3. HOE GAAN WE DE GESTELDE DOELEN
BEREIKEN?
II. ACCOMMODATIEBELEID
III. BREEDTESPORTBELEID
IV. STIMULERINGSBELEID:
De werkgroep stelt voor de in het vorige hoofdstuk benoemde doelen te
bereiken langs vier lijnen:
I. Sportconcentratiebeleid
II. Accomodatiebeleid
III. Breedtesportbeleid
IV. Stimuleringsbeleid
Hieronder worden deze hoofdlijnen globaal verder uitgewerkt.
I. SPORTCONCENTRATIE BELEID:
De gemeente wil duidelijke keuzes maken en hanteert daarom twee
belangrijke begrippen t.w.: basisvoorzieningen en concentratiegebieden:
1. Basisvoorzieningen:
dat zijn voorzieningen die én een belangrijk deel van het jaar toegankelijk zijn
voor sporten die door alle lagen van de bevolking kunnen worden uitgeoefend en
de sociale samenhang bevorderen én die door de raad als zodanig zijn aangewezen
of periodiek worden aangewezen. Op dit moment zijn dat overdekte zwembaden,
sporthallen, atletiekbaan, wielerbaan en gemeentelijke sportvelden. De gemeente
investeert in en/of faciliteert de aanleg van en/of draagt zij bij aan de exploitatie
van zgn. basissportvoorzieningen etc.
2. Concentratiegebieden:
Gebieden waar een concentratie aan sportvoorzieningen mogelijk wordt gemaakt.
De gemeente kiest voor concentratie van grootschalige voorzieningen en de
instandhouding van vier sportconcentratiegebieden. Naast de drie bestaande
concentratiegebieden in Leeuwarden-Noord, -Oost en -West wordt in Leeuwarden-
Zuid een vierde concentratiegebied gecreëerd. De gemeente ontwikkelt een visie
met betrekking tot de voorzieningen in de concentratiegebieden zonodig in
samenhang met de andere concentratiegebieden en geeft daarbij aan welke nieuwe
voorzieningen zijn gewenst en welke bestaande voorzieningen in de gemeente
dienen te worden opgeheven. Richtlijn daarbij is dat de gemeente in ieder geval
accommodaties afstoot die vrijkomen als ze niet behoren tot genoemde gebieden.
Daarnaast kan de gemeente op grond van speciale belangen kiezen voor andere
gebieden waar bepaalde sportvoorzieningen mogelijk zijn, zoals in de buurt van
Hogescholen (Kenniscampus), Cambuur, Blauw-wit velden, buurten, wijken en
dorpen.
Het Leeuwarder accommodatiebeleid wordt gestoeld op de volgende
kaders:
4
a. Bij spreiding van kleine sport- en recreatievoorzieningen over buurten,
wijken en dorpen staat de sociale samenhang en maatschappelijke
betekenis van sport op wijk- en buurtniveau en in dorpen voorop.
b. Bij het oprichten van nieuwe multifunctionele centra, wordt ook
voldoende aandacht aan sport- en spelfaciliteiten besteed;
c. Onderhoud en vernieuwing van accommodaties in de
sportconcentratiegebieden zal geschieden op basis van de kwaliteit
volgens NOC*NSF-normen.
d. Accommodaties worden in principe openbaar aanbesteed. De regels
m.b.t. inkoopbeleid zijn van toepassing. Met instemming van de raad
kan van openbare aanbesteding worden afgeweken.
e. Exploitatie en beheer van de gemeentelijk gefinancierde
sportaccommodaties is uitbesteed aan de BV Sport. Een herijking van
de relatie tussen de gemeente en de BV dient uiterlijk in 2006 te leiden
tot een heldere rolverdeling en een gepaste afstand;
f. De gesloten overeenkomsten met de BV-sport met betrekking tot het
beheer van accommodaties zullen in 2006 worden aangepast. Er wordt
al met ingang van 1 januari 2004 gestreefd naar het maken van
duidelijke, "smart" geformuleerde prestatieovereenkomsten.
In samenwerking met andere partners, zullen projecten worden
opgezet: sport- en spelmogelijkheden voor specifieke doelgroepen en
op buurt- en wijkniveau worden ondersteund, gecontinueerd,
geïnitieerd (zoals geschiedt in het kader van de Breedtesportimpuls)
en waar mogelijk uitgebreid. Aan breedtesport geeft de gemeente
vorm en inhoud door projecten te initiëren en faciliteren in de driehoek
sport -onderwijs - welzijn die getoetst worden aan synergie en samenhang,
waarbij er een duidelijke relatie is met het Lokaal Sociaal Beleid,
jeugdbeleid en het Lokaal Gezondheidsbeleid.
De belangrijkste elementen van het stimuleringsbeleid zijn:
a. Ruimte wordt geboden aan particuliere aanbieders van
sportvoorzieningen. De gemeente werkt - voor zover passend binnen
de overige kaders van het gemeentelijke beleid - zoveel mogelijk mee
aan het totstandkomen van private sportaccommodaties, maar draagt
daar in principe financieel niet aan bij. Hierop zijn uitzonderingen
mogelijk, bijvoorbeeld wanneer een nieuwe accommodatie een tot dan
(of anderszins) door de gemeente gefinancierde accommodatie
vervangt of een bijdrage anderszins past binnen het gemeentelijk
beleid.
5