Blad 16 Voorstel: deze zienswijze gedeeltelijk gegrond verklaren voor wat betreft de volledige afstemming van het plan op de omschrijvingen in de nota van Houwelingen. De voorschriften van de aanvullende bestemming veiligheidszone munitie-opslagplaatsen worden hierop aangepast door deze integraal te schrap pen en opnieuw in gewijzigde vorm in het plan op te nemen In de derde plaats constateert Defensie dat binnen de A- zone aan het Bitgumerlan 1 een eengezinswoning met bijge bouwen aanwezig is. Deze bebouwing is overigens niet posi tief bestemd. In de nota van Houwelingen is aangegeven dat bij historisch gegroeide strijdige situaties er voldaan moet worden aan bepaalde risiconormen. Alsdan dient te worden uitgegaan van het minimaal handhaven van de huidige risiconiveaus. Op dit moment wordt door TNO in opdracht van defensie een risico-analyse uitgevoerd. Naar verwachting zal het indivi dueel risico van deze woning niet voldoen aan de in de nota gestelde norm voor historisch gegroeide situaties. Het weg- bestemd zijn van de woning sluit aan bij de aan deze ver wachting te verbinden consequentie. Blijkens bestendige jurisprudentie is het niet toegestaan in het bestemmingsplan een regeling op te nemen die de her bouw van de woning na een calamiteit uitsluit. Wel is het volgens Defensie noodzakelijk om uit te sluiten dat bij de herbouw na een calamiteit de woning wordt vergroot. Een dergelijke regeling is thans nog niet in het bestemmings plan opgenomen. Defensie verzoekt dit alsnog te doen. Reactie: Zoals aangegeven in de beantwoording van de zienswijze van de VROM-inspectie inzake deze woning, is de bedoeling dat de betreffende wo ning binnen de planperiode verdwijnt. Op grond van de overgangsbepalingen is het mogelijk dat de woning wordt vergroot met 10%. Dit geldt overigens ook los van een calamiteit. Het be treft hier evenwel een vrijstelling, geen recht. Hiervoor is een nadere beleidsmatige be langenafweging noodzakelijk. Gelet hierop is er naar ons idee geen noodzaak om expliciet te bepalen dat juist deze woning niet mag worden vergroot. Bovendien zien wij niet in dat het risico we zenlijk vergroot zou worden als de woning zou worden vergroot met 10%. Voorstel: De zienswijze ongegrond verklaren. Blad 17 Defensie constateert dat binnen de B-zone geen bebouwing is toegestaan, waarin zich regelmatig personen bevinden. Ver volgens stelt Defensie vast dat er binnen het plangebied zich binnen de B-zone een woning bevindt aan de Nylansdyk nr. 6 De verwachting bestaat dat uit een risico-analyse zal blij - ken dat deze situatie voldoet aan de risiconorm voor histo risch gegroeide situaties, aldus Defensie. Het is dan ook toelaatbaar dat de woning thans positief is bestemd. Wel is het volgens Defensie bezwaarlijk dat op de locatie van de woning volgens de voorschriften bij de bestemming woondoel- einden beperkte bedrijfsmatige activiteiten mogelijk zijn. Dergelijke activiteiten hebben een zekere publieksaantrek- kende werking en leiden tot een vergroting van het groeps- risico. Defensie is van mening dat voor de betreffende wo ning nadrukkelijk uitgesloten dient te worden dat bedrijfs matige activiteiten worden ontwikkeld. Reactie: De VROM-inspectie heeft eenzelfde zienswijze ingebracht. Voor de reactie op deze zienswijze van Defensie wordt verwezen naar die op de zienswijze van de VROM-inspectie. Ten aanzien van de C-zone, zo constateert Defensie, geldt een bebouwingsrestrictie betreffende gebouwen met vlies- of gordijngevelconstructies en voorts gebouwen met zeer grote glasoppervlakten, waarin zich als regel een groot aantal personen bevindt De bebouwing van het tuincentrum Boomsma aan de Troelstra- weg ligt in de C-zone en valt onder deze restrictie. De verwachting is dat uit een risico-analyse zal blijken dat de situatie echter voldoet aan de risiconorm voor histo risch gegroeide situaties. Met de in artikel 23 lid B3 op genomen regeling van de C-zone kan door Defensie worden ingestemd met dien verstande dat deze niet alleen in de beschrijving in hoofdlijnen, maar tevens in de bebouwings- en gebruiksbepalingen opgenomen dient te worden. Reactie: Gelet op de hiervoor gegeven beantwoording van de zienswijze ten aanzien van de gewenste af stemming van bebouwings- en gebruiks-bepalingen op de nota van Houwelingen is deze zienswijze gegrond. Voor het voorstel ten aanzien van aan passing wordt verwezen naar de eerdergenoemde beantwoording

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2003 | | pagina 168