunnen worden.
In bijlage IV is de onderbouwing aangegeven van begraaf-
rechten, bruggelden, havengelden, leges brandweer, markt-
gelden en reinigingsheffingen.
Het streven is ten aanzien van alle rechten een
verantwoorde onderbouwing bij het voorstel te voegen van de
tarieven voor het belastingjaar 2002. Zowel de sector
Publiekszaken als de dienst Stadsontwikkeling zijn met
projecten bezig die een gelijke kostenberekening gemeente-
breed kunnen bewerkstelligen.
De sector Publiekszaken zal eind dit jaar, begin volgend
jaar het onderzoek afronden naar de hoogte van de tarieven
van de producten van Burgerzaken met de vraag: zijn deze
tarieven echt hoger dan in soortgelijke gemeenten en in de
regio of worden in andere gemeenten niet alle kosten
meegenomen, c.q. doorberekend. Neemt Leeuwarden wel alle
kosten mee in het tarief die ook doorberekend mogen worden.
Ook de dienst Stadsontwikkeling is met een dergelijk onder
zoek bezig ten aanzien van de leges bouwvergunningen. Via
bench-marking wordt onder meer naar de hoogte van de
tarieven gekeken. Wordt alles wel doorberekend enzovoort.
De beide genoemde onderzoeken zullen een leidraad/checklist
opleveren, welke kosten ten aanzien van leges en andere
rechten kunnen worden doorberekend. Deze leidraad/checklist
is ook van belang voor de onderbouwing van de tarieven door
andere diensten en sectoren, zodat de onderbouwing
gemeentebreed op dezelfde wijze wordt gehanteerd. Het
controllersoverleg zal een besluit nemen ten aanzien van
deze leidraad/checklist en zorg dragen voor de uniforme
implementatie van de kostenberekening. Vervolgens wordt aan
het college, begin 2001, de uitkomst van het onderzoek
voorgelegd
4.0 Wijzigingen belastingen 2001
4.1 Alleen uniformering en actualisering
De volgende verordeningen zijn alleen geüniformeerd en
geactualiseerd:
aroerende-zaakbelastir.gen
b. toeristenbelasting
c. watertoeristenbelasting
Blad 5
4.2 Uniformering, actualisering en tariefswiiziqing
De volgende belastingen zijn alleen gestegen met het
vastgestelde loon- en prijsstijgingpercentage van 2,3%:
a. hondenbelasting (eerste hond f 116,40; tweede hond
f 168,60)
b. precariobelasting
4.3 Onroerende-zaakbelastinqen
De vierjaarlijkse herwaardering met waardepeildatum
1 januari 1999 is nagenoeg afgerond. Deze nieuwe waarde zal
voor het eerst als heffingsgrondslag gelden in het
belastingjaar 2001. De herwaardering laat grote verschillen
zien in waardestijging per categorie woning en tussen
woningen en niet-woningenOm de hieruit voortvloeiende
negatieve effecten ten aanzien van de woningen op te vangen
wordt, met positief advies van de Commissie Bestuur en
Middelen van 11 oktober jl., met ingang van 2001 tarief
differentiatie toegepast. De geraamde opbrengst is gelijk
gebleven aan 2000.
In de hieronder genoemde tarieven voor 2001 is rekening
gehouden met een voorziening om de tegenvallers naar
aanleiding van waardebezwaren op te vangen. Gelet op de
sterke stijging van de waarde na de hertaxatie en het grote
belang van de WOZ-waarde voor de betrokkenen worden veel
waardebezwaren verwacht. Een voorziening om de genoemde
tegenvaller op te vangen is niet nieuw. Door het bedrag van
de voorziening op te tellen bij de geraamde opbrengst is
het bedrag van de voorziening transparant geworden.
Het creëren van een dergelijke voorziening is besproken in
de eerdergenoemde Commissie Bestuur en Middelen. De
commissie heeft over dit onderwerp geen eenduidig advies
uitgesproken. Het college handhaaft het voorstel.
Het tariefsvoorstel van de belasting is voor elke volle
f 5.000,- van de heffingsmaatstaf/waarde
a. de gebruikersbelasting
1. voor woningen f 10,95
2. voor niet-woningen f 12,81
b. de eigenarenbelasting
1. voor woningen f 13,69
2. voor niet-woningen f 16,02
De wijziging van deze tarieven zijn nader gemotiveerd in de
nota "Ontwikkeling tarieven van de onroerende-zaakbelas-
tingen in 2001" en is voor advies aangeboden aan de
Commissie Bestuur en Middelen van 11 oktober jl.