Beleidsverslag Sociale Zaken en Werkgelegenheid 2002
allochtonen (met of zonder uitkering) een beter - op het individu afgestemd - aanbod
krijgen, met een duidelijke verdeling van verantwoordelijkheden tussen gemeente en
opdrachtnemers. Ontwikkeling van duale trajecten voor nieuw- en oudkomers staat
hierbij centraal.
Beleidsverslag Sociale Zaken en Werkgelegenheid 2002
3 INKOMEN
3.1 Minimabeleid
In het kader van de Lokale Agenda voor de Toekomst is het uitgangspunt dat het
gemeentelijk minimabeleid zich nadrukkelijk dient te richten op de activering van
cliënten en de ondersteuning van mensen met een zeer grote afstand tot de arbeidsmarkt.
Van belang is om een heroriëntatie te maken op de vraag of het gemeentelijk
minimabeleid voldoende bijdraagt tot activering en sociale participatie van de
Leeuwarders met een laag inkomen. Deze heroverweging is echter mede afhankelijk
van de landelijke ontwikkelingen ten aanzien van de aanpak van de armoede en de
armoedeval. Het is lange tijd onduidelijk geweest wat voor gevolgen deze
ontwikkelingen zouden hebben voor het bestaande gemeentelijke armoede-
instrumentarium. In 2003 hebben zich de contouren voor een nieuwe wet afgetekend,
waarin geen plaats meer is voor categoriale bijzondere bijstandsverstrekking. Daarnaast
regelt dit wetsvoorstel een nieuwe vorm van bijstand, de zogenaamde
langdurigheidstoeslag. In de kadervorming over de nieuwe wet kan de raad het
bestaande armoede-instrumentarium in relatie tot reïntegratie pas goed heroverwegen.
3.2 Hoogwaardig handhaven
Handhaving speelt een belangrijke rol in de naleving van de verplichtingen van
uitkeringsgerechtigden. Het handhavingsbeleid van de gemeente is er ook op gericht om
te voorkomen dat er ten onrechte of voor een te hoog bedrag een uitkering wordt
verstrekt. Invulling geven aan hoogwaardige handhaving past in de SUWI doelstelling
over een doelmatige en doeltreffende uitvoering. Op welke wijze invulling gegeven zal
worden aan het hoogwaardig handhaven is mede afhankelijk van de resultaten van het
LAT-project. Leeuwarden neemt samen met de gemeenten Apeldoorn en Tilburg deel
aan het LAT project. Dit project is gericht op het verbeteren van de klantvriendelijkheid
en de handhaving. Het project heeft een looptijd tot 31 december 2002. De evaluatie is
medio 2003 gereed gekomen. Inmiddels is het project geëvalueerd en ligt de aandacht in
Leeuwarden op het in de organisatie borgen van de winstpunten van het experiment.
Voor een uitvoerige beschrijving van het gezamenlijke project wordt verwezen naar het
eindrapport van Regioplan. Hieronder volgt een niet volledige opsomming van de
Leeuwarder winstpunten van het LAT:
informatiemap voor nieuwe klanten;
dienstverleningsgesprekken voor nieuwe klanten, waarin o.a. rechten plichten en
afspraken mbt activering en uitstroom aan de orde komen;
vervanging van het verplichte maandelijks rechtmatigheidsformulier door een
wijzingingsformulier voor klanten;
geen periodiek rechtmatigheidsonderzoek maar signaalgestuurde onderzoeken;
vergroting fraude- alertheid medewerkers;
13