Blad 4 Beantwoording zienswijzen In het nu volgende wordt gereageerd op de binnengekomen zienswij zen. 1NLTO te Leeuwarden De Noordelijke Land- en Tuinbouw Organisatie (NLTO) brengt in haar zienswijze mede namens het afdelingsbestuur van de NLTO binnen de gemeente Leeuwarden, een tweetal onderwerpen naar voren. Kleinschalig kamperen De NLTO constateert dat de mogelijkheid voor kleinschalig kamperen is verruimd tot het hele buitengebied. De voor waarden waaronder dit kan, roepen bij de NLTO echter be zwaren op. Zo wordt het kleinschalig kamperen niet toege staan binnen Agrarisch gebied met natuurwaarden. Bovendien moet er sprake zijn van een recreatieve behoefte en voorts wordt het kleinschalig kamperen met name in de aangegeven zones (bijlage 7 bij de planvoorschriften) bevorderd. De NLTO is het met deze voorwaarden oneens. Zo vindt de NLTO dat het gebied met de bestemming Agrarisch met natuurwaarden juist een uitstekende omgeving kan zijn, gelet op de aard van het publiek dat doorgaans minicampings bezoekt Reactie: De bestemming Agrarisch gebied met natuurwaar den komt voor in het gebied tussen de Murk en de Canterlandse weg. De bestemming is gelegd vanwege de betekenis van het gebied als weide- vogelgebied, daarbij tevens in acht nemend de nabije ligging ten opzichte van het Vogel- en Habitatrichtlijngebied De Groote Wielen. Vanuit die aanwijzing moet voorkomen worden dat ook in de directe omgeving nieuwe ontwikkelin gen kunnen optreden die mogelijk significant negatieve effecten op de het Vogel- en Habita trichtlij ngebied kunnen hebben. Verblijfsrecre- atie kan zo'n ontwikkeling zijn. Overigens ligt er in het bewuste gebied, dat over het totale buitengebied maar een beperkt deel in beslag neemt, slechts een tweetal agra rische bedrijven. De feitelijke beperkingen die van het bestemmingsplan uitgaan zijn dan ook gering Voorstel: Resumerend wordt voorgesteld de zienswijze op dit punt ongegrond te verklaren. Het criterium van een aanwezige "recreatieve behoefte" vindt de NLTO vaag, Men is van mening dat de gemeente de ondernemer in kwestie kan vragen naar een deugdelijk be- drij fsplan Blad 5 Reactie: Op zich betreft het hier inderdaad een algemeen geformuleerd criterium. Zoals de NLTO zelf ook al aangeeft kan evenwel in voorkomende gevallen uit een deugdelijk bedrijfsplan de behoefte van de betreffende agrariër aan een recreatieve verblijfsfunctie worden afgeleid. In die zin zullen in vrijstellingsverzoeken mede worden bezien. Voorstel: De zienswijze ongegrond verklaren. Verder vindt de NLTO dat het onderscheid tussen recreatieve zones en het overige buitengebied onterecht is, gelet op het stimuleringsbeleid binnen eerstgenoemde zones. Reactie: Het ligt niet op de weg van de gemeente om een actief beleid ten aanzien van dit soort parti culiere initiatieven te voeren. In die zin heeft de NLTO misverstaan dat de gemeente in als recreatief aangeduide zones een stimule ringsbeleid zal voeren. Wel is het zo dat deze zones, voorkomend langs de Dokkumer Ee en de Zwette bij uitstek geschikt zijn voor een zeke re recreatieve ontwikkeling. Het bestemmings plan speelt hierop in. Voorstel: De zienswijze ongegrond verklaren. De NLTO heeft verder kennis genomen van de opmerking van de provinciale Commissie van Overleg die adviseert het toege stane aantal kampeerplaatsen vast te leggen. De NLTO advi seert dit niet te doen. De NLTO verwacht namelijk dat zowel de LTO-Nederland als de VEKABO en de SVR de Minister zullen verzoeken om de Wet op de Openluchtrecreatie zodanig te verruimen, dat meer kampeermiddelen op kleinschalige cam pings worden toegestaan. Reactie: De gemeente heeft inderdaad het advies van de provinciale Commissie van overleg opgevolgd en conform de Wet op de Openluchtrecreatie het aantal kampeermiddelen op de kleinschalige kam peerterreinen beperkt tot 10 (in het hoogsei zoen 15)Het is ongewenst om nu al vooruit te lopen op een verzoek tot wetswijziging, nog daargelaten de vraag of het tot zo'n wijziging komt. Bovendien sluiten de genoemde aantallen kampeermiddelen goed aan bij het kleinschalige karakter Voorstel Gelet op de hiervoor genoemde overwegingen, wordt voorgesteld de zienswijze aangaande het kleinschalig kamperen ongegrond te verklaren. Aanlegvergunningenstelsel De NLTO maakt bezwaar tegen enkele aanlegvergunningen bin nen de bestemming Agrarisch gebied met natuurwaarden. Het betreft met name het aanbrengen van drainage, het scheuren van en frezen van grasland en het omzetten van grasland in bouwland

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2003 | | pagina 162