Uit deze grafiek blijkt dat de verhouding tussen huur en koopwoningen (gemeente cij
fers) zich in de loop der jaren ontwikkelt ten gunste van de koopwoningen. Het eigen
huisbezit neemt dus toe. Deze trend is ook in de rest van Nederland herkenbaar. Door
torse nieuwbouw de komende jaren zal een verhouding van 6 koopwoningen op 4
huurwoningen gehaald moeten worden. De volgende ontwikkeling wordt voorzien:
verkoop sociale huurwoningen, ongeveer 250 woningen per jaar;
sloop van huurwoningen, ongeveer 200 per jaar;
nieuwbouw: voornamelijk koopwoningen.
Deze grafiek bevat de percentages voor leegstand in Leeuwarden als totaal. Het per
centage schommelt rond 4-4,5%. Dit is aanzienlijk lager dan de leegstand in de binnen
stad van Leeuwarden waar 12 tot 16% van de woningen leegstaan. Hierbij gaat het vaak
om leegstaande panden boven winkels die in principe geschikt zijn voor bewoning. De
gemeente streeft naar 2,5% leegstand vanaf 2002. De leegstand bij de woningbouwcor
poraties beweegt zich overigens rond de 2%. Dit wordt gezien als fric
tie/mutatieleegstand. De CBS-definitie van leegstand is ruimer, als een tot bewoning
geschikt pand op een zekere peildatum geen inwoners kent die ingeschreven staan op
het betreffende adres bij de gemeentelijke afdeling Burgerzaken, dan wordt volgens die
definitie gesproken van leegstand.
4.7 Verhouding koop/huur
1.60
jaar
I i Aantal koopwoningen gedeeld door aantal huurwoningen—j*— norm verhouding
40
4.8 Leegstand woningvoorraad (conform CBS-definitie),
Norm Norm Norm
2003 2004 2005
Ii"'o leegstaande woningen conform CBS-definitie «—norm leegstand
41