Een goede doorgaande verbinding creëren die onder meer de Westergozone de noodzakelijke bereikbaarheid geeft. Waarborgen van de bereikbaarheid van Leeuwarden op termijn. Het project wordt aangestuurd door de stuurgroep Haak om Leeuwarden. In de stuurgroep hebben vertegenwoordigers van de volgende belanghebbenden zitting: Rijkswaterstaat Noord-Nederland, Provincie Fryslan, VROM en de gemeenten Leeuwarden, Menaldumadiel en Littenseradiel. De Gemeente Leeuwarden is eind 2001 gestart met het uitvoeren van een planstudie voor de Rijksweg 31 Leeuwarden (Haak om Leeuwarden). De startnotitie Rijksweg 31 Leeuwarden heeft in het najaar van 2002 ter inzage gelegen. In deze startnotitie is het voorstel van de regio met betrekking tot de Tracé/MER-studie verwoord. Ter voorbereiding op de startnotitie is een uitgebreid communicatietraject doorlopen, onder andere door het houden van informatie-avonden. Parallel aan de inspraak van de startnotitie is door gespecialiseerde onderzoeksbureaus uit de regio een aantal inventarisaties uitgevoerd in het onderzoeksgebied. Dit betreft inventarisaties naar: ecologie, verspreiding van weidevogels, onderzoek naar landschap, cultuurhistorie en monumenten, onderzoek naar bodem- en watergesteldheid. Op basis van de inspraakreacties op de startnotitie en adviezen van wettelijke adviseurs heeft de minister van Verkeer en Waterstaat in januari 2003 de zogenaamde richtlijnen vastgesteld. Aan de hand hiervan wordt momenteel de Tracé/MER-studie uitgevoerd worden. Door de Tweede Kamer is in het najaar van 2003 een motie aangenomen om de Haak om Leeuwarden op te nemen in het MIT (ontwerp tracé besluit) voor de periode 2010-2014. In het traject om te komen tot het MIT wordt samengewerkt door de gemeente, Rijkswaterstaat en de Provincie Fryslan. Ten aanzien van de uitvoering wordt een bijdrage van onder andere het Rijk, Provincie en de Zuidlanden aangewend. Versnelde uitvoering is mogelijk door voorfinanciering van de regio. Er is een Europese aanbestedingsprocedure doorlopen om een adviesbureau te selecteren voor het uitvoeren van de Tracé/MER-studie. Het bureau Holland Railconsult is begin februari 2003 gestart met de studie. In de periode augustus/september 2003 is na uitgebreide consultatie van betrokkenen vastgesteld welke alternatieven in Tracé/MER- studie zullen worden uitgewerkt. Het eindresultaat (trajectnota) wordt in april 2004 opgeleverd en vervolgens zal dan weer inspraak worden gehouden. Tegelijkertijd met de totstandkoming van de trajectnota zal in de regio nagedacht worden of, en zo ja welk regiostandpunt ingenomen zal worden. Ook zullen in het voorjaar van 2004 afspraken gemaakt moeten worden over het aanbod dat de regio aan de gemeente doet. In het najaar van 2004 zal de minister van Verkeer en Waterstaat de keuze voor één tracé maken. Dit tracé zal vervolgens in 2004/2005 verder worden uitgewerkt. 7. Zuiderburen. Het grootste lopende woningbouwproject in Leeuwarden is Zuiderburen. Zuiderburen is een VINEX-locatie, in het zuidoosten van de stad gelegen, waar vanaf 1998 tot 2007 circa 1750 woningen gerealiseerd worden. Tot en met 2003 zijn 1.000 woningen verkocht en hiervan zijn inmiddels 800 woningen opgeleverd. Het gebied beslaat in totaal 450 hectare, waarvan 100 hectare bebouwd wordt ten behoeve van de woningbouw. Daarnaast is rekening gehouden met de bouw van 15.000 m2 BVO (bruto vloeroppervlak) kantoren. Verder zijn een supermarkt en een multifunctioneel centrum voorzien. In het plan is veel ruimte voor recreatie, een deel van het gebied is gereserveerd voor bos (ongeveer 100 ha) en verder neemt waterrecreatie een belangrijke plaats in. De Hempenser en Teernser Wielen staan via de Nauwe Greuns en het van Harinxmakanaal in verbinding met het Friese merengebied. Daarnaast wordt nog 27 ha natuurgebied gerealiseerd.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2004 | | pagina 701