Blad 6 een zo hoog mogelijke kwaliteit gevraagd, waarbij in ieder geval aan de minimum eisen wordt voldaan. Voor CVV-vervoer zal de vervoerder aan moeten geven wat de gemeente voor elke verreden zone moet betalen. Stadsdienst De vergoedingensystematiek is zo opgezet dat de vervoerder optimaal wordt 'geprikkeld' om een goed product te blijven leveren door een bonus in het vooruitzicht te stellen wanneer hij een goede prestatie levert. De opbouw is als volgt 100% van de reizigersopbrengsten 90% van de rijksbijdrage (suppletie) Als bonus kan de vervoerder verdienen: maximaal 8% van de rijksbijdrage De overige 2% van de rijksbijdrage wordt standaard in een door de gemeente te beheren openbaar vervoer fonds (OV- fonds) gestort. Indien de vervoerder er niet in slaagt het aantal reizigers te laten groeien ten opzichte van het voorgaande jaar zal de bonus (8% van de rijksbijdrage) niet of slechts gedeeltelijk aan de vervoerder worden toegekend. De niet toegekende bonus wordt dan toegevoegd aan het OV-fonds. Het OV-fonds zal worden aangewend om de kwaliteit van het OV te verbeteren en om eventuele tegenvallers op te vangen. De vervoerder is zelf verantwoordelijk voor de opbrengsten en kosten van het vervoer. Eventuele exploitatietekorten kunnen niet worden afgewenteld op de gemeente. Het budget voor de vervoerder wordt op basis van de toegekende rijksbijdrage en vervoersgegevens jaarlijks bijgesteld. Bij stijging van de rijksbijdrage komt 20% toe aan de vervoerder en 80% aan het productieniveau van het systeem. Bij daling van de rijksbijdrage zal deze verdeling 50% voor de vervoerder en 50% voor het systeem zijn. CVV-vervoer Voor wat betreft het CVV-vervoer zal de gemeente, voor WVG- gerechtigden, de vervoerder per verreden zone betalen. De vervoerder zal in zijn offerte aan moeten geven welke prijs hij per zone in rekening brengt. De WVG-gerechtigde betaalt in de taxi een eigen bijdrage voor de rit (NTS-tarief minus opstapzone)Het maximum aantal zones dat een WVG- gerechtigde per jaar op kosten van de gemeente mag reizen bedraagt 222. Indien men meer zones gaat reizen zal men een toeslag moeten betalen. Dit is conform de huidige situatie. Voor reizigers in het CVV-vervoer die niet WVG-gerechtigd zijn zal de gemeente geen subsidie verlenen. De vervoerder Blad 7 dient in zijn aanbieding de (kost)prijs van een reizigerszone op te nemen, dus het tarief waarbij een rit minimaal kostendekkend is. Mede op basis van deze prijs stelt de gemeente het (deeltaxitarief per zone vast. Het Rijk zal ook over de inkomsten die worden gegenereerd in het CVV-vervoer suppletie verlenen. Aangezien het voor de gemeente financieel aantrekkelijk is om WVG-gerechtigden met het Servicenet te laten reizen in plaats van met het Aanvullende Net (CVV-vervoer), zal de vervoerder van het stadsvervoer gestimuleerd moeten worden om zoveel mogelijk WVG-gerechtigden te vervoeren. De gemeente zal daarom vanuit de WVG-gelden het tarief dat WVG-ers in de stadsdienst zelf moeten betalen, 50% van NTS minus opstapzone, aanvullen tot het normale NTS-tarief. Hierdoor heeft de vervoerder extra inkomsten zonder meer bussen te moeten laten rijden. Door halvering van het tarief voor WVG-gerechtigden, in vergelijking met het tarief in het Aanvullend vervoer, wordt de WVG-er gestimuleerd gebruik te maken van de stadsdienst (met name het Servicenet) Personeel Met betrekking tot het personeel schrijft de nieuwe Wp2000 voor dat een eventuele nieuwe vervoerder het personeel van de huidige vervoerder overneemt. De gemeente stelt daarnaast eisen aan het personeel in termen van service en representatie. Met name in het Servicenet wordt geëist dat het personeel behulpzaam is bij het in- en uitstappen van reizigers die dat nodig hebben. Materieel Aan het materieel worden eisen gesteld in termen van comfort, veiligheid, toegankelijkheid en maatvoering. Ook gelden er eisen voor de netheid en het onderhoud van het materieel Met betrekking tot de toegankelijkheid van het materieel wordt geëist dat het materieel van het Servicenet toegankelijk is voor mensen met een handicap en hun hulpmiddelen zoals bijvoorbeeld een scootmobiel, een rolstoel of een rollator. Voor het Aanvullende Net zal de vervoerder materieel op maat moeten leveren. In principe zal iedereen, ongeacht zijn/haar fysieke beperkingen, samen met de noodzakelijke hulpmiddelen vervoerd moeten worden. Aan de toegankelijkheid van het Sternet worden geen specifieke eisen gesteld. Wel heeft de gemeente een sterke voorkeur voor het gebruiken van lage vloer bussen in het Sternet De gemeente heeft zich ten doel gesteld de milieubelasting en het energieverbruik van het verkeer en vervoer terug te dringen. Met betrekking tot het materieel van zowel het

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2000 | | pagina 648