Blad 2 Daarnaast is aangeven dat in het plan te weinig operationele doelstellingen waren opgenomen, evenals dat de inhoud te weinig concreet was. Aan het bureau Saris/Stichting wijkwerk Huizum-West is gevraagd om een deelproject voor te bereiden en eventueel op onderdelen uit te voeren, dat zich richt op het bieden van een activiteitenprogramma voor jongeren/jong volwassenen die zich bezig houden met de graffitikunst of dit graag zouden willen in plaats van het plaatsen van tags. Inmiddels is een eerste versie van het plan van aanpak ontvangen. Deze wordt op 20 februari 2001 in de klankbordgroep gepresenteerd en besproken. Het deelproject dat zich richt op het reguleren van de artistieke waarden van graffiti door een dadergerichte en preventieve aanpak is opgenomen in het jaarprogramma voor Jeugd en Veiligheid en wordt uit de bestaande GSB-gelden betaald. Het voorstel past binnen de totaalaanpak van de graffiti en dient ook als zodanig te worden beschouwd. Op 24 januari jl. is het Jeugd- en Veiligheidsplan, waaronder het deelproject voor graffiti, voor 2001 in de Commissie Bestuur en Middelen behandeld en goedgekeurd. Met het formuleren van operationele doelstellingen, het voor zover mogelijk concretiseren van maatregelen (is lopend proces) en de aandacht voor de artistieke waarden van graffiti, is een notitie opgesteld waarop de komende twee jaar naar verwachting naar tevredenheid verder geborduurd kan worden. Deze notitie beschrijft welke onderdelen essentieel zijn voor een succesvolle benadering van de problematiek. Het gaat in eerste instantie om een pilot-project, waarbij de uitkomsten en ervaringen een input vormen voor de verdere beleidsontwikkeling en op termijn structurele inbedding. Aanpak op hoofdlijnen Voor een uitgebreide motivering van de voorgestelde aanpak wordt verwezen naar het bijgevoegde plan. Hieronder staan in het kort enkele kernpunten. De gekozen aanpak voor het verwijderen van ongewenste graffiti-uitingen is gebaseerd op de uitgangspunten dat: 90 van de ongewenste graffiti-uitingen in de binnenstad op particulier bezit zit; de huidige regelgeving geen voldoende basis biedt om de eigenaar aan te schrijven en opdracht te geven de graffiti te verwijderen; vrijwillige medewerking van de eigenaar essentieel is om de graffiti aanpak te laten slagen; het stimuleren en reguleren van graffitikunst bij kan dragen aan het verminderen van de ongewenste graffiti-uitingen; Blad 3 alleen een gecombineerde en in tijd op elkaar afgestemde inzet van maatregelen gericht op zowel de dader als de omgeving (schoonmaken en andere situationele maatregelen) kan resulteren in een succesvolle aanpak. Onder de noemer 'binnenstad nieuwe stad' heeft de gemeente een groot aantal maatregelen op het terrein van de ruimtelijke ordening genomen met als doel het aanzicht van het centrum nieuw elan te geven en daarmee aantrekkelijk te houden voor ondernemers, bewoners en inwoners. In dit kader is het eveneens van belang dat het illegaal aanbrengen van het graffiti in deze wijk tot een acceptabel niveau wordt teruggebracht Een succesvolle aanpak valt en staat met de vrijwillige medewerking van de eigenaren, maar vooral ook met de medewerking van diverse externe partners die dadergerichte maatregelen dienen in te zetten. Juist de combinatie met organisaties die zich richten op jongeren maakt de integrale aanpak compleet. De gemeente biedt de juiste voorwaarden waarbinnen elke instelling, eigenaar en organisatie die met graffiti wordt geconfronteerd (positief en negatief) haar eigen verantwoordelijkheid en rol kan invullen Bij het integraal aanpakken van graffiti wordt gewerkt langs twee sporen. Het eerste spoor dient te leiden naar een afname van het aantal ongewenste graffiti-uitingen in de vorm van tags in de binnenstad. Hieronder valt bijvoorbeeld naast een repressieve dadergerichte aanpak ook de schoonmaakwerkzaamhedenHet tweede spoor heeft als 'bestemming' het stimuleren en reguleren van de artistieke waarden van graffiti oftewel de graffitikunst. Onderstaand wordt in het kort weergeven welke vertrekpunten bij de totaalaanpak van graffiti worden gehanteerd: de duur van het pilot-project wordt vastgesteld op 2 jaar en richt zich in deze periode vooralsnog op de binnenstad. Het eerste half jaar van 2001 vinden de voorbereidende werkzaamheden plaats. De daadwerkelijke uitvoering van het project gebeurt in de resterende periode van 2001 en 2002; de in het plan van aanpak gestelde doelen worden overgenomen; gezien de noodzaak tot (vrijwillige) medewerking van eigenaren en instellingen als Halt en politie, is het van belang dat de gemeente de mogelijkheid heeft om middels zogenaamde stimuleringsbijdragen voor experimenten/maatregelen de partners er toe te bewegen het gewenste doel te bereiken. De verantwoordelijkheid voor het slagen van de aanpak wordt nadrukkelijk niet

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2001 | | pagina 50