Het aandeel eengezinswoningen in de totale woningvoorraad is vanaf 1997 langzaam
gestegen naar bijna 60%. De gemeente verwacht dat deze stijging zich in de komende
jaren voortzet en gaat uit van 61% eengezinswoningen in 2003.
Het OZB-tarief voor eigenaren en gebruikers is tussen 1997 en 1999 relatief stabiel ge
bleven. In 2000 valt een duidelijke toename voor beide groepen te constateren. Dit komt
doordat in dat jaar de rioolheffing opgenomen werd in het tarief. De daling in 2001 (van
het tarief) hangt samen met een herwaardering van het onroerend goed in Leeuwarden
en een overgang naar bedragen in Euro's. Met de tariefdaling (per 5 duizend gulden
economische waarde) worden de eigenaren en gebruikers gecompenseerd voor de waar
destijging van de woningen. Wel is hierbij sprake van een stijging van inkomsten in het
kader van de Rioolheffing. Tussen 2001 en 2002 zijn de OZB-tarieven nagenoeg gelijk
gebleven.
4.13 Gezinnen
65% j
jaar
I i Aandeel eengezinswoningen in woningvoorraad Nonnaandeel eengezinswoningen in woningvoorraad
46
4.14 Tarieven OZB-vvoningen
OZB-tarief gebruiker (in guldens tm 2000). vanaf 2000 incl. noolheffing
Norm OZB-tanef eigenaar (in guldens tm 2000), vanaf 2000 incl noolheffing
Norm OZB-tanef gebruiker (in guldens tm 2000), vanaf 2000 incl. noolheffing
47