Blad 4
Uiteindelijk is besloten dat hier de nieuwbouw voor het
Historisch Centrum Leeuwarden (HCL) gerealiseerd zal gaan
worden
Daarmee wordt functioneel aangesloten bij de al toegekende
bestemming van Maatschappelijke doeleinden.
Bij het opstellen van het ontwerp-bestemmingsplan was
echter nog geen zekerheid omtrent vormgeving en afmetingen
van die nieuwbouw.
In het bestemmingsplan moet echter wel planologisch-
juridisch ruimte worden geboden voor die nieuwbouw. Om te
voorkomen dat het bouwplan net weer afwijkt van de in het
bestemmingsplan opgenomen bebouwingsvoorschriften, is
gekozen voor een flexibele regeling, die overigens wel de
op grond van het aanwijzingsbesluit Beschermd Stadsgezicht
aan dit gebied toegekende waarden zal moeten waarborgen.
Gekozen is voor een regeling om binnen een op de plankaart
geduid gebied vrijstelling te kunnen verlenen van
overschrijding van de getekende bouwgrenzen. Hiermee
ontstaat ruimte om een bouwplan te ontwikkelen dat recht
doet aan de situering en functie.
Door middel van de in het bestemmingsplan opgenomen
toetsingscriteria wordt gewaarborgd dat het bouwplan ook
zal voldoen aan het Beschermd Stadsgezicht.
Tevens is een criterium opgenomen dat de eventueel
aanwezige archeologische waarden beschermd. Een
archeologisch onderzoek is niet op voorhand noodzakelijk,
maar kan, met instemming van de provinciaal archeoloog,
worden uitgesteld tot het moment waarop uitvoering aan de
vrijstelling wordt gegeven.
Over deze vrijstellingsregeling, maar ook omdat met de
realisering van het HCL onaanvaardbare inbreuk zou kunnen
worden gepleegd op het groene karakter van het plangebied
met grote e.g. volumineuze individuele elementen, is nader
overleg gevoerd met de stedenbouwkundige van de Rijksdienst
van de Monumentenzorg voor het rayon noord. Deze
vertegenwoordiger heeft laten weten geen bezwaar te hebben
tegen de beoogde nieuwbouw.
Daarbij wilde hij aantekenen - afhankelijk van het
uiteindelijke ontwerp voor het HCL - de bebouwing aan de
Boterhoek te willen beschouwen als een wand, die het
Oldehoofsterkerkhof mede maat geeft. Het betreft hier een
herformulering van de uitgangspunten voor het Beschermd
Stadsgezicht, waarbij als harde eis geldt dat bij de
oostkant van deze bebouwing het park met daarin de
individuele gebouwen moet beginnen.
Dit ter voorkoming van verdere inbreuk op de hiervoor
bedoelde groene karakteristiek. Om die karakteristiek te
waarborgen zijn dan ook toetsingscriteria opgenomen,
waaronder het Beschermd Stadsgezicht.
Ook is het bestemmingsplan aangepast op verzoek van de
exploitant van de Koperen Tuin, het in de Prinsentuin
Blad 5
gevestigde restaurant, om een serre aan het gebouw te mogen
bouwen. Deze is gedacht op de plek waar zich nu nog de
douche- en toiletvoorziening voor watersporters bevindt
(westelijk, maar bijna direct aansluitend aan het
restaurant)
Tegen een dergelijke uitbreiding van het restaurant bestaat
uit stedenbouwkundig oogpunt geen bezwaar, mits de hoogte
dezelfde wordt als de hoogte van de oostvleugel van het
gebouw, waar de Koperen Tuin in is gevestigd (Pier
Pandermuseum)Op deze wijze krijgt het gebouw een zeker
evenwicht doordat de vleugels ter weerszijden van de
hoofdentree van dezelfde hoogte zijn. Ook vanuit een
oogpunt van monumentenzorg wordt deze uitbreiding
aanvaardbaar geacht. Als zodanig heeft de
(vertegenwoordiger van de) gemeentelijke afdeling
Monumentenzorg zich uit gelaten.
Tenslotte geldt ook hier dat rekening is gehouden met
eventueel aanwezige archeologische waarden. Ook in dit
geval is een vrijstellingsmogelijkheid opgenomen om de
uitbreiding mogelijk te maken. De archeologische toets kan
daarom in dit geval worden uitgesteld tot het moment waarop
de vrijstellingsbevoegdheid daadwerkelijk wordt toegepast.
Tervisielegging
Na aanpassing van het bestemmingsplan aan de resultaten van
het overleg en de inspraak, maar ook na verwerking van de
hiervoor genoemde actuele ontwikkelingen, hebben wij het
bestemmingsplan conform het bepaalde in artikel 23 van de
Wet op de Ruimtelijke Ordening gedurende vier weken voor
een ieder ter inzage gelegd. De terinzagelegging is
ingegaan op 13 december 2004, terwijl op 8 december 2004
daarvan bekendmaking is gedaan in de plaatselijke
dagbladen, Huis aan Huis en in de Staatscourant.
Gedurende de termijn van terinzagelegging kon een ieder
schriftelijk zijn zienswijze kenbaar maken bij uw raad.
Zienswii ze
Binnen de hiervoor bedoelde termijn van terinzagelegging is
een zienswijze ingekomen van Tresoar, Boterhoek 1 te
Leeuwarden. De brief is ingekomen op 6 januari 2005,
terwijl de terinzagelegging duurde tot 10 januari 2005,
zodat de zienswijze ontvankelijk dient te worden verklaard.
In de brief worden door Tresoar de navolgende opmerkingen
gemaakt
Op diverse bladzijden worden nog de namen Rijksarchief en
Provinciale Bibliotheek gebruikt. Beide instellingen zijn
sinds 1 september 2002 samen met het Frysk Letterkundich
Museum en Dokumentaasjesintrum opgegaan in Tresoar. Formeel
bestaan de in het bestemmingsplan genoemde instellingen dus
niet meer.
