5. Bij het plaatsen of uithangen van letterreclame, wordt de ruimte tussen de letters mede geacht in gebruik te zijn genomen. 6. Belastingaanslagen beneden 9,00 worden niet opgelegd. Belastingtijdvak Artikel 7 Het belastingtijdvak is gelijk aan het tijdvak als bedoeld in de bij deze verordening behorende tarieventabei Wijze van heffing Artikel 8 1. De precariobelasting waarvoor een jaartarief geldt, wordt geheven bij wege van aanslag. 2. In alle andere gevallen wordt de precariobelasting geheven bij wege van een gedagtekende kennisgeving, nota of andere schriftuur. Ontstaan van de belastingschuld Artikel 9 1. De precariobelasting is verschuldigd bij de aanvang van het belastingtijdvak of, indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt, bij de aanvang van de belastingplicht 2. Indien de belastingplicht in de loop van het belasting jaar aanvangt, is de belasting verschuldigd over zoveel twaalfae geaeelten van ae voor dat ;aar verschuldigde belasting ais er in aat jaar, na het tijdstip van de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaan den overblijven. I. Indien de belastingplicht in de loop van net belasting jaar eindigt, wordt ontheffing verleend over zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na net tijdstip van de beëindiging van de belastingplicht, nog volle kalender maanden overblijven, tenzij blijkt dat het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan 9,00. 4 De in dit artikel bedoelde regeling geldt voor zover de belasting wordt geheven voor een heffingstijdvak van een j aar Tijdstip van betalen en betaling in termijnen Artikel 10 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet moet de precariobelasting: a. als bedoeld in artikel 8, eerste lid, worden betaald binnen 30 dagen na de dagtekening van het aanslagbilj et b. als bedoeld in artikel 8, tweede lid, worden betaald op het moment waarop een aanvraag voor het hebben van voorwerpen is ingediend, dan wel het hebben van voorwerpen, een aanvang heeft genomen; 2. Met betrekking tot een ingevolge artikel 2, tweede lid, onderdeel c, van de Invorderingswet, met een belastingaanslag gelijkgestelde beschikking inzake een bestuurlijke boete is het eerste lid van overeenkomstige toepassing, voor zover deze gelijktijdig wordt opgelegd met de vaststelling van de aanslag. 3. De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen. Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders Artikel 11 Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van precariobelast ing Citeertitel Artikel 12 Deze verordening kan woraen aangehaald als de "Vercraening precariobelasting Leeuwarden 2003". Inwerkingtreding Artikel 13 De "Verordening precariobelasting Leeuwarden 2002, vastgesteld bij raadsbesluit van 17 december 2001, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voordien hebben voorgedaan.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2002 | | pagina 450