Blad 2
In de kaderbrief is afgesproken dat het MOP II ontwikkeld
wordt in aansluiting op de programmabegroting. Daarbij is
vastgesteld dat voor wat betreft de inzet van de Brede
doeluitkeringen wordt uitgegaan van de volgende
uitgangspunten
1 BDü sociale integratie en veiligheid: uitgaan van
bestaand beleid. In het najaar van 2004 zal een
integraal veiligheidsplan (kadernota) worden
opgesteld. Vooruitlopend op de nieuwe kadernota
veiligheid wordt een probleemanalyse veiligheid
opgesteld als integraal onderdeel van het MOP II.
Deze analyse beslaat het totale veiligheidsterrein
waarbij alleen voor de GSB thema's veiligheid de
aanpak nader in de MOP is uitgewerkt.
2 BDü fysiek: vooral inzetten op de herstructurering
van de prioritaire wijken (80 Circa 15 procent
wordt ingezet voor groen in en om de stad,
monumenten, particuliere woningverbetering en milieu.
Vijf procent zal worden gereserveerd om in te kunnen
spelen op ontwikkelingskansen in de stad.
3. BDü economie: inzetten op de thema's ondernemerschap
en innovatief vermogen.
Het MOP sluit aan bij deze uitgangspunten. Voor de inzet
van de GSB-middelen in de BDU economie wordt binnen de
thema's ondernemerschap en innovatief vermogen specifiek
aandacht geschonken aan toerisme en promotie. De economie
van vrije tijd (leisure) wordt gezien als een belangrijke
kans om nieuwe economische activiteit vooral in de
binnenstad te bevorderen. Leeuwarden wil inzetten op zowel
productontwikkeling op dit terrein als
marketingactiviteiten. In de BDU economie wordt aanvullend
ingezet op het thema verminderen oude bedrijventerreinen.
In de programmabegroting is uitgegaan van het conceptmop.
De in dit conceptmop opgenomen doelen en effecten zijn
overgenomen in de programmabegroting. In bijlage 1 is
aangegeven tot welke wijzigingen dit aangepaste MOP leidt
in de programmabegroting.
Op 22 september praat een Leeuwarder delegatie met het rijk
over het MOP. Eventuele wijzigingen die daar uit voort
vloeien worden verwerkt in de volgende aanpassing. Deze
krijgt u zo mogelijk op 29 september toegezonden. Wij
verwachten echter geen ingrijpende wijzigingen en daarom
doen wij u het eerdere exemplaar toekomen als voorbereiding
op de raadscommissie voor de behandeling van de
programmabegroting
Blad 3
Op basis van het MOP wordt begin 2005 een convenant
afgesloten met het rijk. Het rijk stelt vervolgens de
financiële middelen beschikbaar (circa 7 5 miljoen voor de
periode van vijf jaar) en Leeuwarden verbindt zich aan het
behalen van de resultaten. In 2007 vindt eenmalig een
midterm-review plaats. Die kan aanleiding geven voor stad
en rijk om in gezamenlijk overleg tot aanpassing van het
convenant te komen. Natuurlijk wordt dit met de Raad
besproken.
Leeuwarden, 28 oktober 2004
Burgemeester en wethouders van Leeuwarden,
Mr. Dr. G.D. Dales, burgemeester
drsC.H.J. Brugman, secretaris.