Eigenaar Gebruiker Aandeel in OZB Niet-woningen Omschrijving 2001 2002 2003 Stijging 2003 t.o.v 2002 Totaal woningen 11,16 11,11 11,83 6,5% Totaal niet- 13,08 16,98 18,08 6,5% woningen Blad 78 Tussen de tarieven van het gebruikersdeel en het eigenarendeel mag maximaal 125% zitten (de zogenaamde relatieve limiet). Door Leeuwarden wordt deze verhouding maximaal toegepast. Daarnaast is het toegestaan om verschillende tarieven toe te passen voor woningen en niet-woningenDe maximale verhouding is daarbij afhankelijk van de waardeontwikkeling tussen woningen en niet woningen en wordt aan het begin van elk zogenaamd WOZ-tijdvak (momenteel 2001 - 2004) eenmalig vastgesteld. In Leeuwarden is dit zogenaamde tijdvakpercentage op 153% bepaald. Dat wil zeggen dat de verhouding tussen woningen en niet-woningen maximaal 153% mag bedragen. Wettelijk gezien mag dit tijdvakpercentage met 10% verhoogd worden tot 163%. In Leeuwarden wordt 153% toegepast in de tariefberekening en wordt de 10% extra marge dus niet toegepast. In onderstaande tabel staat de verhouding tussen de verschillende onderdelen van de OZB en de opbrengsten weergegeven: Woningen 56% 44% 54% 56% 44% 46% In onderstaande tabel zijn de tarieven OZB-2001, 2002 en de voorgestelde tarieven QZB-2003 weergegeven Woning-eigenaar 6,20 6,16 6,57 Woning-gebruik 4,96 4,95 5,26 Niet-woning-eigenaar 7,27 9,42 10,04 Niet-woning-gebruik 5,81 7,56 8,04 Uitgangspunt voor de hierboven berekende tarieven OZB-2003 vormen de tarieven OZB-2002 en de daarmee samenhangende opbrengsten. Daarbij wordt als aanname gehanteerd dat het huidige tarief toereikend is om de in de huidige begroting (2002) geraamde opbrengsten te realiseren. Hier dient echter een tweetal kanttekeningen bij te worden geplaatst: 1. In haar vergadering van 17 december jl. heeft de raad van de gemeente Leeuwarden bij motie besloten de tarieven onroerende-zaakbelastingen (OZB) 2002 ca. 2% lager vast te stellen dan het college aanvankelijk had voorgesteld. Hierdoor zal bij benadering de opbrengst OZB in 2002 ca. 550.000 lager zijn dan in de begroting 2002 is opgenomen; 2. Bij de berekening van de tarieven OZB-2003 is uitgegaan van de toereikendheid van de door het college voorgestelde tarieven OZB-2002. Op haar beurt zijn de tarieven OZB-2002 weer gebaseerd op de veronderstelling dat de tarieven 2001 toereikend zijn om de begrote opbrengst 2001 te realiseren. Voor de jaarrekening 2001 is daar onderzoek naar verricht door onze huisaccountant. Conclusie was dat er nog steeds sprake was van een bepaalde onzekerheidsmarge (ca. 250.000 plus of min)De verwachting was dat er voor het zomerreces 2002 definitief uitsluitsel zou zijn over de opbrengsten OZB-2001. Door ernstige automatiserings-problemen is dat echter niet haalbaar gebleken. Wij gaan ervan uit bij de jaarrekening 2002 alsnog de gewenste Blad 79 duidelijkheid te kunnen geven. Mocht dit tot een mee- of tegenvaller over 2001 leiden, dan heeft dit direct een structurele doorwerking naar latere jaren. De voorgestelde stijging van 6,5% heeft de volgende oorzaken: Jaarlijkse verhoging met 635.000 (NLG 1.400.000) op grond van het Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) Jaarlijks worden de opbrengsten OZB met 635.000 verhoogd in verband met de extra kosten voor de riolering conform het Gemeentelijk Rioleringsplan. Dit is een direct gevolg van het besluit om vanaf 2000 geen rioolrechten meer te heffen en de wens om tot een kostendekkende uitvoering van het GRP te komen. Motie tarieven 2002; In haar vergadering van 17 december jl. heeft de raad van de gemeente Leeuwarden bij motie besloten de tarieven onroerende-zaakbelastingen (OZB) 2002 ca. 2% lager vast te stellen dan het college aanvankelijk had voorgesteld. Hierdoor zal bij benadering de opbrengst OZB in 2002 ca. 6 550.000 lager zijn dan in de begroting 2002 is opgenomen. Om problemen met het begrotingstoezicht te voorkomen, is bij schrijven van 11 maart 2002 (kenmerk 24163) door ons college aan de provincie meegedeeld dat het college bij het vaststellen van de tarieven OZB-2003 de raad zal voorstellen alsnog de verhoging door te voeren die in 2002 achterwege is gelaten; Inflatiecorrectie; De voorgaande collegeperiode is geen inflatiecorrectie toegepast, om de stijging van de lastendruk binnen Leeuwarden een halt toe te roepen. Dit beleid is succesvol geweest, omdat Leeuwarden flink gezakt is op de lijst met duurste gemeenten van Nederland. In het eerder in deze paragraaf genoemde inflatiepercentage van 3,75% zit een inhaaleffect voor de hogere dan begrote inflatie 2001 en 2002. Omdat de OZB in de jaren 2001 en 2002 niet voor inflatie zou worden aangepast is voor de OZB alleen het inflatie percentage van 2003 van toepassing te weten 2, 5% Voorgaande punten gezamenlijk resulteren in een tariefstijging van 6,5%. Reinigingsheffingen De reinigingsheffingen bestaan uit 2 onderdelen: Reinigingsrechten; Afvalstoffenheffing. De reinigingsrechten dienen ter bestrijding van de kosten van het inzamelen en verwerken van bedrijfsafval. Hierbij geldt als criterium dat het aangeboden afval per bedrijf niet meer mag bedragen dan 0,24 m3 (6 vuilniszakken) per ophaalbeurt. Indien een bedrijf meer afval heeft dient het een contract af te sluiten met een particuliere afvalinzamelaar

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2002 | | pagina 41