60
61
Rekening 2001
Concern
Kosten museum "Het Princessehof' 207.000 Nadeel).
Hoewel museum "Het Princessehof" per 1 april 2001 juridisch is verzelfstandigd, heeft de financiële
afwikkeling daarentegen plaatsgevonden met terugwerkende kracht tot 1 januari 2001.
Op grond van het sociaal statuut komen de kosten 179.000) van vier personeelsleden (langdurig zieken en
herplaatsingskandidaten) ook na 1 januari nog ten laste van de gemeente Leeuwarden. Door de gemeente moest
in 2001 ook nog een bedrag worden betaald aan wachtgelduitkeringen ten behoeve van een tweetal voormalige
werknemers 20.000). Daarnaast was er sprake van nog een aantal kleinere mee- en tegenvallers, zoals de
betaling van een rentevergoeding van 12.000 in verband met de financiële afwikkeling.
Aan stadsschouwburg "De Harmonie" werd minder subsidie betaald in verband met een lagere huurafrekening
over de jaren 1999 en 2000. De door de gemeente in rekening gebrachte huur wordt via subsidieverstrekking
vergoed.
De kosten van de in 2001 uitgebrachte nota Kunst en Cultuur 2001 - 2004 waren niet begroot.
Ondermeer vanwege de verzelfstandiging van museum "Het Princessehof' en de totstandkoming van de
nota "Kunst en Cultuur" moesten meer uren worden gemaakt waardoor de apparaatskosten 62.000 hoger zijn.
560 Maatschappelijke leefbaarheid en openluchtrecreatie 138.000 Nadeel)
Bij de reconstructie van de riolering aan de Harlingerstraatweg moesten extra werkzaamheden worden
uitgevoerd in verband met de aldaar geplaatste bomen, hetgeen tot extra kosten heeft geleid van 82.000.
Daarnaast zijn de apparaatskosten 55.000 hoger ondermeer omdat veel aandacht is besteed aan de opbouw en
actualisatie van beheersystemen en het opstellen van noodzakelijke beheerplannen.
Tot slot kan worden opgemerkt dat de inzet van het eigen personeel ondermeer door een hoog ziekteverzuim bij
het team productie ten opzichte van de begroting 342.000 lager was. Om toch de aangegane verplichting met
betrekking tot de kwaliteit van onderhoud groen te waarborgen, is gebruik gemaakt van ondersteuning door
tijdelijk ingehuurd personeel en een verhoogde inzet van de Dienst Sociale Werkvoorziening tot bovengenoemd
bedrag.
Rekening 2001
Concern
x 1.000,"
Product
code
Beleidsproduct
Lasten
Begroting
Baten
Saldo
Rekening
Lasten Baten
Saldo
Verschil
2001
610
Bijstandverlening
58.658
45.694
-12.964
59.883
47.614
-12.268
696
611
Werkgelegenheid
49.010
44.273
-4.737
56.523
52.991
-3.532
1.205
624
Opvang en zorgverlening
11.979
7.365
-4.614
11.970
7.354
-4.616
-2
625
Sociale integratie van achterstandsgroep
12.771
4.475
-8.296
13.012
4.661
-8.350
-54
626
Bevordering maatschappelijke acceptatie
61
0
-61
56
0
-56
5
650
Kinderopvang
2.558
259
-2.299
2.936
658
-2.279
20
Totaal Sociale Voorzieningen en
Maatschappelijke Dienstverlening 135.038 102.066 -32.972 144.381 113.278 -31.102 1.870
Toelichting.
610 Bijstandverlening (€696.000 Voordeel).
Het voordeel op dit product wordt voor een bedrag van 590.000 veroorzaakt door lagere apparaatskosten,
doordat minder productieve uren werden toegerekend en doordat bij de urentoerekening een verschuiving heeft
plaatsgevonden binnen loongroepen. In verhouding tot hetgeen is begroot, zijn meer uren gemaakt door personen
met een lager uurtarief en minder uren geschreven door ambtelijk personeel met een hoger uurtarief.
Op verstrekte uitkeringen aan zelfstandigen in het kader van het Bijstandbesluit Zelfstandigen (Bbz) is een
nadeel ontstaan van 36.000. Met de invoering van de Wet financiering Abw, Ioaw en Ioaz (wfa) blijven 25%
van de kosten ten laste van de gemeente (in het verleden was het gemeentelijk aandeel 10%). Tegenover deze
kosten staat geen bijdrage uit het Fonds Werk en Inkomen.
Op de bijstandsgroep 'uitkeringsgerechtigden jonger dan 21 jaar' werd een voordeel behaald van 66.000,
omdat eerder dan voorheen een betaalde baan werd gevonden. Aan leenbijstand en kwijtscheldingen werd per
saldo ruim 64.000 minder uitgegeven.
Aan overige kleinere mee- en tegenvallers was er per saldo een voordeel van 12.000.
611 Werkgelegenheid 1.205.000 Voordeel).
Het voordelig resultaat van 1.205.000 kan als volgt worden gespecificeerd:
vervallen bijdrage aan de dienst Stedelijke Werkvoorziening
1.388.000
V
vrijval budgetten reïntegratiebeleid
239.000
V
hogere apparaatskosten
452.000
N
overige kleinere voor- en nadelen
30.000
V
totaal
1.205.000
V